Home ->Woordenboeken ->Engels/Frans ->Vertaal expense

Vertaal expense van Engels naar Frans

Overzicht

Engels naar Frans: Meer gegevens...

expense:
- dépense; frais; sacrifice; offrande
Wiktionary:
- expense → dépense, sortie
- expense → couter, coûter

Engels

Uitgebreide vertaling voor expense (Engels) in het Frans

expense:

expense [the ~] zelfstandig naamwoord

the expense (spending)
la dépense; le frais
- dépense [la ~] zelfstandig naamwoord
- frais [le ~] zelfstandig naamwoord
the expense (sacrifice)
le sacrifice; l'offrande
- sacrifice [le ~] zelfstandig naamwoord
- offrande [la ~] zelfstandig naamwoord
the expense

– A cost incurred by a business in an attempt to obtain revenue. ¹
la dépense
- dépense [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor expense:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
dépense	expense; spending	expenditure; spending
frais	expense; spending	charge; chill; cold snap; cool; cooling; coolness; cost; costs; dues; expenses; fee; legal charges; levy; tax
offrande	expense; sacrifice	offering; sacrifice
sacrifice	expense; sacrifice	offering; sacrifice; sacrificing
-	cost; disbursal; disbursement
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	write down; write off
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	disbursement; expenses; outlay
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
frais		airy; chilli; chilly; cool; cooled; coolly; fresh; freshly-baked; frozen; little fresh; new; somewhat cold; too fresh

Verwante woorden van "expense":

expenses

Synoniemen voor "expense":

disbursal; disbursement; cost
detriment; hurt
outgo; expenditure; outlay

Verwante definities voor "expense":

a detriment or sacrifice²
- at the expense of²
amounts paid for goods and services that may be currently tax deductible (as opposed to capital expenditures)²
money spent to perform work and usually reimbursed by an employer²
- he kept a careful record of his expenses at the meeting²
reduce the estimated value of something²
A cost incurred by a business in an attempt to obtain revenue.¹

Wiktionary: expense

expense

noun

a spending or consuming; disbursement; expenditure
- expense → dépense

expense

noun

L’argent qu’on employer à quelque chose que ce pouvoir être.
- dépense → charge; expense; expenditure; outlay
action de sortir.
- sortie → exit; emergence; charge; expense; expenditure; outlay; way out; outlet; egress

Cross Translation:

From	To	Via
• expense	→ couter; coûter	↔ kosten — voor een bepaalde prijs te koop zijn

Computer vertaling door derden:

Verwante vertalingen van expense