Necessity in het Frans vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Frans: Meer gegevens...

necessity:
- nécessité; cas élémentaire; indigence; pauvreté; adversité; détresse; misère; besoin vital
Wiktionary:
- necessity → nécessité

Engels

Uitgebreide vertaling voor necessity (Engels) in het Frans

necessity:

necessity [the ~] zelfstandig naamwoord

the necessity (elementary matter; essential; emergency)
la nécessité; le cas élémentaire
- nécessité [la ~] zelfstandig naamwoord
- cas élémentaire [le ~] zelfstandig naamwoord
the necessity (need; destitution; disaster; adversity)
la nécessité; l'indigence; la pauvreté; l'adversité; la détresse; la misère
- nécessité [la ~] zelfstandig naamwoord
- indigence [la ~] zelfstandig naamwoord
- pauvreté [la ~] zelfstandig naamwoord
- adversité [la ~] zelfstandig naamwoord
- détresse [la ~] zelfstandig naamwoord
- misère [la ~] zelfstandig naamwoord
the necessity (necessity of life; sustenance)
le besoin vital
- besoin vital [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor necessity:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
adversité	adversity; destitution; disaster; necessity; need	adverse wind; adversity; bad luck; contrary wind; misfortune; reverse; trouble
besoin vital	necessity; necessity of life; sustenance
cas élémentaire	elementary matter; emergency; essential; necessity
détresse	adversity; destitution; disaster; necessity; need	adversity; bad luck; dejection; depression; grief; helplessness; melancholy; misfortune; mournfulness; need; regret; reverse; sadness; sorrow; trouble; wistfulness
indigence	adversity; destitution; disaster; necessity; need	apathy; crisis; destitution; dullness; emergency situation; indigentness; listlessness; need; neediness; of limited means; poorness; state of emergency; tepidness
misère	adversity; destitution; disaster; necessity; need	adversity; bad condition; bad luck; blows; calamity; catastrophe; dearth; deficiency; destitution; disaster; disasters; discomforts; famine; grief; hardship; helplessness; hollowness; lack; lankiness; leanness; meagerness; meagreness; miserable condition; misery; misfortune; misfortunes; need; needyness; parsimony; paucity; penury; poor situation; poorness; poverty; problems; punches; reverse; sadness; scantiness; scarcity; shortage; skinniness; slenderness; sorrow; sparsity; squalor; thinness; tightness; trouble; troubles; want
nécessité	adversity; destitution; disaster; elementary matter; emergency; essential; necessity; need	depravedness; destituteness; destitution; harbourless; indigentness; need; neediness; of limited means; poorness; seediness; shabbiness
pauvreté	adversity; destitution; disaster; necessity; need	dearth; depravedness; destituteness; destitution; famine; frugality; fumblingness; harbourless; hardship; hollowness; indigentness; lack; lankiness; leanness; meagerness; meagreness; need; neediness; needyness; of limited means; parsimony; paucity; penury; plainness; poorness; poverty; scantiness; scarcity; seediness; shabbiness; shortage; simpleness; simplicity; skinniness; skinnyness; slenderness; sobriety; sparsity; thinness; tightness; want
-	essential; necessary; requirement; requisite
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	necessary; necessary of life; needfulness; requisiteness

Verwante woorden van "necessity":

necessities

Synoniemen voor "necessity":

need; demand
essential; requirement; requisite; necessary; thing

Antoniemen van "necessity":

inessential

Verwante definities voor "necessity":

anything indispensable¹
- food and shelter are necessities of life¹
the condition of being essential or indispensable¹

Wiktionary: necessity

necessity

noun

quality or state of being necessary, unavoidable, or absolutely requisite
- necessity → nécessité

necessity

noun

caractère de ce qui est absolument obligatoire, indispensable, de ce dont on ne peut se passer.
- nécessité → necessity; need; requisite

Verwante vertalingen van necessity

Remove Ads

Vertaal necessity van Engels naar Frans

Uitgebreide vertaling voor necessity (Engels) in het Frans

necessity:

necessity [the ~] zelfstandig naamwoord

the necessity (elementary matter; essential; emergency)

the necessity (need; destitution; disaster; adversity)

the necessity (necessity of life; sustenance)

Vertaal Matrix voor necessity:

Verwante woorden van "necessity":

Synoniemen voor "necessity":

Antoniemen van "necessity":

Verwante definities voor "necessity":

Wiktionary: necessity

Verwante vertalingen van necessity