Overzicht
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. fabric:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor fabric (Engels) in het Frans

fabric:

fabric [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the fabric (textiles; fabrics; textile)
    le textile; le tissu
    • textile [le ~] zelfstandig naamwoord
    • tissu [le ~] zelfstandig naamwoord
  2. the fabric (cloth; textile)
    le tissu; la contexture; l'étoffe
    • tissu [le ~] zelfstandig naamwoord
    • contexture [la ~] zelfstandig naamwoord
    • étoffe [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fabric:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
contexture cloth; fabric; textile
textile fabric; fabrics; textile; textiles
tissu cloth; fabric; fabrics; textile; textiles cleaning-rag; cloth; piece of cloth; polishing-cloth; remains; tail-end; tissue; web
étoffe cloth; fabric; textile cloth; clothing material
- cloth; framework; material; textile
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- web; woven fabric
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
textile textile

Verwante woorden van "fabric":


Synoniemen voor "fabric":


Verwante definities voor "fabric":

  1. artifact made by weaving or felting or knitting or crocheting natural or synthetic fibers1
    • the fabric in the curtains was light and semitransparent1
  2. the underlying structure1
    • it is part of the fabric of society1

Wiktionary: fabric

fabric
noun
  1. material made of fibers
  2. structure, building
fabric
noun
  1. manière dont un édifice bâtir.
  2. matériau issu du filage puis du tissage de fibres ou de feutre, destiné entre autres à l’habillement ou à l'ameublement et la décoration.
  3. Matériau constitué de fils entrelacés.

Cross Translation:
FromToVia
fabric tissu; étoffe stof — weefsel, textiel
fabric tissu Gewebe — aus einem Garn hergestellter Stoff
fabric étoffe; tissu Stoff — eine Textilie

Verwante vertalingen van fabric