Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- energy:
-
Wiktionary:
- energy → energie, fut, werkkracht
- energy → energie, veer
Engels
Uitgebreide vertaling voor energy (Engels) in het Nederlands
energy:
-
the energy (drive; thoroughness; momentum; impetus; strength; spunk; spirit; jenever; gin; soul)
-
the energy (capacity for work; work force; productivity)
Vertaal Matrix voor energy:
Verwante woorden van "energy":
Synoniemen voor "energy":
Verwante definities voor "energy":
Wiktionary: energy
energy
Cross Translation:
noun
energy
-
impetus behind activity
- energy → energie
noun
-
het vermogen iets te doen
-
het (fysiek) vermogen waarmee arbeid kan worden verricht
-
de benodigde energie en zin ergens voor
-
het vermogen om te werken
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• energy | → energie | ↔ Energie — Physik, Technik: physikalische Größe: Maß für die Fähigkeit eines Objektes, Arbeit zu verrichten |
• energy | → energie | ↔ Energie — psychischer Antrieb |
• energy | → veer | ↔ ressort — physique|fr propriété par laquelle certains corps presser, pliés ou tendre se rétablir d’eux-mêmes dans leur premier état par l’effet de leur élasticité. |
• energy | → energie | ↔ énergie — force en action. |
Energy:
Vertaal Matrix voor Energy:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | DOE; Department of Energy; Energy Department |