Engels

Uitgebreide vertaling voor napping (Engels) in het Frans

napping:

napping [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the napping (dozing; drowsing; snoozing)
    le somme; la somnolence; l'assoupissement; le demi-sommeil; le rêvasserie
  2. the napping (dozing; drowsing; snoozing)
    le somme; le demi-sommeil; la somnolence; l'assoupissement; la rêvasserie; le rêve éveillé

Vertaal Matrix voor napping:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
assoupissement dozing; drowsing; napping; snoozing anaesthetic; anesthetic; slumber; slumbering
demi-sommeil dozing; drowsing; napping; snoozing nap
rêvasserie dozing; drowsing; napping; snoozing being absent-minded; daydreaming; musing
rêve éveillé dozing; drowsing; napping; snoozing castle in the air; daydream; pie in the sky; pipe dream; reverie
somme dozing; drowsing; napping; snoozing addition; addition sum; after lunch nap; afternoon nap; amount; count; dose; footing; nap; number; quantity; siesta; size; sum; total amount
somnolence dozing; drowsing; napping; snoozing dreaminess; drowsiness; sleepiness; slumber; slumbering
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- off guard; off her guard; off his guard; off one's guard; off your guard; off-guard

Synoniemen voor "napping":

  • off-guard; off guard; off one's guard; off his guard; off her guard; off your guard; unready

Verwante definities voor "napping":

  1. not prepared or vigilant1
    • the blow caught him napping1