Engels
Uitgebreide vertaling voor specifying (Engels) in het Frans
specifying:
-
specifying (defining)
descriptif; caractéristique; typique; représentatif; distinctif-
descriptif bijvoeglijk naamwoord
-
caractéristique bijvoeglijk naamwoord
-
typique bijvoeglijk naamwoord
-
représentatif bijvoeglijk naamwoord
-
distinctif bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor specifying:
Verwante woorden van "specifying":
specifying vorm van specify:
-
to specify (detail)
spécifier; détailler-
spécifier werkwoord (spécifie, spécifies, spécifions, spécifiez, spécifient, spécifiais, spécifiait, spécifiions, spécifiiez, spécifiaient, spécifiai, spécifias, spécifia, spécifiâmes, spécifiâtes, spécifièrent, spécifierai, spécifieras, spécifiera, spécifierons, spécifierez, spécifieront)
-
détailler werkwoord (détaille, détailles, détaillons, détaillez, détaillent, détaillais, détaillait, détaillions, détailliez, détaillaient, détaillai, détaillas, détailla, détaillâmes, détaillâtes, détaillèrent, détaillerai, détailleras, détaillera, détaillerons, détaillerez, détailleront)
-
Conjugations for specify:
present
- specify
- specify
- specifies
- specify
- specify
- specify
simple past
- specified
- specified
- specified
- specified
- specified
- specified
present perfect
- have specified
- have specified
- has specified
- have specified
- have specified
- have specified
past continuous
- was specifying
- were specifying
- was specifying
- were specifying
- were specifying
- were specifying
future
- shall specify
- will specify
- will specify
- shall specify
- will specify
- will specify
continuous present
- am specifying
- are specifying
- is specifying
- are specifying
- are specifying
- are specifying
subjunctive
- be specified
- be specified
- be specified
- be specified
- be specified
- be specified
diverse
- specify!
- let's specify!
- specified
- specifying
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor specify:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
détailler | detail; specify | compute; define; draw up; elaborate; state precisely; work out |
spécifier | detail; specify | |
- | assign; condition; define; delimit; delimitate; delineate; designate; destine; determine; fix; intend; limit; nail down; narrow; narrow down; particularise; particularize; peg down; pin down; qualify; set; set apart; specialise; specialize; stipulate |
Verwante woorden van "specify":
Synoniemen voor "specify":
Antoniemen van "specify":
Verwante definities voor "specify":
Wiktionary: specify
specify
Cross Translation:
verb
specify
-
to state explicitly, in detail, or as a condition
- specify → spécifier
verb
-
fixer, déterminer exactement.
-
Désigner par son trait spécifique, exprimer, déterminer en particulier, en détail.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• specify | → spécifier | ↔ specificeren — in details beschrijven |
• specify | → préciser | ↔ präzisieren — (transitiv) etwas genauer beschreiben, eingrenzen |