Home ->Woordenboeken ->Engels/Frans ->Vertaal dazzled

Vertaal dazzled van Engels naar Frans

Overzicht

Engels naar Frans: Meer gegevens...

dazzled:
- égaré; aveuglé; insensé
Wiktionary:
- dazzle → éblouir, aveugler, ravir
- dazzle → éblouissement

Engels

Uitgebreide vertaling voor dazzled (Engels) in het Frans

dazzled:

dazzled bijvoeglijk naamwoord

dazzled
égaré; aveuglé; insensé
- égaré bijvoeglijk naamwoord
- aveuglé bijvoeglijk naamwoord
- insensé bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor dazzled:

Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aveuglé	dazzled
insensé	dazzled	absurd; dumb; foolish; irrational; laughable; ludicrous; mindless; nonsensical; not sensible; ridicule; ridiculous; senseless; stupid; unwise; useless
égaré	dazzled	lost; missing

Verwante woorden van "dazzled":

dazzle

Synoniemen voor "dazzled":

blind; unsighted
confused

Verwante definities voor "dazzled":

stupefied or dizzied by something overpowering¹
- I fall back dazzled at beholding myself all rosy red, / At having, I myself, caused the sun to rise.¹
having vision overcome temporarily by or as if by intense light¹
- she shut her dazzled eyes against the sun's brilliance¹

dazzle:

Vertaal Matrix voor dazzle:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	bedazzle; daze
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	blaze

Verwante woorden van "dazzle":

dazzled

Synoniemen voor "dazzle":

brightness
bedazzle; daze; blind
amaze; astonish; astound

Verwante definities voor "dazzle":

brightness enough to blind partially and temporarily¹
amaze or bewilder, as with brilliant wit or intellect or skill¹
- Her arguments dazzled everyone¹
- The dancer dazzled the audience with his turns and jumps¹
to cause someone to lose clear vision, especially from intense light¹
- She was dazzled by the bright headlights¹

Wiktionary: dazzle

dazzle

verb

figuratively
- dazzle → éblouir
confuse the sight
- dazzle → éblouir

dazzle

verb

rendre aveugle.
- aveugler → dazzle
enlever de force, emporter avec violence.
- ravir → ravish; charm; bewitch; dazzle; fascinate; thrill; delight; plunder; rob; loot; kidnap; abduct; steal
frapper la vue par un éclat très vif que les yeux ne peuvent soutenir.
- éblouir → dazzle

noun

état de la vue troubler par trop de lumière, par un éclat trop vif.
- éblouissement → dazzle

Computer vertaling door derden:

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University