Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Zoek: niceness

Engelse en Nederlandse zoekresultaten voor: niceness

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. nice:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor niceness (Engels) in het Nederlands

niceness:


Vertaal Matrix voor niceness:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- politeness; subtlety

Synoniemen voor "niceness":


Antoniemen van "niceness":


Verwante definities voor "niceness":

  1. the quality of being difficult to detect or analyze1
  2. the quality of nice1
  3. a courteous manner that respects accepted social usage1

Wiktionary: niceness

Cross Translation:
FromToVia
• niceness → iets aangenaams; iets prettigs; bijval; fiat; goedkeuring; goedkeuren; aangenaamheid; behaaglijkheid; genoeglijkheid ↔ agrément — action d’agréer.

niceness vorm van nice:

nice bijvoeglijk naamwoord

  1. nice (pleasant; lovely; easy going; good)
    leuk; aangenaam; prettig; plezierig; behaaglijk; fijn; plezant
  2. nice (charming; appealing; sweet; )
    aardig; prettig; bevallig; charmant
  3. nice (good looking; beautiful; pretty; )
    mooi; knap; goed ogend; welgevallig; attractief; fraai
  4. nice (pleasant; enjoyable; agreeable)
    aangenaam; prettig; lekker; fijn
  5. nice (sympathetic; appealing; engaging; )
    sympathiek; aardig; leuk; lief
  6. nice (beloved; cute; dear; sweet)
    lief; bevallig
  7. nice (graceful; dainty; sophisticated; )
    gracieus; sierlijk; elegant
  8. nice (pleasant)
    jofel
    • jofel bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor nice:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aangenaam agreeable; easy going; enjoyable; good; lovely; nice; pleasant agreeable; benevolent; comfortable; cosy; cozy; good-natured; how do you do; kind; mild; pleasant; pleased to meet you; pleasing; pleasurable; snug
aardig alluring; appealing; attractive; charming; congenial; endearing; engaging; entrancing; likable; lovely; nice; sweet; sympathetic; winsome benevolent; good-natured; interesting; kind; mild
attractief beautiful; charming; good looking; good-looking; handsome; lovely; nice; personable; pretty; snap adorable; alluring; appealing; attracting; attractive; charming; desireable; enchanting; entrancing; inviting; lovely; pretty; tempting
behaaglijk easy going; good; lovely; nice; pleasant agreeable; comfortable; cosy; cozy; pleasant; pleasurable; snug
bevallig alluring; appealing; attractive; beloved; charming; congenial; cute; dear; endearing; engaging; entrancing; likable; lovely; nice; sweet; winsome attractive; beautiful; charming; elegant; enchanting; entrancing; graceful; handsome; lovely; pretty
charmant alluring; appealing; attractive; charming; congenial; endearing; engaging; entrancing; likable; lovely; nice; sweet; winsome adorable; affable; amiable; appealing; attractive; benign; bland; charming; cute; dinky; enchanting; entrancing; friendly; lovely; most charming; pretty; sweet; sweetest; taking
elegant dainty; elegant; graceful; handsome; lovely; nice; personable; petite; pretty; refined; slight; snap; sophisticated; stylish aesthetic; classical; classy; distinguished; elegant; esthetic; glamorous; glamourous; graceful; in good style; in good taste; refined; smart; sophisticated; stylish; tasteful; with class
fijn agreeable; easy going; enjoyable; good; lovely; nice; pleasant delicate; fine; fragile; frail; petite; slender; slim; small-boned; subtle; tender; thin
fraai beautiful; charming; good looking; good-looking; handsome; lovely; nice; personable; pretty; snap
gracieus dainty; elegant; graceful; handsome; lovely; nice; personable; petite; pretty; refined; slight; snap; sophisticated; stylish charming; elegant; graceful
jofel nice; pleasant
knap beautiful; charming; good looking; good-looking; handsome; lovely; nice; personable; pretty; snap able; attractive; beautiful; bright; capable; charming; clever; enchanting; entrancing; good-looking; handsome; ingenious; keen; lovely; pretty; skilful; skillful; smart
lekker agreeable; enjoyable; nice; pleasant appetising; appetizing; delicious; delightful; exquisite; heavenly; palatable; scrumptious; tasty; very tasteful; yummy
leuk appealing; congenial; easy going; endearing; engaging; good; likable; lovely; nice; pleasant; sympathetic; winsome comic; comical; cute; droll; farcical; funny; hilarious; humorous; humourous; pleasant
lief appealing; beloved; congenial; cute; dear; endearing; engaging; likable; nice; sweet; sympathetic; winsome adorable; affectionate; amiable; angelical; beloved; cherished; cherubic; cute; dear; devote; enchanting; good; honest; lovable; loved; lovely; popular; precious; sweet; well-behaved
mooi beautiful; charming; good looking; good-looking; handsome; lovely; nice; personable; pretty; snap attractive; beautiful; charming; enchanting; entrancing; handsome; lovely; pretty
plezant easy going; good; lovely; nice; pleasant
plezierig easy going; good; lovely; nice; pleasant agreeable; benevolent; comfortable; cosy; cozy; good-natured; kind; mild; pleasant; pleasing
prettig agreeable; alluring; appealing; attractive; charming; congenial; easy going; endearing; engaging; enjoyable; entrancing; good; likable; lovely; nice; pleasant; sweet; winsome pleasant
sierlijk dainty; elegant; graceful; handsome; lovely; nice; personable; petite; pretty; refined; slight; snap; sophisticated; stylish charming; distinguished; elegant; graceful; refined; sophisticated; stylish
sympathiek appealing; congenial; endearing; engaging; likable; nice; sympathetic; winsome
welgevallig beautiful; charming; good looking; good-looking; handsome; lovely; nice; personable; pretty; snap
- courteous; dainty; decent; gracious; overnice; prissy; skilful; skillful; squeamish
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
goed ogend beautiful; charming; good looking; good-looking; handsome; lovely; nice; personable; pretty; snap

