Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Zoek: compel

Engelse en Nederlandse zoekresultaten voor: compel

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. compel:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor compel (Engels) in het Nederlands

compel:

to compel werkwoord (compels, compelled, compelling)

  1. to compel (force; oblige; coerce)
    dwingen; forceren
    • dwingen werkwoord (dwing, dwingt, dwong, dwongen, gedwongen)
    • forceren werkwoord (forceer, forceert, forceerde, forceerden, geforceerd)
  2. to compel (force; oblige; oblige to)
    dwingen te doen; dwingen
  3. to compel (oblige to; force; oblige)
    noodzaken tot
    • noodzaken tot werkwoord (noodzaak tot, noodzaakt tot, noodzaakte tot, noodzaakten tot, genoodzaakt tot)

Conjugations for compel:

present
  1. compel
  2. compel
  3. compels
  4. compel
  5. compel
  6. compel
simple past
  1. compelled
  2. compelled
  3. compelled
  4. compelled
  5. compelled
  6. compelled
present perfect
  1. have compelled
  2. have compelled
  3. has compelled
  4. have compelled
  5. have compelled
  6. have compelled
past continuous
  1. was compelling
  2. were compelling
  3. was compelling
  4. were compelling
  5. were compelling
  6. were compelling
future
  1. shall compel
  2. will compel
  3. will compel
  4. shall compel
  5. will compel
  6. will compel
continuous present
  1. am compelling
  2. are compelling
  3. is compelling
  4. are compelling
  5. are compelling
  6. are compelling
subjunctive
  1. be compelled
  2. be compelled
  3. be compelled
  4. be compelled
  5. be compelled
  6. be compelled
diverse
  1. compel!
  2. let's compel!
  5. compelled
  6. compelling
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor compel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
forceren force; pressing on
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dwingen coerce; compel; force; oblige; oblige to enforce
dwingen te doen compel; force; oblige; oblige to
forceren coerce; compel; force; oblige adjourn; break down; enforce; overburden; overload; sever
noodzaken tot compel; force; oblige; oblige to
- obligate; oblige

Synoniemen voor "compel":


Verwante definities voor "compel":

  1. force somebody to do something1
    • We compel all students to fill out this form1
  2. necessitate or exact1
    • the water shortage compels conservation1

Wiktionary: compel

compel
verb
  1. exact by force
  2. force, constrain or coerce
  3. overpower
  4. drive together, round up
compel
verb
  1. iemand tegen zijn wil iets opleggen
  2. dwingen, verplichten
Cross Translation:
FromToVia
• compel → dwingen ↔ zwingen — mit Gewalt zu etwas bringen

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0327 seconde
Page rendered in 1.0 seconds