Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Zoek: batter

Engelse en Nederlandse zoekresultaten voor: batter

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. batter:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor batter (Engels) in het Nederlands

batter:

batter [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the batter
    het beslag
    • beslag [het ~] zelfstandig naamwoord

to batter werkwoord (batters, battered, battering)

  1. to batter (assault; torture; molest; beat up)
    mishandelen; molesteren; pijnigen
    • mishandelen werkwoord (mishandel, mishandelt, mishandelde, mishandelden, mishandeld)
    • molesteren werkwoord (molesteer, molesteert, molesteerde, molesteerden, gemolesteerd)
    • pijnigen werkwoord (pijnig, pijnigt, pijnigde, pijnigden, gepijnigd)
  2. to batter (beat; hit; strike; )
    slaan; een klap geven
    • slaan werkwoord (sla, slaat, sloeg, sloegen, geslagen)
    • een klap geven werkwoord (geef een klap, geeft een klap, gaf een klap, gaven een klap, een klap gegeven)
  3. to batter (bomb; bombard; shell)
    bombarderen; vanuit de lucht beschieten

Conjugations for batter:

present
  1. batter
  2. batter
  3. batters
  4. batter
  5. batter
  6. batter
simple past
  1. battered
  2. battered
  3. battered
  4. battered
  5. battered
  6. battered
present perfect
  1. have battered
  2. have battered
  3. has battered
  4. have battered
  5. have battered
  6. have battered
past continuous
  1. was battering
  2. were battering
  3. was battering
  4. were battering
  5. were battering
  6. were battering
future
  1. shall batter
  2. will batter
  3. will batter
  4. shall batter
  5. will batter
  6. will batter
continuous present
  1. am battering
  2. are battering
  3. is battering
  4. are battering
  5. are battering
  6. are battering
subjunctive
  1. be battered
  2. be battered
  3. be battered
  4. be battered
  5. be battered
  6. be battered
diverse
  1. batter!
  2. let's batter!
  5. battered
  6. battering
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor batter:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beslag batter
- batsman; hitter; slugger
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bombarderen batter; bomb; bombard; shell
een klap geven bang; batter; beat; hammer; hit; smack; smash; strike
mishandelen assault; batter; beat up; molest; torture
molesteren assault; batter; beat up; molest; torture molest
pijnigen assault; batter; beat up; molest; torture aggrieve; hurt; offend; torment; torture
slaan bang; batter; beat; hammer; hit; smack; smash; strike bang; hammer; hit; slap; smack; thump
vanuit de lucht beschieten batter; bomb; bombard; shell
- baste; buffet; clobber; dinge; knock about
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- beat out; damage; hammer out; malleate

Verwante woorden van "batter":

  • battering, battered, batters, batterer

Synoniemen voor "batter":


Verwante definities voor "batter":

  1. a liquid or semiliquid mixture, as of flour, eggs, and milk, used in cooking1
  2. (baseball) a ballplayer who is batting1
  3. make a dent or impression in1
  4. strike violently and repeatedly1
  5. strike against forcefully1

Wiktionary: batter

batter
noun
  1. A beaten mixture of flour and liquid, used for baking
batter
noun
  1. vloeibaar deeg
Cross Translation:
FromToVia
• batter → beslag; deeg ↔ Teig — aus mehreren Zutaten bestehende (häufig dickflüssige) formbare Masse, die meist als Grundstoff für Gebäck dient
• batter → beschadigen; havenen ↔ ramponieren — stark beschädigen







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0447 seconde
Page rendered in 1.0 seconds