Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. satisfy:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor satisfy:
    • voldoen aan


Engels

Uitgebreide vertaling voor satisfy (Engels) in het Nederlands

satisfy:

to satisfy werkwoord (satisfies, satisfied, satisfying)

  1. to satisfy (allay; soothe; please; )
    bevredigen; voldoening geven; begeerte stillen
    • bevredigen werkwoord (bevredig, bevredigt, bevredigde, bevredigden, bevredigd)
    • voldoening geven werkwoord (geef voldoening, geeft voldoening, gaf voldoening, gaven voldoening, voldoening gegeven)
    • begeerte stillen werkwoord (stil begeerte, stilt begeerte, stilde begeerte, stilden begeerte, begeerte gestild)
  2. to satisfy (suffice; provide gratification; appease; please)
    tevreden stellen; vergenoegen
    • tevreden stellen werkwoord (stel tevreden, stelt tevreden, stelde tevreden, stelden tevreden, tevreden gesteld)
    • vergenoegen werkwoord (vergenoeg, vergenoegt, vergenoegde, vergenoegden, vergenoegd)
  3. to satisfy (to eat one's fill; satiate; fill)
    verzadigen; zich de buik vol eten
  4. to satisfy (satisfy one's hunger; saturate; satiate)
    honger stillen
    • honger stillen werkwoord (stil honger, stilt honger, stilde honger, stilden honger, honger gestild)

Conjugations for satisfy:

present
  1. satisfy
  2. satisfy
  3. satisfies
  4. satisfy
  5. satisfy
  6. satisfy
simple past
  1. satisfied
  2. satisfied
  3. satisfied
  4. satisfied
  5. satisfied
  6. satisfied
present perfect
  1. have satisfied
  2. have satisfied
  3. has satisfied
  4. have satisfied
  5. have satisfied
  6. have satisfied
past continuous
  1. was satisfying
  2. were satisfying
  3. was satisfying
  4. were satisfying
  5. were satisfying
  6. were satisfying
future
  1. shall satisfy
  2. will satisfy
  3. will satisfy
  4. shall satisfy
  5. will satisfy
  6. will satisfy
continuous present
  1. am satisfying
  2. are satisfying
  3. is satisfying
  4. are satisfying
  5. are satisfying
  6. are satisfying
subjunctive
  1. be satisfied
  2. be satisfied
  3. be satisfied
  4. be satisfied
  5. be satisfied
  6. be satisfied
diverse
  1. satisfy!
  2. let's satisfy!
  3. satisfied
  4. satisfying
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor satisfy:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
begeerte stillen allay; hush; please; quiet; satiate; satisfy; saturate; silence; soothe; tranquilize; tranquillise; tranquillize
bevredigen allay; hush; please; quiet; satiate; satisfy; saturate; silence; soothe; tranquilize; tranquillise; tranquillize
honger stillen satiate; satisfy; satisfy one's hunger; saturate
tevreden stellen appease; please; provide gratification; satisfy; suffice
vergenoegen appease; please; provide gratification; satisfy; suffice do someone a favour; please someone
verzadigen fill; satiate; satisfy; to eat one's fill saturate
voldoening geven allay; hush; please; quiet; satiate; satisfy; saturate; silence; soothe; tranquilize; tranquillise; tranquillize
zich de buik vol eten fill; satiate; satisfy; to eat one's fill
- fill; fulfil; fulfill; gratify; live up to; meet

Verwante woorden van "satisfy":


Synoniemen voor "satisfy":


Antoniemen van "satisfy":

  • fall short of; dissatisfy

Verwante definities voor "satisfy":

  1. fill or meet a want or need1
  2. make happy or satisfied1
  3. meet the requirements or expectations of1

Wiktionary: satisfy

satisfy
verb
  1. to meet needs, to fulfill
satisfy
verb
  1. beantwoorden aan een sterk verlangen
  2. ervoor zorgen dat iemand tevreden wordt
  3. een eis vervullen

Cross Translation:
FromToVia
satisfy voldoen befriedigen — die Erwartungen oder Bedürfnisse von jemandem erfüllen
satisfy bevredigen; paaien; tegemoetkomen aan; tevreden stellen; voldoen contenterrendre quelqu’un content en lui procurer ce qu’il souhaiter avoir.
satisfy bevredigen; paaien; tegemoetkomen aan; tevreden stellen; voldoen satisfaire — Traductions à trier suivant le sens

Verwante vertalingen van satisfy