Engels

Uitgebreide vertaling voor cavil (Engels) in het Nederlands

cavil:

cavil werkwoord

  1. cavil (carp)
    betuttelen
    • betuttelen werkwoord (betuttel, betuttelt, betuttelde, betuttelden, betutteld)
  2. cavil (carp; find fault with)
    vitten
    • vitten werkwoord (vit, vitte, vitten, gevit)
  3. cavil (carp; nitpick; find fault; find fault with)
    bedillen
    • bedillen werkwoord (bedil, bedilt, bedilde, bedilden, bedild)

Vertaal Matrix voor cavil:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- quibble; quiddity
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bedillen carp; cavil; find fault; find fault with; nitpick
betuttelen carp; cavil
vitten carp; cavil; find fault with
- carp; chicane

Verwante woorden van "cavil":

  • caviling

Synoniemen voor "cavil":


Verwante definities voor "cavil":

  1. an evasion of the point of an argument by raising irrelevant distinctions or objections1
  2. raise trivial objections1

Wiktionary: cavil

cavil
verb
  1. to criticise for petty or frivolous reasons

Cross Translation:
FromToVia
cavil donderjagen; emmeren; kankeren; katten; preutelen; pezeweven; mopperen; meieren; zaniken; pruttelen; zemelen; zeiken; zeuren nörgelnpenetrant/störend, aber nicht aggressiv seinen Unmut äußern
cavil bedillen; haarkloven; het lastig maken; muggeziften; vitten chicaneruser de chicane.