Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- imposing:
- impose:
-
Wiktionary:
- imposing → kloek, majestueus, statig, plechtstatig, verheven, aanmerkelijk, aanzienlijk, geruim, imponerend, indrukwekkend
- impose → opleggen, heffen
- impose → forceren, opdringen, aandoen, aantrekken, opleggen, opbrengen, aanbrengen, aanslaan, belasten, belasting heffen op, veraccijnzen, dwingen, noodzaken, verplichten, zich opdringen
Engels
Uitgebreide vertaling voor imposing (Engels) in het Nederlands
imposing:
-
imposing (impressive; enormous; grandiose; grand)
indrukwekkend; imponerend; imposant; groots; ontzagwekkend-
indrukwekkend bijvoeglijk naamwoord
-
imponerend bijvoeglijk naamwoord
-
imposant bijvoeglijk naamwoord
-
groots bijvoeglijk naamwoord
-
ontzagwekkend bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor imposing:
Verwante woorden van "imposing":
Synoniemen voor "imposing":
Verwante definities voor "imposing":
Wiktionary: imposing
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• imposing | → kloek | ↔ stattlich — der Erscheinung nach eindrucksvoll, kräftig, imposant, würdevoll |
• imposing | → majestueus; statig; plechtstatig; verheven; aanmerkelijk; aanzienlijk; geruim; imponerend; indrukwekkend | ↔ imposant — Qui imposer, qui est propre à s’attirer de l’attention, des égards, du respect. |
imposing vorm van impose:
Vertaal Matrix voor impose:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
imponeren | command respect; inspire with awe | |
- | bring down; enforce; inflict; levy; visit | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
imponeren | impose | |
- | mark up |
Verwante woorden van "impose":
Synoniemen voor "impose":
Verwante definities voor "impose":
Wiktionary: impose
impose
Cross Translation:
verb
impose
-
to establish or apply by authority
- impose → opleggen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• impose | → forceren; opdringen; aandoen; aantrekken; opleggen; opbrengen; aanbrengen; aanslaan; belasten; belasting heffen op; veraccijnzen; dwingen; noodzaken; verplichten; zich opdringen | ↔ imposer — Traductions à trier suivant le sens |