Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
- accommodating:
- accommodate:
-
Wiktionary:
- accommodating → behulpzaam, hulpvaardig
- accommodating → coulant, goedig, handelbaar, toegevend, inschikkelijk, meegaand, toegeeflijk, toegevelijk
- accommodate → aanpassen, accommoderen, onderbrengen, herbergen
- accommodate → afstand doen van, opgeven, uitvallen, in de steek laten, laten varen, verlaten, toegeven, afstaan, wijken, zich onderwerpen, afleggen, prijsgeven, afstand doen, abdiceren, abdiqueren, aftreden, aanpassen, accommoderen, aanrichten, arrangeren, ordenen, regelen, helpen, baten, bijstaan, ter zijde staan, assisteren, bevoorraden, provianderen, spekken, stijven, voorzien van, voorzien in, achteruitlopen, terugdeinzen, teruggaan, achteruitgaan, terrein verliezen, teruglopen, verlopen, aanhouden, uitstellen, verdagen, verschuiven
Engels
Uitgebreide vertaling voor accommodating (Engels) in het Nederlands
accommodating:
-
accommodating (submissive; compliant; complaisant; tolerant; willing; pliable; servient; yielding; obliging; tractable; flexible; simple to operate; ready)
inschikkelijk; soepel; meegaand; gewillig; toegeeflijk; gedwee; toegevend-
inschikkelijk bijvoeglijk naamwoord
-
soepel bijvoeglijk naamwoord
-
meegaand bijvoeglijk naamwoord
-
gewillig bijvoeglijk naamwoord
-
toegeeflijk bijvoeglijk naamwoord
-
gedwee bijvoeglijk naamwoord
-
toegevend bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor accommodating:
Verwante woorden van "accommodating":
Synoniemen voor "accommodating":
Antoniemen van "accommodating":
Verwante definities voor "accommodating":
Wiktionary: accommodating
accommodating
Cross Translation:
adjective
-
bereid om mee te helpen
-
graag bereid te helpen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• accommodating | → coulant; goedig; handelbaar; toegevend; inschikkelijk; meegaand; toegeeflijk; toegevelijk | ↔ accommodant — Qui s’accommoder à tous et à tout. |
accommodating vorm van accommodate:
-
to accommodate (lodge; house; shelter; take in to the house)
– provide housing for 1accommoderen; onderbrengen; huizen; herbergen; huisvesten; iemand huisvesten; onderdak verschaffen; onderdak geven; onderdak verlenen-
iemand huisvesten werkwoord
-
onderdak verschaffen werkwoord (verschaf onderdak, verschaft onderdak, verschafte onderdak, verschaften onderdak, onderdak verschaft)
-
onderdak geven werkwoord (geef onderdak, geeft onderdak, gaf onderdak, gaven onderdak, onderdak gegeven)
-
onderdak verlenen werkwoord (verleen onderdak, verleent onderdak, verleende onderdak, verleenden onderdak, onderdak verleend)
Conjugations for accommodate:
present
- accommodate
- accommodate
- accommodates
- accommodate
- accommodate
- accommodate
simple past
- accommodated
- accommodated
- accommodated
- accommodated
- accommodated
- accommodated
present perfect
- have accommodated
- have accommodated
- has accommodated
- have accommodated
- have accommodated
- have accommodated
past continuous
- was accommodating
- were accommodating
- was accommodating
- were accommodating
- were accommodating
- were accommodating
future
- shall accommodate
- will accommodate
- will accommodate
- shall accommodate
- will accommodate
- will accommodate
continuous present
- am accommodating
- are accommodating
- is accommodating
- are accommodating
- are accommodating
- are accommodating
subjunctive
- be accommodated
- be accommodated
- be accommodated
- be accommodated
- be accommodated
- be accommodated
diverse
- accommodate!
- let's accommodate!
- accommodated
- accommodating
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor accommodate:
Verwante woorden van "accommodate":
Synoniemen voor "accommodate":
Antoniemen van "accommodate":
Verwante definities voor "accommodate":
Wiktionary: accommodate
accommodate
Cross Translation:
verb
accommodate
-
to adapt to fit
- accommodate → aanpassen; accommoderen
-
to provide housing for
- accommodate → onderbrengen; herbergen
verb
-
huisvesten
Cross Translation: