Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- administer:
-
Wiktionary:
- administer → toedienen, administreren
- administer → plegen, verzorgen, verplegen, administreren, beheren, besturen, toedienen, aanwenden, benutten, gebruiken, aandoen, aantrekken, opleggen, opbrengen, aanbrengen, leggen, steken, plaatsen, stellen, stoppen, zetten, doen, doorvoeren, in toepassing brengen, toepassen, aanzetten, voordoen, ontslaan, vrijstellen, uitzonderen, distribueren, rondbrengen, verdelen, ronddelen, rondgeven, uitdelen, uitreiken, bevoorraden, provianderen, spekken, stijven, voorzien van, voorzien in, beoefenen, betrachten, in de praktijk brengen, uitoefenen
Engels
Uitgebreide vertaling voor administer (Engels) in het Nederlands
administer:
-
to administer (manage; run)
beheren; besturen; administreren-
administreren werkwoord (administreer, administreert, administreerde, administreerden, geadministreerd)
-
to administer (apply; nurse)
-
to administer (utilize; apply; implement; use; employ; make use of; engage; enforce; practise; adopt; avail oneself of; take; practice; utilise)
-
to administer (pour in)
Conjugations for administer:
present
- administer
- administer
- administers
- administer
- administer
- administer
simple past
- administered
- administered
- administered
- administered
- administered
- administered
present perfect
- have administered
- have administered
- has administered
- have administered
- have administered
- have administered
past continuous
- was administering
- were administering
- was administering
- were administering
- were administering
- were administering
future
- shall administer
- will administer
- will administer
- shall administer
- will administer
- will administer
continuous present
- am administering
- are administering
- is administering
- are administering
- are administering
- are administering
subjunctive
- be administered
- be administered
- be administered
- be administered
- be administered
- be administered
diverse
- administer!
- let's administer!
- administered
- administering
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor administer:
Verwante woorden van "administer":
Synoniemen voor "administer":
Verwante definities voor "administer":
Wiktionary: administer
administer
Cross Translation:
verb
administer
-
to cause to take by openly offering or through deceit
- administer → toedienen
verb
-
zorgvuldig vastleggen van gegevens zodat het later terug te vinden of controleren is
-
het doen opnemen van bijvoorbeeld een medicijn door iemand
Cross Translation: