Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
-
case:
- geval; kwestie; zaak; aangelegenheid; affaire; casus; naamval; issue; punt; rechtszaak; proces; procedure; rechtsgeding; geding; krat; kist; kratje; kistje; lade; schuiflade; la; schuifla; vraagstuk; probleem; foedraal; koker; etui; kokervormig doosje; pennendoosje; pennenkoker; behuizing; proefpersoon; aanvraag; taak; contract; doos
-
Wiktionary:
- case → kast, omhulsel, uitstalraam, vitrine, valies, tas, kist, casus, naamval, proces, rechtszaak, geval
- case → geval, naamval, zaak, voorval, casus, toeval, doos, bak, etui, foedraal, koker, korf, pot, zak, vat, kist, fles, krat, emmer, kruik, urn, kuip, teil, tobbe, keuze, aangelegenheid, affaire, ding, oorzaak, reden, slof, cassette
-
Gebruikers suggesties voor case:
- rechtzaak, hoesje
Engels
Uitgebreide vertaling voor case (Engels) in het Nederlands
case:
-
the case (matter; business; affair)
-
the case
-
the case
-
the case (question; issue)
-
the case (lawsuit; proceedings; trial; legal suit)
-
the case (crate; box)
-
the case (crate; box)
-
the case (drawer; la; till)
-
the case (problem; matter; question)
-
the case (tubular case; tube; shell-hole; étui)
-
the case (pencase; étui; casing; cover)
-
the case (shell; casing)
– the housing or outer covering of something 1 -
the case (subject; guinea pig)
– a person who is subjected to experimental or other observational procedures; someone who is an object of investigation 1de proefpersoon -
the case (contract; job)
– A customer service issue or problem reported by a customer and the activities that customer service representatives use to resolve it. 2 -
the case
– A receptacle for holding goods to be stored or transported. 2
Vertaal Matrix voor case:
Verwante woorden van "case":
Synoniemen voor "case":
Verwante definities voor "case":
Wiktionary: case
case
Cross Translation:
noun
case
-
typography: the nature of a piece of alphabetic type
- case → kast
-
outer covering or framework of a piece of apparatus
- case → omhulsel
-
piece of furniture, constructed partially of transparent glass or plastic
- case → uitstalraam; vitrine
-
suitcase
- case → valies
-
piece of luggage that can be used to transport an apparatus
- case → tas
-
box containing a number of identical items of manufacture
- case → kist
-
grammar: specific inflection
-
legal proceeding
- case → proces; rechtszaak
-
instance or event as a topic of study
- case → geval
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• case | → geval | ↔ Fall — Stochastik, Logik: das Eintreten eines Zustandes |
• case | → naamval | ↔ Fall — Linguistik: Begriff aus der Grammatik, deutsche Bezeichnung für Kasus |
• case | → zaak | ↔ Fall — Rechtswissenschaft, Polizei, Medizin: Untersuchungsgegenstand |
• case | → geval; voorval; casus | ↔ Kasus — bildungssprachlich, selten: Gegenstand, Vorkommnis |
• case | → casus; naamval | ↔ Kasus — Linguistik: grammatische Kategorie der Deklination von Substantiven, Adjektiven, Pronomen und Artikel |
• case | → toeval | ↔ Zufall — das nicht Vorhersehbare, das nicht Beabsichtigte |
• case | → doos; bak; etui; foedraal; koker; korf; pot; zak; vat; kist; fles; krat; emmer; kruik; urn; kuip; teil; tobbe | ↔ baquet — Petit cuvier de bois qui a les bords assez bas. |
• case | → kist | ↔ caisse — Contenant parallélépipédique |
• case | → keuze; aangelegenheid; affaire; ding; zaak; oorzaak; reden | ↔ cause — Ce qui fait qu’une chose est ou s’opère. |
• case | → doos; slof; cassette | ↔ coffret — Petit coffre. |