Overzicht
Engels naar Frans: Meer gegevens...
- impoliteness:
-
impolite:
- grossier; impoli; à la paysanne; mal élévée; grossièrement; impolie; mal élevé; à toute évidence; grossière; désagréable; peu aimable; désagréablement; peu sociable; inamical; maladroit; insolent; indécemment; indécent; impertinent; effronté; inconvenant; impudent; insolemment; impudemment; impertinemment; de manière insupportable; insupportable; intolérant; intolérable
-
Wiktionary:
- impoliteness → impolitesse
- impoliteness → impolitesse
- impolite → impoli
- impolite → impoli
- impolite → impoli, bourru, rude, discourtois
Engels
Uitgebreide vertaling voor impoliteness (Engels) in het Frans
impoliteness:
-
the impoliteness (rudeness)
-
the impoliteness (uncouth remark; rudeness; rude remark)
la grossièreté -
the impoliteness (rudeness; boorishness)
Vertaal Matrix voor impoliteness:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
défaut d'éducation | boorishness; impoliteness; rudeness | impertinence; impropriety; insolence; rudeness; unmannerliness; unreasonableness |
grossièreté | boorishness; impoliteness; rude remark; rudeness; uncouth remark | boldness; boorishness; brutality; caddishness; coarseness; crassness; crudeness; dirty word; discourtesy; four-letter word; impertinence; impropriety; impudence; insolence; rudeness; unmannerliness; unreasonableness |
impolitesse | boorishness; impoliteness; rudeness | boorishness; discourtesy; impertinence; insolence; rudeness; uncooperativeness; unkindness |
Verwante woorden van "impoliteness":
Synoniemen voor "impoliteness":
Antoniemen van "impoliteness":
Verwante definities voor "impoliteness":
Wiktionary: impoliteness
impoliteness
Cross Translation:
noun
-
state of being impolite
- impoliteness → impolitesse
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• impoliteness | → impolitesse | ↔ onbeleefdheid — onethisch gedrag dat geen rekening houdt met een ander |
• impoliteness | → impolitesse | ↔ Unhöflichkeit — ungesittetes, beleidigendes oder unangebrachtes Verhalten |
impolite:
-
impolite (ill-mannered; rude; offensive; oafish; loutish; discourteous; indecent; insolent; impertinent)
grossier; impoli; à la paysanne; mal élévée; grossièrement; impolie; mal élevé; à toute évidence; grossière-
grossier bijvoeglijk naamwoord
-
impoli bijvoeglijk naamwoord
-
à la paysanne bijvoeglijk naamwoord
-
mal élévée bijvoeglijk naamwoord
-
grossièrement bijvoeglijk naamwoord
-
impolie bijvoeglijk naamwoord
-
mal élevé bijvoeglijk naamwoord
-
à toute évidence bijvoeglijk naamwoord
-
grossière bijvoeglijk naamwoord
-
-
impolite (unkind; unfriendly; unpleasant; uncivil)
désagréable; impoli; peu aimable; désagréablement; peu sociable; inamical-
désagréable bijvoeglijk naamwoord
-
impoli bijvoeglijk naamwoord
-
peu aimable bijvoeglijk naamwoord
-
désagréablement bijvoeglijk naamwoord
-
peu sociable bijvoeglijk naamwoord
-
inamical bijvoeglijk naamwoord
-
-
impolite
maladroit; insolent; grossier; grossière; indécemment; indécent; impertinent; impoli; effronté; inconvenant; grossièrement; impudent; insolemment; impudemment; impertinemment; mal élevé-
maladroit bijvoeglijk naamwoord
-
insolent bijvoeglijk naamwoord
-
grossier bijvoeglijk naamwoord
-
grossière bijvoeglijk naamwoord
-
indécemment bijvoeglijk naamwoord
-
indécent bijvoeglijk naamwoord
-
impertinent bijvoeglijk naamwoord
-
impoli bijvoeglijk naamwoord
-
effronté bijvoeglijk naamwoord
-
inconvenant bijvoeglijk naamwoord
-
grossièrement bijvoeglijk naamwoord
-
impudent bijvoeglijk naamwoord
-
insolemment bijvoeglijk naamwoord
-
impudemment bijvoeglijk naamwoord
-
impertinemment bijvoeglijk naamwoord
-
mal élevé bijvoeglijk naamwoord
-
-
impolite
désagréable; impoli; grossier; de manière insupportable; insupportable; indécent; intolérant; intolérable; grossièrement; indécemment-
désagréable bijvoeglijk naamwoord
-
impoli bijvoeglijk naamwoord
-
grossier bijvoeglijk naamwoord
-
de manière insupportable bijvoeglijk naamwoord
-
insupportable bijvoeglijk naamwoord
-
indécent bijvoeglijk naamwoord
-
intolérant bijvoeglijk naamwoord
-
intolérable bijvoeglijk naamwoord
-
grossièrement bijvoeglijk naamwoord
-
indécemment bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor impolite:
Verwante woorden van "impolite":
Synoniemen voor "impolite":
Antoniemen van "impolite":
Verwante definities voor "impolite":
Wiktionary: impolite
impolite
Cross Translation:
adjective
impolite
-
not polite
- impolite → impoli
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• impolite | → impoli | ↔ onbeleefd — slecht gemanierd |
• impolite | → bourru; rude | ↔ grob — bezogen auf Materialien: unfein, unbehauen, unbearbeitet, unrein von Stoffen, Oberflächen und Material, ungenau, unscharf |
• impolite | → bourru; rude | ↔ grob — bezogen auf Personen: ungelenk, ungeschickt, unerzogen, ungebildet, bäurisch, gewalttätig |
• impolite | → discourtois; impoli | ↔ unhöflich — die Umgangsformen verletzend |