Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- pardon:
-
Wiktionary:
- pardon → gratie
- pardon → vergeven
- pardon → vergeven, excuseren, verontschuldigen, verschonen, billijken, in het gelijk stellen, rechtvaardigen, begenadigen
Nederlands naar Engels: Meer gegevens...
- pardon:
- Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor pardon (Engels) in het Nederlands
pardon:
-
to pardon (apologize; excuse; apologise)
excuses aanbieden; verontschuldigen; excuseren-
excuses aanbieden werkwoord (bied excuses aan, biedt excuses aan, bood excuses aan, boden excuses aan, excuses aangeboden)
-
verontschuldigen werkwoord (verontschuldig, verontschuldigt, verontschuldigde, verontschuldigden, verontschuldigd)
-
-
to pardon (forgive; excuse; give away; misdeal)
vergeven; vergiffenis schenken-
vergiffenis schenken werkwoord (schenk vergiffenis, schenkt vergiffenis, schonk vergiffenis, schonken vergiffenis, vergiffenis geschonken)
Conjugations for pardon:
present
- pardon
- pardon
- pardons
- pardon
- pardon
- pardon
simple past
- pardoned
- pardoned
- pardoned
- pardoned
- pardoned
- pardoned
present perfect
- have pardoned
- have pardoned
- has pardoned
- have pardoned
- have pardoned
- have pardoned
past continuous
- was pardoning
- were pardoning
- was pardoning
- were pardoning
- were pardoning
- were pardoning
future
- shall pardon
- will pardon
- will pardon
- shall pardon
- will pardon
- will pardon
continuous present
- am pardoning
- are pardoning
- is pardoning
- are pardoning
- are pardoning
- are pardoning
subjunctive
- be pardoned
- be pardoned
- be pardoned
- be pardoned
- be pardoned
- be pardoned
diverse
- pardon!
- let's pardon!
- pardoned
- pardoning
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
-
the pardon (absolution; remission; amnesty)
-
the pardon (remission; absolution)
-
the pardon (amnesty; remission; manumission; release; liberation; absolution)
-
the pardon (forgiveness; mercy; grace; remission; excuse; forgivingness)
Vertaal Matrix voor pardon:
Verwante woorden van "pardon":
Synoniemen voor "pardon":
Verwante definities voor "pardon":
Wiktionary: pardon
pardon
Cross Translation:
noun
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• pardon | → vergeven | ↔ verzeihen — jemandem etwas nachsehen |
• pardon | → excuseren; verontschuldigen; verschonen; billijken; in het gelijk stellen; rechtvaardigen; begenadigen; vergeven | ↔ excuser — disculper dans une certaine mesure, présenter une personne ou une action comme moins coupable qu’elle ne sembler. |
• pardon | → begenadigen; vergeven | ↔ pardonner — accorder le pardon d’une faute commettre, ne garder aucun ressentiment d’une injure recevoir. — usage En ce sens il a toujours le nom de la chose pour complément direct et le nom de la personne pour complément indirect avec la préposition. |
Verwante vertalingen van pardon
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor pardon (Nederlands) in het Engels
pardon:
-
het pardon (sorry)
-
het pardon (verontschuldiging; excuus; reden; verschoning)
the apology; the excuse; the justification; the vindication; the thinking up a story; the weathering -
het pardon (absolutie; kwijtschelding)
-
het pardon (vergiffenis; genade; vergeving; verschoning)
-
het pardon (kwijtschelding; begenadiging; gratie; genade)