Overzicht
Engels naar Frans: Meer gegevens...
- simpler:
-
simple:
- facile; simple; léger; pratique; légère; aisé; confortable; facilement; simplement; agréable; confortablement; naïf; seul; commode; puérilement; sobre; adroit; niais; obtus; très vite; agile; sans peine; aisément; ingénu; sans effort; pas difficile; naturel; enfantin; en bon enfant; sans prétention; sans esprit; comme un enfant; terne; élémentaire; borné; puéril; commodément; naïvement; ordinaire; d'enfant; simple d'esprit; d'une façon enfantine; sans problème; sans accroc; singulier; sans difficulté; pas compliqué; bête; modeste; humble; humblement; modestement; candide; trop confiant; crédule; infantile; ingénument; sans artifice; attardé; imbécile; arriéré; dégénéré; demeuré; sobrement; petitement; frugalement; maigrement
- Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor simpler (Engels) in het Frans
simpler:
-
simpler
plus simple-
plus simple bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor simpler:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
plus simple | simpler |
simple:
-
simple (not difficult; easy; easily; effortless; not hard)
facile; simple; léger; pratique; légère; aisé; confortable; facilement; simplement; agréable; confortablement; naïf; seul; commode; puérilement; sobre; adroit; niais; obtus; très vite; agile; sans peine; aisément; ingénu; sans effort; pas difficile; naturel; enfantin; en bon enfant; sans prétention; sans esprit; comme un enfant; terne; élémentaire; borné; puéril; commodément; naïvement; ordinaire; d'enfant; simple d'esprit; d'une façon enfantine-
facile bijvoeglijk naamwoord
-
simple bijvoeglijk naamwoord
-
léger bijvoeglijk naamwoord
-
pratique bijvoeglijk naamwoord
-
légère bijvoeglijk naamwoord
-
aisé bijvoeglijk naamwoord
-
confortable bijvoeglijk naamwoord
-
facilement bijwoord
-
simplement bijvoeglijk naamwoord
-
agréable bijvoeglijk naamwoord
-
confortablement bijvoeglijk naamwoord
-
naïf bijvoeglijk naamwoord
-
seul bijvoeglijk naamwoord
-
commode bijvoeglijk naamwoord
-
puérilement bijvoeglijk naamwoord
-
sobre bijvoeglijk naamwoord
-
adroit bijvoeglijk naamwoord
-
niais bijvoeglijk naamwoord
-
obtus bijvoeglijk naamwoord
-
très vite bijvoeglijk naamwoord
-
agile bijvoeglijk naamwoord
-
sans peine bijvoeglijk naamwoord
-
aisément bijvoeglijk naamwoord
-
ingénu bijvoeglijk naamwoord
-
sans effort bijvoeglijk naamwoord
-
pas difficile bijvoeglijk naamwoord
-
naturel bijvoeglijk naamwoord
-
enfantin bijvoeglijk naamwoord
-
en bon enfant bijvoeglijk naamwoord
-
sans prétention bijvoeglijk naamwoord
-
sans esprit bijvoeglijk naamwoord
-
comme un enfant bijvoeglijk naamwoord
-
terne bijvoeglijk naamwoord
-
élémentaire bijvoeglijk naamwoord
-
borné bijvoeglijk naamwoord
-
puéril bijvoeglijk naamwoord
-
commodément bijvoeglijk naamwoord
-
naïvement bijvoeglijk naamwoord
-
ordinaire bijvoeglijk naamwoord
-
d'enfant bijvoeglijk naamwoord
-
simple d'esprit bijvoeglijk naamwoord
-
d'une façon enfantine bijvoeglijk naamwoord
-
-
simple (uncomplicated; easy)
ordinaire; facile; simple; sobre; sans problème; sans accroc; naturel; simplement; singulier; élémentaire; sans prétention; sans difficulté; pas compliqué-
ordinaire bijvoeglijk naamwoord
-
facile bijvoeglijk naamwoord
-
simple bijvoeglijk naamwoord
-
sobre bijvoeglijk naamwoord
-
sans problème bijvoeglijk naamwoord
-
sans accroc bijvoeglijk naamwoord
-
naturel bijvoeglijk naamwoord
-
simplement bijvoeglijk naamwoord
-
singulier bijvoeglijk naamwoord
-
élémentaire bijvoeglijk naamwoord
-
sans prétention bijvoeglijk naamwoord
-
sans difficulté bijvoeglijk naamwoord
-
pas compliqué bijvoeglijk naamwoord
-
-
simple (naive; wide-eyed)
-
simple (of simple origin; modest; humble)
modeste; ordinaire; humble; humblement; modestement-
modeste bijvoeglijk naamwoord
-
ordinaire bijvoeglijk naamwoord
-
humble bijvoeglijk naamwoord
-
humblement bijvoeglijk naamwoord
-
modestement bijvoeglijk naamwoord
-
-
simple (naïve)
naïf; bête; candide; trop confiant; crédule; infantile; ingénu; naïvement; ingénument; sans artifice-
naïf bijvoeglijk naamwoord
-
bête bijvoeglijk naamwoord
-
candide bijvoeglijk naamwoord
-
trop confiant bijvoeglijk naamwoord
-
crédule bijvoeglijk naamwoord
-
infantile bijvoeglijk naamwoord
-
ingénu bijvoeglijk naamwoord
-
naïvement bijvoeglijk naamwoord
-
ingénument bijvoeglijk naamwoord
-
sans artifice bijvoeglijk naamwoord
-
-
simple (mentally retarded; backward; stupid)
-
simple (unpretentious; modest; austere; sober)
sobrement; petitement; frugalement; maigrement-
sobrement bijvoeglijk naamwoord
-
petitement bijvoeglijk naamwoord
-
frugalement bijvoeglijk naamwoord
-
maigrement bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor simple:
Verwante woorden van "simple":
Synoniemen voor "simple":
Antoniemen van "simple":
Verwante definities voor "simple":
Wiktionary: simple
simple
Cross Translation:
adjective
noun
simple
-
preparation from one plant
- simple → simple
adjective
-
Qui se faire sans peine.
-
Qui a de la retenue, de la modération, qui ne donner dans aucun excès.
-
naturel, ingénu, sans fard, sans apprêt, sans artifice.
-
Qui est sans mélange.
-
Qui ignore ou refuse le faste, les complications et les formalités
- simple → simple; easy; unassuming
-
D’un rang peu élevé ; de condition sociale modeste
-
Facile
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• simple | → simple | ↔ eenvoudig — zonder overdaad of vertoon |
• simple | → simple | ↔ eenvoudig — niet ingewikkeld |
• simple | → simple | ↔ einfach — nicht aufwändig, luxuriös |
• simple | → simple | ↔ einfach — nicht schwierig, sondern leicht |