Overzicht


Engels

Uitgebreide vertaling voor utterances (Engels) in het Frans

utterances:

utterances [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the utterances (statements; pronouncements; pronunciations)
    la prononciations; la paroles
  2. the utterances (words; verbalisms; paroles; messages)
    le mots
    • mots [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor utterances:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mots messages; paroles; utterances; verbalisms; words
paroles pronouncements; pronunciations; statements; utterances formulation; wording
prononciations pronouncements; pronunciations; statements; utterances

Verwante woorden van "utterances":


utterances vorm van utterance:

utterance [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the utterance (expression)
    l'expression; l'attestation; la déclaration
  2. the utterance (expression of opinion; statement; declaration; )
    la déclaration

Vertaal Matrix voor utterance:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
attestation expression; utterance attestation; certificate; declaration; enunciation; pronunciation; reference
déclaration comment; declaration; expression; expression of opinion; letting out; remark; statement; utterance account; announcement; bill; clearance; clearing; declaration; enunciation; invoice; judgement; note; notification; pronunciation; report; sentence; subpoena; summons; testimony; verdict
expression expression; utterance aphorism; expression; facial expression; formulation; idiom; look; maxim; meaning; phrase; phrasing; saying; statement; term; turn of phrase; vocabulary; wording
- vocalisation; vocalization

Verwante woorden van "utterance":


Synoniemen voor "utterance":

  • vocalization; auditory communication

Verwante definities voor "utterance":

  1. the use of uttered sounds for auditory communication1

Wiktionary: utterance

utterance
noun
  1. an act of uttering
  2. something spoken
utterance
noun
  1. Ce qu’on énoncer.

Cross Translation:
FromToVia
utterance propos; déclaration Äußerung — das, was man ausgesprochen oder bemerkt hat (Bemerkung)