Verwante woorden van "nice":

  • niceness, nicer, nicest, nicely

Synoniemen voor "nice":


Antoniemen van "nice":


Verwante definities voor "nice":

  1. exhibiting courtesy and politeness1
    • a nice gesture1
  2. excessively fastidious and easily disgusted1
    • too nice about his food to take to camp cooking1
  3. pleasant or pleasing or agreeable in nature or appearance1
    • what a nice fellow you are and we all thought you so nasty1
    • nice manners1
    • a nice dress1
    • a nice face1
    • a nice day1
    • had a nice time at the party1
    • the corn and tomatoes are nice today1
  4. done with delicacy and skill1
    • a nice bit of craft1
    • a job requiring nice measurements with a micrometer1
    • a nice shot1
  5. socially or conventionally correct; refined or virtuous1
    • a nice girl1

Wiktionary: nice

nice
interjection
  1. -
adjective
  1. showing or requiring great precision or sensitive discernment
  2. having a pleasant taste or aroma
  3. attractive
  4. pleasant
nice
adjective
  1. een positief gevoel oproepend
  2. aangenaam in omgang
  3. leuk, onderhoudend
  4. prettig, grappig, aangenaam
  5. prettig in voorkomen, aangenaam om naar te kijken, schoon
Cross Translation:
FromToVia
• nice → aangenaam; behaaglijk; genoeglijk; heerlijk; plezierig; prettig ↔ agréable — Qui procure un sentiment de légère gaieté, de bonheur ou encore de bien-être.
• nice → aardig; beminnelijk; lief; vriendelijk; voorkomend ↔ aimable — Qui mériter d’aimer.
• nice → goed; okee ↔ bon — À trier
• nice → heerlijk; kostelijk; overheerlijk; fijn; lekker; smakelijk; van goede smaak getuigend ↔ savoureux — Qui a une bonne saveur, une saveur agréable.
• nice → innemend; sympathiek; zielsverwant ↔ sympathique — Relatif à la sympathie.







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0857 seconde
Page rendered in 1.0 seconds