Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- abandonment:
- abandon:
-
Wiktionary:
- abandonment → ongedwongenheid, uitbundigheid, nonchalence, vrachtweigering, veronachtzaming, verwaarlozing, achterlating, verlating, overlating, overgave, afstand, opgave, abandonnement, in de steek laten
- abandonment → gelatenheid, onderwerping, eenzaamheid, losheid, ongegeneerdheid, vrijmoedigheid, afstand, berusting, verlating, verlatenheid, woestheid, afstaan, cessie, concessie, toegeving
- abandon → verzaken, verlaten, begeven, terugnemen, afzien, afstand doen, verwerpen, afwijzen, verbannen, in de steek laten, achterlaten, opgeven, prijsgeven
- abandon → ongedwongenheid, overgave
- abandon → in de steek laten
- abandon → achterlaten, afstand doen van, opgeven, uitvallen, in de steek laten, laten varen, verlaten, toegeven, afstaan, wijken
Engels
Uitgebreide vertaling voor abandonment (Engels) in het Nederlands
abandonment:
-
the abandonment (desertion)
Vertaal Matrix voor abandonment:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
het achterlaten | abandonment; desertion | |
verlating | abandonment; desertion | desertion |
- | defection; desertion; forsaking |
Verwante woorden van "abandonment":
Synoniemen voor "abandonment":
Verwante definities voor "abandonment":
Wiktionary: abandonment
abandonment
Cross Translation:
noun
-
careless freedom
- abandonment → ongedwongenheid; uitbundigheid; nonchalence
-
refusal to receive freight
- abandonment → vrachtweigering
-
voluntary leaving of a person
- abandonment → veronachtzaming; verwaarlozing; achterlating; verlating
-
relinquishment of a right, claim or privilege
- abandonment → overlating; overgave; afstand; opgave
-
maritime law: relinquishment of a property to underwriters
- abandonment → overlating; abandonnement
-
act of abandoning
- abandonment → achterlating; verlating; in de steek laten
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• abandonment | → gelatenheid; onderwerping; eenzaamheid; losheid; ongegeneerdheid; vrijmoedigheid; afstand; berusting; verlating; verlatenheid; woestheid; afstaan; cessie; concessie; toegeving | ↔ abandon — à trier |
abandonment vorm van abandon:
-
to abandon (depart from; leave; secede from; withdraw; retire)
-
to abandon (leave; desert)
in de steek laten; verlaten-
in de steek laten werkwoord (laat in de steek, liet in de steek, lieten in de steek, in de steek gelaten)
-
-
to abandon (cease; stop; give up)
-
to abandon (cancel; postpone; desist; hold up)
-
to abandon
– To terminate the current action before it is complete. 2
Conjugations for abandon:
present
- abandon
- abandon
- abandons
- abandon
- abandon
- abandon
simple past
- abandoned
- abandoned
- abandoned
- abandoned
- abandoned
- abandoned
present perfect
- have abandoned
- have abandoned
- has abandoned
- have abandoned
- have abandoned
- have abandoned
past continuous
- was abandoning
- were abandoning
- was abandoning
- were abandoning
- were abandoning
- were abandoning
future
- shall abandon
- will abandon
- will abandon
- shall abandon
- will abandon
- will abandon
continuous present
- am abandoning
- are abandoning
- is abandoning
- are abandoning
- are abandoning
- are abandoning
subjunctive
- be abandoned
- be abandoned
- be abandoned
- be abandoned
- be abandoned
- be abandoned
diverse
- abandon!
- let's abandon!
- abandoned
- abandoning
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor abandon:
Verwante woorden van "abandon":
Synoniemen voor "abandon":
Verwante definities voor "abandon":
Wiktionary: abandon
abandon
Cross Translation:
verb
abandon
-
forsake
-
to relinquish a claim to property
- abandon → terugnemen; afzien; afstand doen
-
to cast out
-
to leave behind or desert
- abandon → in de steek laten; achterlaten
-
to give up
- abandon → opgeven; prijsgeven
-
a giving up to natural impulses
- abandon → ongedwongenheid
verb
-
dumpen, weggaan van, verlaten
-
in de steek laten
-
iemand (met zijn problemen) laten zitten, verlaten, dumpen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• abandon | → achterlaten | ↔ abandonner — Ne plus vouloir de quelque chose ou de quelqu’un. |
• abandon | → afstand doen van; opgeven; uitvallen; in de steek laten; laten varen; verlaten; toegeven; afstaan; wijken | ↔ abandonner — Se remettre à ; se laisser aller à ; se livrer à. |
• abandon | → in de steek laten; laten varen; verlaten | ↔ délaisser — Abandonner |