Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
-
take away:
- ophalen; meenemen; afnemen; afhalen; wegnemen; weghalen; meedragen; afvoeren; wegvoeren; wegslepen; wegdragen; wegsjouwen; stelen; pikken; verdonkeremanen; ontnemen; toeëigenen; snaaien; gappen; kapen; inpikken; roven; ontfutselen; jatten; ontvreemden; wegpikken; plunderen; wegkapen; benemen; achteroverdrukken; vervreemden; verduisteren; verdonkeren; wegpakken; leegstelen; declineren; verminderen; minder worden; dalen; vervallen; teruggaan; tanen; minderen
-
Wiktionary:
- take away → weghalen, wegnemen, afpakken, afleiden, verstrooien, afhalen, meebrengen, meenemen, vergaderen, medenemen, medebrengen, rissen, ritsen, aftrekken, afnemen, afsnijden, afsteken, aftellen, inhouden, korten, bergen, bewaren, opbergen, wegleggen, wegzetten, afschaffen, elimineren, opdoeken, uitmaken, verwijderen, wegdoen
- take away → afpakken, ontnemen, weghalen
Engels
Uitgebreide vertaling voor take away (Engels) in het Nederlands
takeaway:
Vertaal Matrix voor takeaway:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | takeout; takeout food |
Synoniemen voor "takeaway":
Verwante definities voor "takeaway":
take-away:
Vertaal Matrix voor take-away:
Bijvoeglijk Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | takeout |
Synoniemen voor "take-away":
Verwante definities voor "take-away":
take away:
-
to take away (collect; take along; pick up; fetch; take; come round for)
-
to take away (carry away; carry off; accompany; take in; see off)
-
to take away (steal; expropriate; snitch; rob; purloin; take; swipe; pinch; snatch; make off with; filch; pilfer; cadge; collar; nick; go thieving)
stelen; pikken; verdonkeremanen; ontnemen; toeëigenen; snaaien; gappen; kapen; inpikken; roven; ontfutselen; jatten; ontvreemden; wegpikken; wegnemen; plunderen; wegkapen; benemen; achteroverdrukken; afnemen; vervreemden; verduisteren; verdonkeren; wegpakken; leegstelen-
verdonkeremanen werkwoord (verdonkeremaan, verdonkeremaant, verdonkeremaande, verdonkeremaanden, verdonkeremaand)
-
achteroverdrukken werkwoord (druk achterover, drukt achterover, drukte achterover, drukten achterover, achterovergedrukt)
-
to take away (decline; decrease; shrink; remove; dwindle; wain; go thieving; be shortcoming)
-
to take away (take out)
– buy and consume food from a restaurant or establishment that sells prepared food 1
Conjugations for take away:
present
- take away
- take away
- takes away
- take away
- take away
- take away
simple past
- took away
- took away
- took away
- took away
- took away
- took away
present perfect
- have taken away
- have taken away
- has taken away
- have taken away
- have taken away
- have taken away
past continuous
- was taking away
- were taking away
- was taking away
- were taking away
- were taking away
- were taking away
future
- shall take away
- will take away
- will take away
- shall take away
- will take away
- will take away
continuous present
- am taking away
- are taking away
- is taking away
- are taking away
- are taking away
- are taking away
subjunctive
- be taken away
- be taken away
- be taken away
- be taken away
- be taken away
- be taken away
diverse
- take away!
- let's take away!
- taken away
- taking away
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor take away:
Synoniemen voor "take away":
Antoniemen van "take away":
Verwante definities voor "take away":
Wiktionary: take away
take away
take away
Cross Translation:
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• take away | → afleiden; verstrooien | ↔ distraire — détourner de quelque application. |
• take away | → afhalen; meebrengen; meenemen; vergaderen; medenemen; medebrengen | ↔ emmener — Mener hors du lieu où l’on est vers un autre lieu. |
• take away | → meenemen | ↔ emporter — Prendre avec soi et porter ailleurs |
• take away | → meenemen | ↔ emporter — Traductions à trier suivant le sens. |
• take away | → afhalen; rissen; ritsen; wegnemen | ↔ prélever — lever préalablement une certaine portion sur le total. |
• take away | → aftrekken; afnemen; afpakken; weghalen; wegnemen; afsnijden; afsteken; afhalen; rissen; ritsen; aftellen; inhouden; korten | ↔ retrancher — Traductions à vérifier et à trier |
• take away | → afnemen; afpakken; weghalen; wegnemen; bergen; bewaren; opbergen; wegleggen; wegzetten; afschaffen; elimineren; opdoeken; uitmaken; verwijderen; wegdoen | ↔ ôter — tirer une chose de la place où elle est. Se dit aussi en parlant des personnes et des animaux. |
Computer vertaling door derden: