Home ->Woordenboeken ->Engels/Frans ->Vertaal splendor

Vertaal splendor van Engels naar Frans

Overzicht
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. splendor:
  2. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor splendor (Engels) in het Frans

splendor:

splendor [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans

  1. the splendor (splendour; glory)
    la splendeur; la gloire
    • splendeur [la ~] zelfstandig naamwoord
    • gloire [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. the splendor (splendour; glory)
    la splendeur; la magnificence; le faste; le lustre; l'apparat; la pompe
    • splendeur [la ~] zelfstandig naamwoord
    • magnificence [la ~] zelfstandig naamwoord
    • faste [le ~] zelfstandig naamwoord
    • lustre [le ~] zelfstandig naamwoord
    • apparat [le ~] zelfstandig naamwoord
    • pompe [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. the splendor (sparkle; sparkling; splendour; )
    la gloire; l'étincellement; le scintillement; l'honneur; la splendeur

Vertaal Matrix voor splendor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
apparat glory; splendor; splendour ceremony; procession; rite
faste glory; splendor; splendour grantness
gloire glittering; glory; luster; lustre; sparkle; sparkling; splendor; splendour high-spirit; high-spiritedness; honor; honour; pride; sense of honour
honneur glittering; luster; lustre; sparkle; sparkling; splendor; splendour becomingness; chastity; decency; deference; gentility; high-spirit; high-spiritedness; honor; honour; honours; modesty; order; pride; propriety; respect; respectability; respecting; ribbon; seemliness; sense of honour; solidity; soundness; tribute; virtue
lustre glory; splendor; splendour brilliance; five-yearly anniversary; gleam; glimmer; glitter; glow; hanging lamp; jubilee year; lustrum; pendant lamp; radiance; shine; sparkling
magnificence glory; splendor; splendour abundance; affluence; benediction; blessedness; blessing; bliss; boon; deliciousness; glory; grandeur; grandiosity; grantness; happiness; haughtiness; impressiveness; joy; luxury; magnificence; majesty; pride; well-being
pompe glory; splendor; splendour abundance; affluence; grandeur; grandiosity; haughtiness; heart; impressiveness; luxury; majesty; pride; pump; ticker
scintillement glittering; luster; lustre; sparkle; sparkling; splendor; splendour brilliance; flash; flicker; flickering; gleam; glint; glitter; glittering; light signal; radiance; shine; sparkle; sparkling
splendeur glittering; glory; luster; lustre; sparkle; sparkling; splendor; splendour abundance; affluence; blessedness; bliss; deliciousness; glory; happiness; joy; luxury; magnificence; well-being
étincellement glittering; luster; lustre; sparkle; sparkling; splendor; splendour brilliance; flash; flicker; flickering; gleam; glint; glitter; glittering; light signal; radiance; shimmering; shine; sparkle; sparkling
- brilliance; brilliancy; grandeur; grandness; luster; lustre; magnificence; splendour

Synoniemen voor "splendor":


Verwante definities voor "splendor":

  1. the quality of being magnificent or splendid or grand1
    • it is the university that gives the scene its stately splendor1
  2. a quality that outshines the usual1

Wiktionary: splendor

Cross Translation:
FromToVia
• splendor → splendeur ↔ Pracht — optisch überwältigender Zustand; enorme oder üppige Schönheit







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0456 seconde
Page rendered in 1.0 seconds