Gadget in het Frans vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Frans: Meer gegevens...

gadget:
- gadget; bibelot; babiole; article; objet; chose; truc; camelote; produit
Wiktionary:
- gadget → gadget, instrument, outil, truc, ustensile

Engels

Uitgebreide vertaling voor gadget (Engels) in het Frans

the gadget
le gadget
- gadget [le ~] zelfstandig naamwoord
the gadget
le bibelot; la babiole
- bibelot [le ~] zelfstandig naamwoord
- babiole [la ~] zelfstandig naamwoord
the gadget (item; article; good; object; matter; thing)
l'article; l'objet; la chose; le truc; la camelote; le produit
- article [le ~] zelfstandig naamwoord
- objet [le ~] zelfstandig naamwoord
- chose [la ~] zelfstandig naamwoord
- truc [le ~] zelfstandig naamwoord
- camelote [la ~] zelfstandig naamwoord
- produit [le ~] zelfstandig naamwoord
the gadget

– A lightweight and task-specific add-in program that integrates with applications to expose data at a glance. ¹
le gadget
- gadget [le ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
article	article; gadget; good; item; matter; object; thing	article; clause; essay; fragment; item; lecture; little bit; paper; particle; phrase; piece; post; project; publication; section; story
babiole	gadget	a piece of cake; bagatelle; child's play; futility; gem; small affair; small matter; small thing; something unimportant; trifle
bibelot	gadget	small thing
camelote	article; gadget; good; item; matter; object; thing	dregs; dross; junk; offal; rabble; ragtag; refuse; riff-raff; scrap; scum; trash; vermin
chose	article; gadget; good; item; matter; object; thing	stuff
gadget	gadget	apparatus; appliance; device; machine
objet	article; gadget; good; item; matter; object; thing	apparatus; appliance; device; machine; object
produit	article; gadget; good; item; matter; object; thing	creation; manufacture; masterpiece; masterwork; product; revenue
truc	article; gadget; good; item; matter; object; thing	apparatus; appliance; device; dodge; gimmick; knack; lure; machine; magic trick; ruse; sleight of hand; stuff; trick
-	appliance; contraption; contrivance; convenience; gismo; gizmo; widget
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
produit		happened; made; manufactured; produced; yielded

a device or control that is very useful for a particular job²
A lightweight and task-specific add-in program that integrates with applications to expose data at a glance.¹

gadget

noun

gadget

noun