Equipment in het Frans vertaald uit het Engels

Engels

Uitgebreide vertaling voor equipment (Engels) in het Frans

equipment:

equipment [the ~] zelfstandig naamwoord

the equipment (device)
l'appareil; le matériel; le dispositif; l'instrument; l'outil
- appareil [le ~] zelfstandig naamwoord
- matériel [le ~] zelfstandig naamwoord
- dispositif [le ~] zelfstandig naamwoord
- instrument [le ~] zelfstandig naamwoord
- outil [le ~] zelfstandig naamwoord
the equipment (tool; tools; implement; hand tool)
l'instrument; l'outils; l'outillage; l'instruments; l'ustensiles; l'outil
- instrument [le ~] zelfstandig naamwoord
- outils [le ~] zelfstandig naamwoord
- outillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- instruments [le ~] zelfstandig naamwoord
- ustensiles [le ~] zelfstandig naamwoord
- outil [le ~] zelfstandig naamwoord
the equipment (kit)
l'équipement; l'outillage
- équipement [le ~] zelfstandig naamwoord
- outillage [le ~] zelfstandig naamwoord
the equipment (attire; outfit; gear; kit)
l'équipement; l'outillage; l'armement; l'aménagement; le matériel
- équipement [le ~] zelfstandig naamwoord
- outillage [le ~] zelfstandig naamwoord
- armement [le ~] zelfstandig naamwoord
- aménagement [le ~] zelfstandig naamwoord
- matériel [le ~] zelfstandig naamwoord
the equipment (outfit; kit)
l'équipement; la pièce d'équipement
- équipement [le ~] zelfstandig naamwoord
- pièce d'équipement [la ~] zelfstandig naamwoord
the equipment (outfit; kit)
la pièces d'équipement
- pièces d'équipement [la ~] zelfstandig naamwoord
the equipment

– The tools or assets used to perform a service activity. ¹
l'équipement
- équipement [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor equipment:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aménagement	attire; equipment; gear; kit; outfit	decoration; furnishing; furniture; home furnishings
appareil	device; equipment	apparatus; appliance; article of use; cell phone; cellular phone; device; engine; machine; machinery; mobile phone; utensil
armement	attire; equipment; gear; kit; outfit	armament; armor; armour; arms; military equipment; weaponry; weapons
dispositif	device; equipment
instrument	device; equipment; hand tool; implement; tool; tools	apparatus; appliance; device; machine
instruments	equipment; hand tool; implement; tool; tools
matériel	attire; device; equipment; gear; kit; outfit	hardware; material; materials; materiel; requirement
outil	device; equipment; hand tool; implement; tool; tools	apparatus; appliance; device; machine; tool
outillage	attire; equipment; gear; hand tool; implement; kit; outfit; tool; tools	material; materials; necessities; requirement; requirements; requisites; tool industry
outils	equipment; hand tool; implement; tool; tools	collar; gear; harness; tackling
pièce d'équipement	equipment; kit; outfit
pièces d'équipement	equipment; kit; outfit
ustensiles	equipment; hand tool; implement; tool; tools
équipement	attire; equipment; gear; kit; outfit	armament; assembling; attire; clothes; clothing; dress; film editing; garb; garments; livery; montage; mounting; outfit; weaponry
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	outfit; paraphernalia
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
matériel		material; mondaine; mundane; sophisticated; tangible; worldly; worldly-wise

Verwante woorden van "equipment":

equipments

Synoniemen voor "equipment":

instrumentality; instrumentation

Verwante definities voor "equipment":

an instrumentality needed for an undertaking or to perform a service²
The tools or assets used to perform a service activity.¹

Wiktionary: equipment

equipment

noun

whatever is used in equipping
- equipment → équipement

equipment

noun

marine|fr réunion de ceux qui monter un navire pour en faire le service et la manœuvre.
- équipage → crew; equipment
marine|fr action d’équiper un vaisseau, une flotte.
- équipement → equipment; equipping

Cross Translation:

From	To	Via
• equipment	→ équipement	↔ Ausrüstung — additionale Funktionswerkzeuge
• equipment	→ équipement	↔ Ausrüstung — Sammelbegriff für Werkzeuge, die man für etwas braucht
• equipment	→ équipement; agencement	↔ Ausstattung — Einrichtungsgegenstände eines Raumes
• equipment	→ équipement	↔ Equipment — Gesamtheit der Ausrüstungsgegenstände für ein bestimmtes Vorhaben
• equipment	→ accommodation	↔ accommodatie — voorzieningen ten behoeve van ...

Computer vertaling door derden:

Vertaal equipment van Engels naar Frans

Uitgebreide vertaling voor equipment (Engels) in het Frans

equipment:

equipment [the ~] zelfstandig naamwoord

the equipment (device)

the equipment (tool; tools; implement; hand tool)

the equipment (kit)

the equipment (attire; outfit; gear; kit)

the equipment (outfit; kit)

the equipment (outfit; kit)

the equipment

Vertaal Matrix voor equipment:

Verwante woorden van "equipment":

Synoniemen voor "equipment":

Verwante definities voor "equipment":

Wiktionary: equipment

Verwante vertalingen van equipment