Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. headword:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor headword (Engels) in het Nederlands

headword:

headword [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the headword (entry)
    het trefwoord
  2. the headword (lemma; entry)
    het lemma; hoofdwoord
    • lemma [het ~] zelfstandig naamwoord
    • hoofdwoord [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor headword:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hoofdwoord entry; headword; lemma
lemma entry; headword; lemma
trefwoord entry; headword keyword
- head word
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- entry; main entry

Verwante woorden van "headword":

  • headwords

Synoniemen voor "headword":

  • head word; content word; open-class word
  • word

Verwante definities voor "headword":

  1. a word placed at the beginning of a line or paragraph (as in a dictionary entry)1
  2. a content word that can be qualified by a modifier1

Wiktionary: headword

headword
noun
  1. het eerste woord van een artikel in een woordenboek of encyclopedie

head word:


Vertaal Matrix voor head word:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- head; headword

Synoniemen voor "head word":


Verwante definities voor "head word":

  1. (grammar) the word in a grammatical constituent that plays the same grammatical role as the whole constituent1
  2. a content word that can be qualified by a modifier1