Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. airport:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor airport (Engels) in het Nederlands

airport:

airport [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the airport (air terminal)
    de luchthaven; het vliegveld; de vlieghaven
  2. the airport
    de luchthaven

Vertaal Matrix voor airport:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
luchthaven air terminal; airport
vlieghaven air terminal; airport
vliegveld air terminal; airport
- aerodrome; airdrome; drome
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- marine airport

Verwante woorden van "airport":

  • airports

Synoniemen voor "airport":


Verwante definities voor "airport":

  1. an airfield equipped with control tower and hangars as well as accommodations for passengers and cargo1

Wiktionary: airport

airport
noun
  1. a place designated for airplanes
airport
noun
  1. een vliegveld voor verkeersvliegtuigen met accommodatie voor ontvangst en vertrek van passagiers
  2. een terrein waar vliegtuigen kunnen landen en opstijgen

Cross Translation:
FromToVia
airport vliegveld; luchthaven; vlieghaven FlughafenLuftfahrt: Start- und Landeplatz für Flugzeuge
airport vliegveld aéroport — Ensemble des bâtiments et des installations d’un aérodrome qui servent au trafic aérien d’une ville ou d’une région, conçu pour permettre le décollage et l’atterrissage des avions.

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van airport