Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. pandemonium:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. pandemonium:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor pandemonium (Engels) in het Nederlands

pandemonium:

pandemonium [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the pandemonium (disturbance; revolt; riot; )
    de opstand; de rel; het opstootje; het oproer; het vuistgevecht; het volksoproer
    • opstand [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • rel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • opstootje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • oproer [het ~] zelfstandig naamwoord
    • vuistgevecht [het ~] zelfstandig naamwoord
    • volksoproer [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. the pandemonium (tumult; tumultuousness; uproar; )
    het pandemonium; de opschudding; de heksenketel; de beroering; het leven; de drukte; het lawaai; het rumoer; het geraas; het tumult; de heibel
    • pandemonium [het ~] zelfstandig naamwoord
    • opschudding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • heksenketel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • beroering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • leven [het ~] zelfstandig naamwoord
    • drukte [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • lawaai [het ~] zelfstandig naamwoord
    • rumoer [het ~] zelfstandig naamwoord
    • geraas [het ~] zelfstandig naamwoord
    • tumult [het ~] zelfstandig naamwoord
    • heibel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pandemonium:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beroering bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar agitation; commotion; trouble; turbulence; turmoil; unrest
drukte bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar ballyhoo; bustle; commotion; crowd; din; flow; fuss; hubbub; hustle; hustle and bustle; influx; liveliness; pressure of activities; rush; squash; stampede; vivacity
geraas bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar howling; howling of the wind; roaring
heibel bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar
heksenketel bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar chaos; confusion; disorder; maze; mess; mix-up; muddle; tangle; trouble; welter
lawaai bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar clamor; clamour; din; hubbub; hullabaloo; noise; racket; tumult; tumultuousness; uproar
leven bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar being; clamor; clamour; existence; hubbub; hullabaloo; life; noise; path of life; racket; tumult; tumultuousness
oproer commotion; disturbance; fisticuffs; pandemonium; rebellion; revolt; riot
opschudding bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar commotion; sensation; shake up; upheaval
opstand commotion; disturbance; fisticuffs; pandemonium; rebellion; revolt; riot rebellion; resistance; revolt; riot
opstootje commotion; disturbance; fisticuffs; pandemonium; rebellion; revolt; riot disorder; disturbance; interference; trouble
pandemonium bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar
rel commotion; disturbance; fisticuffs; pandemonium; rebellion; revolt; riot disorder; disturbance; interference; trouble
rumoer bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar clamor; clamour; din; fuss; hubbub; hullabaloo; hum; movement; noise; racket; roar; rumor; rumour; sound; tumult; tumultuousness
tumult bedlam; clamor; clamour; commotion; din; hubbub; hullabaloo; noise; pandemonium; racket; tumult; tumultuousness; uproar din; hubbub; hum; movement; noise; roar; rumor; rumour; uproar
volksoproer commotion; disturbance; fisticuffs; pandemonium; rebellion; revolt; riot
vuistgevecht commotion; disturbance; fisticuffs; pandemonium; rebellion; revolt; riot boxing contest; boxing match; price fight
- bedlam; chaos; topsy-turvydom; topsy-turvyness
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
leven be established; exist; have one's seat; live; lodge; operate; proceed; reside; stay; work

Synoniemen voor "pandemonium":


Verwante definities voor "pandemonium":

  1. a state of extreme confusion and disorder1

Wiktionary: pandemonium

pandemonium
noun
  1. chaos; tumultuous or lawless violence
  2. an outburst; loud, riotous uproar

Computer vertaling door derden:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor pandemonium (Nederlands) in het Engels

pandemonium:

pandemonium [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het pandemonium (tumult; opschudding; heksenketel; )
    the tumultuousness; the pandemonium; the uproar; the hullabaloo; the commotion; the bedlam; the noise; the tumult; the hubbub; the clamour; the din; the racket; the clamor
    • tumultuousness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pandemonium [the ~] zelfstandig naamwoord
    • uproar [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hullabaloo [the ~] zelfstandig naamwoord
    • commotion [the ~] zelfstandig naamwoord
    • bedlam [the ~] zelfstandig naamwoord
    • noise [the ~] zelfstandig naamwoord
    • tumult [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hubbub [the ~] zelfstandig naamwoord
    • clamour [the ~] zelfstandig naamwoord, Brits
    • din [the ~] zelfstandig naamwoord
    • racket [the ~] zelfstandig naamwoord
    • clamor [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans

Vertaal Matrix voor pandemonium:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedlam beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult
clamor beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult herrie; kabaal; lawaai; leven; luidruchtigheid; misbaar; rumoer; spektakel
clamour beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult herrie; kabaal; lawaai; leven; luidruchtigheid; misbaar; rumoer; spektakel
commotion beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult beroering; deining; drukte; geharrewar; heisa; krakeel; onlust; onrust; ophef; oproer; opschudding; opstand; opstootje; opzien; rel; rep; roerigheid; sensatie; verwarring; volksoproer; vuistgevecht
din beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult drukte; gebrom; gedreun; gedruis; gemurmel; geroezemoes; heisa; herrie; krakeel; lawaai; luidruchtigheid; rumoer; tumult
hubbub beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult drukte; gedruis; heisa; herrie; kabaal; krakeel; lawaai; leven; luidruchtigheid; rumoer; spektakel; stampei; tamtam; tumult
hullabaloo beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult herrie; kabaal; lawaai; leven; luidruchtigheid; rumoer; spektakel; stampei; tamtam
noise beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult gedruis; geluid; herrie; kabaal; lawaai; leven; rumoer; spektakel; tumult
pandemonium beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult oproer; opstand; opstootje; rel; volksoproer; vuistgevecht
racket beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult herrie; kabaal; lawaai; leven; luidruchtigheid; rumoer; spektakel; stennis
tumult beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult herrie; kabaal; lawaai; leven; luidruchtigheid; oploop; rumoer; spektakel
tumultuousness beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult herrie; kabaal; lawaai; leven; luidruchtigheid; rumoer; spektakel
uproar beroering; drukte; geraas; heibel; heksenketel; lawaai; leven; opschudding; pandemonium; rumoer; tumult herrie; lawaai; misbaar; stampei; tamtam; tumult

Wiktionary: pandemonium

pandemonium
noun
  1. chaos; tumultuous or lawless violence
  2. an outburst; loud, riotous uproar

Computer vertaling door derden: