Overzicht
Engels naar Frans: Meer gegevens...
- later:
- late:
-
Wiktionary:
- later → plus tard
- later → à plus, postérieurement, ultérieurement, tout à l'heure, après, ultérieur, futur, ultérieure, future, suivant, suivante
- later → plus loin
- later → postérieur
- later → à plus
- late → feu, regretté, regrettée, défunt, en retard, tard, tardif
- late → tard, en retard
- late → tard, tardif, retardé, en retard, attardé, tardivement, décédé, décédée, défunt, défunte, feu, feue
- late → tarder
Engels
Uitgebreide vertaling voor later (Engels) in het Frans
later:
-
later (in a little while; soon; next)
bientôt; ensuite; prochainement; tout de suite; puis; avant peu; sous peu; tout à l'heure; d'ici peu-
bientôt bijvoeglijk naamwoord
-
ensuite bijvoeglijk naamwoord
-
prochainement bijvoeglijk naamwoord
-
tout de suite bijvoeglijk naamwoord
-
puis bijvoeglijk naamwoord
-
avant peu bijvoeglijk naamwoord
-
sous peu bijvoeglijk naamwoord
-
tout à l'heure bijvoeglijk naamwoord
-
d'ici peu bijvoeglijk naamwoord
-
-
later (afterwards; subsequently; then; next; after)
plus tard; ultérieurement; après-
plus tard bijvoeglijk naamwoord
-
ultérieurement bijvoeglijk naamwoord
-
après bijvoeglijk naamwoord
-
-
later (afterwards; later on)
plus tard; après; tout à l'heure-
plus tard bijvoeglijk naamwoord
-
après bijvoeglijk naamwoord
-
tout à l'heure bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor later:
Synoniemen voor "later":
Antoniemen van "later":
Verwante definities voor "later":
Wiktionary: later
later
later
Cross Translation:
adverb
adjective
-
Qui suit dans le temps
-
(familier, fr) au revoir, à plus tard.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• later | → tout à l'heure | ↔ straks — op een later moment |
• later | → après | ↔ nach — Relation, bei der das mit nach referenzierte Bezugsobjekt zeitlich oder räumlich (in Bewegungsrichtung) vor dem Subjekt liegt; mit Dativ |
• later | → ultérieur; futur; ultérieure; future; suivant; suivante | ↔ nachmalig — schriftsprachlich, veraltend: baldig nach einer nicht genau bestimmbaren Zeit beginnend, eintretend, sich ereignend, erfolgend, geschehend |
late:
-
late
– after the expected or usual time; delayed 1tard; tardive; tardivement; tardif-
tard bijvoeglijk naamwoord
-
tardive bijvoeglijk naamwoord
-
tardivement bijvoeglijk naamwoord
-
tardif bijvoeglijk naamwoord
-
-
late (deceased; passed away; dead; expired; no more; gone)
– having died recently 1
-
late (at an earlier date; previous; former; formerly; earlier; in former times; past; before; ex; retired; one-time)
– (used especially of persons) of the immediate past 1dernier; passé; précédent; ancien; antérieur; autrefois; ex-; du temps; auparavant; précédemment; de ce temps-là; jadis; antérieurement; d'antan; d'avant; d'alors; de l'époque-
dernier bijvoeglijk naamwoord
-
passé bijvoeglijk naamwoord
-
précédent bijvoeglijk naamwoord
-
ancien bijvoeglijk naamwoord
-
antérieur bijvoeglijk naamwoord
-
autrefois bijvoeglijk naamwoord
-
ex- bijvoeglijk naamwoord
-
du temps bijvoeglijk naamwoord
-
auparavant bijvoeglijk naamwoord
-
précédemment bijvoeglijk naamwoord
-
de ce temps-là bijvoeglijk naamwoord
-
jadis bijvoeglijk naamwoord
-
antérieurement bijvoeglijk naamwoord
-
d'antan bijvoeglijk naamwoord
-
d'avant bijvoeglijk naamwoord
-
d'alors bijvoeglijk naamwoord
-
de l'époque bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor late:
Verwante woorden van "late":
Synoniemen voor "late":
Antoniemen van "late":
Verwante definities voor "late":
Wiktionary: late
late
Cross Translation:
adjective
late
-
euphemism for dead
-
not arriving until after an expected time
- late → en retard
-
near the end of the day
- late → tard
-
near the end of a period of time
- late → tard
-
proximate in time
- late → tard
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• late | → tard | ↔ laat — 's avonds, 's nachts |
• late | → tardif; retardé; en retard; attardé | ↔ laat — na het voorziene ogenblik |
• late | → tard; tardif; tardivement | ↔ spät — zeitlich fortgeschritten, kurz vor Schluss, gegen Ende |
• late | → décédé; décédée; défunt; défunte; feu; feue | ↔ verstorben — gehoben: zu leben aufgehört habend |