Overzicht
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. instability:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor instability (Engels) in het Frans

instability:

instability [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the instability (perishableness; transitoriness)
    la nature transitoire; la fugacité; l'instabilité; la volatilité; l'inconstance
  2. the instability (variability)
    l'instabilité; l'inconstance

Vertaal Matrix voor instability:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fugacité instability; perishableness; transitoriness brevity; shortness
inconstance instability; perishableness; transitoriness; variability fickleness; inconsistancy; inconstancy; uncertainty
instabilité instability; perishableness; transitoriness; variability erraticness; fickleness; inconsistancy; uncertainty; unstableness
nature transitoire instability; perishableness; transitoriness
volatilité instability; perishableness; transitoriness
- imbalance; unbalance; unstableness

Verwante woorden van "instability":


Synoniemen voor "instability":


Antoniemen van "instability":


Verwante definities voor "instability":

  1. the quality or attribute of being unstable and irresolute1
  2. unreliability attributable to being unstable1
  3. an unstable order1
  4. a lack of balance or state of disequilibrium1

Wiktionary: instability

instability
noun
  1. quality of being unstable
instability