Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Zoek: audit

Engelse en Nederlandse zoekresultaten voor: audit

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. audit:
  2. Wiktionary:
Nederlands naar Engels:   Meer gegevens...
  1. audit:

Engels

Uitgebreide vertaling voor audit (Engels) in het Nederlands

audit:

to audit werkwoord (audits, audited, auditing)

  1. to audit (check; verify; examine; inspect)
    controleren; nakijken; nagaan
    • controleren werkwoord (controleer, controleert, controleerde, controleerden, gecontroleerd)
    • nakijken werkwoord (kijk na, kijkt na, keek na, keken na, nagekeken)
    • nagaan werkwoord (ga na, gaat na, ging na, gingen na, nagegaan)
  2. to audit
    auditeren
    • auditeren werkwoord (auditeer, auditeert, auditeerde, auditeerden, geauditeerd)
  3. to audit
    – To track changes in entities and fields as required. 1
    controleren
    • controleren werkwoord (controleer, controleert, controleerde, controleerden, gecontroleerd)

Conjugations for audit:

present
  1. audit
  2. audit
  3. audits
  4. audit
  5. audit
  6. audit
simple past
  1. audited
  2. audited
  3. audited
  4. audited
  5. audited
  6. audited
present perfect
  1. have audited
  2. have audited
  3. has audited
  4. have audited
  5. have audited
  6. have audited
past continuous
  1. was auditing
  2. were auditing
  3. was auditing
  4. were auditing
  5. were auditing
  6. were auditing
future
  1. shall audit
  2. will audit
  3. will audit
  4. shall audit
  5. will audit
  6. will audit
continuous present
  1. am auditing
  2. are auditing
  3. is auditing
  4. are auditing
  5. are auditing
  6. are auditing
subjunctive
  1. be audited
  2. be audited
  3. be audited
  4. be audited
  5. be audited
  6. be audited
diverse
  1. audit!
  2. let's audit!
  5. audited
  6. auditing
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

audit [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the audit (verification)
    de verificatie; accountantsverslag
  2. the audit
    het accountantsonderzoek
  3. the audit
    audit
  4. the audit
    – In CMMI process-improvement work, an independent examination of a work product or set of work products to determine whether requirements are being met. 1
    controleren

Vertaal Matrix voor audit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
accountantsonderzoek audit
accountantsverslag audit; verification
controleren audit check; probe
verificatie audit; verification authentication; password authentication; verification
- audited account
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
auditeren audit
controleren audit; check; examine; inspect; verify auditing; check; control; count again; examine; govern; inspect; review; run over again; survey; view
nagaan audit; check; examine; inspect; verify affirm; check; check out; go through again; investigate; prove; trace; verify
nakijken audit; check; examine; inspect; verify look after; look round
- inspect; scrutinise; scrutinize
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
audit audit

Verwante woorden van "audit":

  • auditing, auditive, audits

Synoniemen voor "audit":


Verwante definities voor "audit":

  1. a methodical examination or review of a condition or situation2
    • he made an audit of all the plants on his property2
    • an energy efficiency audit2
    • an email log audit2
  2. an inspection of the accounting procedures and records by a trained accountant or CPA2
  3. attend academic courses without getting credit2
  4. examine carefully for accuracy with the intent of verification2
    • audit accounts and tax returns2
  5. In CMMI process-improvement work, an independent examination of a work product or set of work products to determine whether requirements are being met.1
  6. To track changes in entities and fields as required.1

Wiktionary: audit

Cross Translation:
FromToVia
• audit → aflezen; checken; controleren; nakijken; surveilleren; toezien ↔ vérifier — examiner, rechercher si une chose est vraie, si elle est telle qu’elle doit être ou qu’on l’déclarer.

Verwante vertalingen van audit



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor audit (Nederlands) in het Engels

audit:

audit

  1. audit
    the audit
    • audit [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor audit:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
audit audit accountantsonderzoek; accountantsverslag; controleren; verificatie
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
audit auditeren; controleren; nagaan; nakijken







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0330 seconde
Page rendered in 1.0 seconds