Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. burp:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. burp:


Engels

Uitgebreide vertaling voor burp (Engels) in het Nederlands

burp:

burp [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the burp (belch)
    de boer; de oprisping
    • boer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • oprisping [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. the burp (belch)
    het boertje; burp
    • boertje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • burp [znw.] zelfstandig naamwoord

to burp werkwoord (burps, burped, burping)

  1. to burp (belch; eructate)
    boeren; oprispen; burpen
    • boeren werkwoord (boer, boert, boerde, boerden, geboerd)
    • oprispen werkwoord (risp op, rispt op, rispte op, rispten op, opgerispt)
    • burpen werkwoord

Conjugations for burp:

present
  1. burp
  2. burp
  3. burps
  4. burp
  5. burp
  6. burp
simple past
  1. burped
  2. burped
  3. burped
  4. burped
  5. burped
  6. burped
present perfect
  1. have burped
  2. have burped
  3. has burped
  4. have burped
  5. have burped
  6. have burped
past continuous
  1. was burping
  2. were burping
  3. was burping
  4. were burping
  5. were burping
  6. were burping
future
  1. shall burp
  2. will burp
  3. will burp
  4. shall burp
  5. will burp
  6. will burp
continuous present
  1. am burping
  2. are burping
  3. is burping
  4. are burping
  5. are burping
  6. are burping
subjunctive
  1. be burped
  2. be burped
  3. be burped
  4. be burped
  5. be burped
  6. be burped
diverse
  1. burp!
  2. let's burp!
  3. burped
  4. burping
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor burp:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boer belch; burp Goth; agrarian; agricultral worker; agriculturist; barbarian; boor; churl; cultivator; farmer; peasant; rancher; rude fellow; rude person; tike; tyke
boeren belching; burping; eructations; farmers; peasants; provincials; rurals
boertje belch; burp
burp belch; burp
oprispen burping
oprisping belch; burp
- belch; belching; burping; eructation
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
boeren belch; burp; eructate manage one's affairs
burpen belch; burp; eructate
oprispen belch; burp; eructate
- belch; bubble; eruct

Verwante woorden van "burp":


Synoniemen voor "burp":


Verwante definities voor "burp":

  1. a reflex that expels gas noisily from the stomach through the mouth1
  2. expel gas from the stomach1
    • In China it is polite to burp at the table1

Wiktionary: burp

burp
verb
  1. to emit a burp
noun
  1. a louder belch
burp
verb
  1. een boer laten

Cross Translation:
FromToVia
burp boeren rülpsen — Ausstoßen von Luft aus dem Magen (oder der Speiseröhre) durch den Mund
burp boeren; oprispen roter — populaire|fr Faire un rot, des rots.



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor burp (Nederlands) in het Engels

burp:

burp [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. burp (boertje)
    the burp
    • burp [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. burp (boertje)
    the burp; the belch
    • burp [the ~] zelfstandig naamwoord
    • belch [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor burp:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
belch boertje; burp boer; oprisping
burp boertje; burp boer; oprisping
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
belch boeren; burpen; oprispen
burp boeren; burpen; oprispen