Overzicht
Engels naar Frans: Meer gegevens...
- stranger:
- strange:
-
Wiktionary:
- stranger → inconnu, étranger, étrangère
- stranger → étranger
- stranger → étranger
- strange → étrange, inconnu, étranger, bizarre, drôle, singulier
- strange → clocher
- strange → inconnu, bizarre, étrange, curieuse, curieux, singulière, singulier, tordu, tordue, étranger, particulier, particulière, remarquable, bouffe
Engels
Uitgebreide vertaling voor stranger (Engels) in het Frans
stranger:
-
the stranger (unknown person; outsider; alien)
– anyone who does not belong in the environment in which they are found 1 -
the stranger (foreigner; outsider; alien)
– anyone who does not belong in the environment in which they are found 1 -
the stranger (misfit; unknown)
– anyone who does not belong in the environment in which they are found 1
Vertaal Matrix voor stranger:
Verwante woorden van "stranger":
Synoniemen voor "stranger":
Verwante definities voor "stranger":
Wiktionary: stranger
stranger
stranger
Cross Translation:
noun
-
Une personne que l’on ne connait pas
-
Personne en provenance d’une région différente.
-
Qui vient de l’extérieur.
-
Relatif à ce qui vient de l’extérieur.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• stranger | → étranger | ↔ vreemdeling — iemand die uit een ander gebied of land afkomstig is dan het onderhavige |
• stranger | → étranger | ↔ Fremder — jemand, den man nicht kennen |
stranger vorm van strange:
-
strange (rare; extraordinary; prodigious; seldom; rarely; uncommon; odd; phenomenal; unique; funny; hardly ever; little)
curieux; rare; inhabituelle; étrange; étrangement; rarement; inhabituel; singulier; insolant; insolante; curieuse-
curieux bijvoeglijk naamwoord
-
rare bijvoeglijk naamwoord
-
inhabituelle bijvoeglijk naamwoord
-
étrange bijvoeglijk naamwoord
-
étrangement bijvoeglijk naamwoord
-
rarement bijvoeglijk naamwoord
-
inhabituel bijvoeglijk naamwoord
-
singulier bijvoeglijk naamwoord
-
insolant bijvoeglijk naamwoord
-
insolante bijvoeglijk naamwoord
-
curieuse bijvoeglijk naamwoord
-
-
strange (odd; atypical)
bizarre; curieux; étranger; étrange; drôle; fou; dingue; particulier; sot; particulièrement; singulier; curieuse; étrangement; bizarrement; singulière-
bizarre bijvoeglijk naamwoord
-
curieux bijvoeglijk naamwoord
-
étranger bijvoeglijk naamwoord
-
étrange bijvoeglijk naamwoord
-
drôle bijvoeglijk naamwoord
-
fou bijvoeglijk naamwoord
-
dingue bijvoeglijk naamwoord
-
particulier bijvoeglijk naamwoord
-
sot bijvoeglijk naamwoord
-
particulièrement bijvoeglijk naamwoord
-
singulier bijvoeglijk naamwoord
-
curieuse bijvoeglijk naamwoord
-
étrangement bijvoeglijk naamwoord
-
bizarrement bijvoeglijk naamwoord
-
singulière bijvoeglijk naamwoord
-
-
strange (peculiar; curious; odd; queer)
-
strange (queer; foreign; outlandish; odd; alien; exotic; funny)
bizarre; curieux; excentrique; étranger; drôle; dingue; étrange; singulièrement; singulier; typique-
bizarre bijvoeglijk naamwoord
-
curieux bijvoeglijk naamwoord
-
excentrique bijvoeglijk naamwoord
-
étranger bijvoeglijk naamwoord
-
drôle bijvoeglijk naamwoord
-
dingue bijvoeglijk naamwoord
-
étrange bijvoeglijk naamwoord
-
singulièrement bijvoeglijk naamwoord
-
singulier bijvoeglijk naamwoord
-
typique bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor strange:
Verwante woorden van "strange":
Synoniemen voor "strange":
Antoniemen van "strange":
Verwante definities voor "strange":
Wiktionary: strange
strange
Cross Translation:
adjective
strange
adjective
-
fantasque, capricieux, extravagant.
-
Bizarre, inhabituel, qui sort du commun.
-
qui n'est pas connu
-
Qui est différent ou particulier, qui ne ressembler pas aux autres.
-
Qui est en dehors de l’ordre, de l’usage commun ; qui est singulier, extraordinaire.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• strange | → inconnu; bizarre; étrange | ↔ vreemd — niet bekend |
• strange | → bizarre; étrange | ↔ vreemd — gek, onwerkelijk |
• strange | → étrange | ↔ vreemd — van buiten, niet van hier |
• strange | → étrange | ↔ raar — afwijkend van gewoonlijk, verbazing opwekkend |
• strange | → bizarre; curieuse; curieux; singulière; singulier; étrange; tordu; tordue | ↔ anders — Namibia, Südwesterdeutsch (adjektivischer Gebrauch) seltsam, sonderbar, komisch |
• strange | → étranger | ↔ ausländisch — auf das Ausland bezogen oder sich auf das Ausland beziehend, in der Art und Weise des Auslandes; im Ausland ansässig, aus diesem stammend |
• strange | → bizarre; particulier; singulière; singulier; particulière | ↔ eigenartig — besonders in seiner Art, vom Standard abweichend |
• strange | → inconnu | ↔ fremd — nicht bekannt, fremdartig |
• strange | → étrange; étranger | ↔ fremd — von woanders her, ausländisch |
• strange | → bizarre | ↔ komisch — Verwunderung auslösend |
• strange | → étrange; curieux; remarquable | ↔ merkwürdig — durch Abweichung des Üblichen auffallend; Staunen, Verwunderung oder aber leises Misstrauen bewirkend |
• strange | → bizarre; bouffe; curieux; étrange; singulier | ↔ seltsam — nicht normal; merkwürdig, sonderbar |
• strange | → étrange | ↔ sonderbar — sich im Vergleich abhebend, einen unterschiedlichen Charakter besitzend, durch Absonderung entstanden oder entstehend (häufig mit der Tendenz zum Außergewöhnlichen, zum Komischen, zum Skurrilen) |