Participation: vertaling Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

participation:
- participatie; deelname; deelneming; medezeggenschap; inspraak
participate:
- deelnemen; participeren; meedoen
Wiktionary:
- participation → deelname, deelneming
- participation → inspraak, medezeggenschap, tantième, deelneming
- participate → meedoen, deelnemen, participeren
- participate → deelnemen

Engels

Uitgebreide vertaling voor participation (Engels) in het Nederlands

participation:

participation [the ~] zelfstandig naamwoord

the participation
de participatie; de deelname; de deelneming
- participatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- deelname [de ~] zelfstandig naamwoord
- deelneming [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
the participation (joint decision making; equal say; say)
de medezeggenschap; de inspraak
- medezeggenschap [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- inspraak [de ~] zelfstandig naamwoord
the participation (co-management)
de medezeggenschap
- medezeggenschap [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor participation:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
deelname	participation	condolence; sympathy
deelneming	participation	condolence; shareholding; sympathy
inspraak	equal say; joint decision making; participation; say
medezeggenschap	co-management; equal say; joint decision making; participation; say
participatie	participation
-	engagement; involution; involvement
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	implication; share

Verwante woorden van "participation":

participate

Synoniemen voor "participation":

engagement; involvement; involution; group action
condition; status

Antoniemen van "participation":

non-involvement; nonparticipation; non-engagement

Verwante definities voor "participation":

the act of sharing in the activities of a group¹
the condition of sharing in common with others (as fellows or partners etc.)¹

Wiktionary: participation

participation

noun

act of participating
- participation → deelname; deelneming

participation

noun

het meedoen
- deelname → participation

Cross Translation:

From	To	Via
• participation	→ inspraak; medezeggenschap	↔ Mitbestimmung — Teilnahme an einer Entscheidung
• participation	→ tantième; deelneming	↔ participation — action de participer à quelque chose.

participation vorm van participate:

to participate werkwoord (participates, participated, participating)

to participate (take part; join in; join; co-operate)
deelnemen; participeren; meedoen
- deelnemen werkwoord (neem deel, neemt deel, nam deel, namen deel, deelgenomen)
- participeren werkwoord (participeer, participeert, participeerde, participeerden, geparticipeerd)
- meedoen werkwoord (doe mee, doet mee, deed mee, deden mee, meegedaan)

Conjugations for participate:

present

participate
participate
participates
participate
participate
participate

simple past

participated
participated
participated
participated
participated
participated

present perfect

have participated
have participated
has participated
have participated
have participated
have participated

past continuous

was participating
were participating
was participating
were participating
were participating
were participating

future

shall participate
will participate
will participate
shall participate
will participate
will participate

continuous present

am participating
are participating
is participating
are participating
are participating
are participating

subjunctive

be participated
be participated
be participated
be participated
be participated
be participated

diverse

participate!
let's participate!
participated
participating

1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor participate:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
deelnemen	co-operate; join; join in; participate; take part	join
meedoen	co-operate; join; join in; participate; take part	be a cast member; join in the game; play along with
participeren	co-operate; join; join in; participate; take part
-	enter; take part

Verwante woorden van "participate":

participating, participative, participation

Synoniemen voor "participate":

take part; act; move
enter

Antoniemen van "participate":

drop out

Verwante definities voor "participate":

become a participant; be involved in¹
share in something¹

Wiktionary: participate

participate

verb

to join in, to take part, to involve oneself
- participate → meedoen; deelnemen; participeren