Buck: vertaling Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

buck:
- hertebok; rammelaar
Wiktionary:
- buck → bokken
- buck → bok
- buck → rammelaar, mannetjeshaas, mannetjeskonijn

Engels

Uitgebreide vertaling voor buck (Engels) in het Nederlands

buck:

buck [the ~] zelfstandig naamwoord

the buck (stag)
hertebok; de rammelaar
- hertebok [znw.] zelfstandig naamwoord
- rammelaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor buck:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
hertebok	buck; stag
rammelaar	buck; stag	rattle; toy
-	clam; dollar; dollar bill; horse; long horse; one dollar bill; sawbuck; sawhorse; vaulting horse
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	charge; go against; hitch; jerk; shoot; shoot down; tear

Verwante woorden van "buck":

bucks

Synoniemen voor "buck":

vaulting horse; long horse; horse; gymnastic horse
dollar; dollar bill; one dollar bill; clam; bill; note; government note; bank bill; banker's bill; bank note; banknote; Federal Reserve note; greenback
Buck; Pearl Buck; Pearl Sydenstricker Buck; writer; author; missionary; missioner
sawhorse; horse; sawbuck; framework; frame; framing
placental; placental mammal; eutherian; eutherian mammal
endeavor; endeavour; strive
go against; react; oppose
tear; shoot; shoot down; charge; rush; hotfoot; hasten; hie; speed; race; pelt along; rush along; cannonball along; bucket along; belt along; shoot up
jerk; hitch; move

Verwante definities voor "buck":

mature male of various mammals (especially deer or antelope)¹
a framework for holding wood that is being sawed¹
a gymnastic horse without pommels and with one end elongated; used lengthwise for vaulting¹
a piece of paper money worth one dollar¹
jump vertically, with legs stiff and back arched¹
- the yung filly bucked¹
move quickly and violently¹
resist¹
- buck the trend¹
to strive with determination¹
- John is bucking for a promotion¹

Wiktionary: buck

buck

verb

of a horse: to leap upward arching its back, kicking out hind legs
- buck → bokken

noun

uncastrated sheep, a ram
- buck → bok
male deer, goat, etc.
- buck → bok

buck

verb

(van paarden) de achterhand in de lucht gooien
- bokken → buck

Cross Translation:

From	To	Via
• buck	→ rammelaar; mannetjeshaas; mannetjeskonijn	↔ bouquin — lièvre ou lapin mâle.

Buck:

Vertaal Matrix voor Buck:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	Pearl Buck; Pearl Sydenstricker Buck

Verwante definities voor "Buck":

United States author whose novels drew on her experiences as a missionary in China (1892-1973)¹

Verwante vertalingen van buck

Remove Ads

Engelse en Nederlandse zoekresultaten voor: buck

Uitgebreide vertaling voor buck (Engels) in het Nederlands

buck:

buck [the ~] zelfstandig naamwoord

the buck (stag)

Vertaal Matrix voor buck:

Verwante woorden van "buck":

Synoniemen voor "buck":

Verwante definities voor "buck":

Wiktionary: buck

Buck:

Vertaal Matrix voor Buck:

Verwante definities voor "Buck":

Verwante vertalingen van buck