Overzicht
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. uncle:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor uncles (Engels) in het Frans

uncle:

uncle [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the uncle
    l'oncle
    • oncle [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor uncle:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
oncle uncle

Verwante woorden van "uncle":

  • uncles

Synoniemen voor "uncle":


Antoniemen van "uncle":


Verwante definities voor "uncle":

  1. the brother of your father or mother; the husband of your aunt1
  2. a source of help and advice and encouragement1
    • he played uncle to lonely students1

Wiktionary: uncle

uncle
noun
  1. brother (or brother-in-law) of someone’s parent
uncle
noun
  1. fami|fr frère ou beau-frère du père ou de la mère.

Cross Translation:
FromToVia
uncle oncle Oheimveraltet: Onkel; ursprünglich nur: der Bruder der Mutter
uncle oncle Onkel — 2. oder höheren Grades: Sohn von Großtante oder Großonkel irgendeinen Grades
uncle oncle Onkel — 1. Grades: Bruder von Mutter oder Vater
uncle Ursule Utrecht — spelwoord voor de letter u