Covering in het Frans vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Frans: Meer gegevens...

covering:
- englobant; qui chapeaute; de coordination; couvrant
- couverture; ferrure; abri; protection; toit; capote; toiture; dôme; coupole; recouvrement; couvercle; végétation; crue; croissance; culture; poussé
cover:
- couvercle; couverture; emballage; empaquetage; boîte; carton; enveloppe; pochette; couvre-livre; jaquette; protège-livre; toit; capote; toiture; dôme; coupole; recouvrement; couverture de lit; dessus de lit; couvre-lit; housse; protection; défense; couvert; prétexte; voile; manteaux; étui; trousse à stylos; descente de lit; paillasson
- englober; se couvrir contre; s'assurer contre; recouvrir; couvrir; protéger; sauvegarder; abriter; clôturer; borner; préserver; mettre à l'abri de; dire; écrire; expliquer; raconter; faire le compte rendu de; apprendre; décrire; caractériser; définir; interpréter; tapisser; remplir; exercer; revêtir; se couvrir; occuper; décalquer; parcourir; accomplir; cacher; voiler; déguiser; envelopper; dissimuler; masquer; camoufler; couvrir de; envelopper de; se revêtir de; se draper dans; garnir; décorer; inclure; ajouter
Wiktionary:
- covering → quadrillage, revêtement
- covering → revêtement
- cover → couvrir, reprendre, napper, parcourir, protéger, quadriller, recouvrir, revêtir, tapisser
- cover → couverture, couvert, couvercle, abri, bonnet, bâche, cache, cover, housse, recouvrement, reprise, toque
- cover → taie, couche, drap, couverture, coiffe de protection, capot de protection, camouflage, couvrir, recouvrir, garnir, revêtir

Engels

Uitgebreide vertaling voor covering (Engels) in het Frans

covering:

covering bijvoeglijk naamwoord

covering
englobant; qui chapeaute; de coordination
- englobant bijvoeglijk naamwoord
- qui chapeaute bijvoeglijk naamwoord
- de coordination bijvoeglijk naamwoord
covering
couvrant
- couvrant bijvoeglijk naamwoord

covering [the ~] zelfstandig naamwoord

the covering (cover)
la couverture
- couverture [la ~] zelfstandig naamwoord
the covering
la ferrure
- ferrure [la ~] zelfstandig naamwoord
the covering
l'abri; la protection
- abri [le ~] zelfstandig naamwoord
- protection [la ~] zelfstandig naamwoord
the covering (cover up roof; roof; cover; roofing over; top)
le toit; la capote; la couverture; la toiture; le dôme; la coupole; le recouvrement; le couvercle
- toit [le ~] zelfstandig naamwoord
- capote [la ~] zelfstandig naamwoord
- couverture [la ~] zelfstandig naamwoord
- toiture [la ~] zelfstandig naamwoord
- dôme [le ~] zelfstandig naamwoord
- coupole [la ~] zelfstandig naamwoord
- recouvrement [le ~] zelfstandig naamwoord
- couvercle [le ~] zelfstandig naamwoord
the covering (overgrowth; cultivation)
la végétation; la crue; la croissance; la culture; la poussé
- végétation [la ~] zelfstandig naamwoord
- crue [la ~] zelfstandig naamwoord
- croissance [la ~] zelfstandig naamwoord
- culture [la ~] zelfstandig naamwoord
- poussé [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor covering:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
abri	covering	accommodation; asylum; corner; facility; free port; haven; haven of refuge; hiding place; hiding-place; housing; lodging; lodgings; lurking-place; nook; pause; penthouse; port of distress; port of refuge; quarters; refuge; retreat; safety zone; shed; shelter; somewhere to sleep; streetcar-shelter; tram-shelter; underground shelter
capote	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	bonnet
coupole	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	archway; ceiling; cupola; dome; domed vault; vault
couvercle	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	cover; lid
couverture	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	bedcover; bedspread; binding; blanket; book cover; counterpane; cover; cover-up blanket; coverlet; disguise; façade; flyleaf; hammer-cloth; roofing; slip; thatching; tiling
croissance	covering; cultivation; overgrowth	accretion; addition; arising; boom; development; emerging; expanding; expansion; full growth; growing; growth; increase; increase in scale; increasing; maturity; period of boom; ripeness; rise; rising; scale up; swelling
crue	covering; cultivation; overgrowth	accretion; addition; breeding; cultivation; culture; growing; growth; increase; multiplication; production; reproduction; rise
culture	covering; cultivation; overgrowth	breeding; civilisation; civilization; cultivating; cultivation; culture; growing; growth; multiplication; plantation; planting; production; rabble; ragtag; raise; raising; rear; reproduction; riff-raff; scum; tillage; vegetation; vermin
dôme	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	armour-plated cupola; cathedral; church; cupola; dome; domed roof
ferrure	covering	bar shoe; batter; hardware; hoof; horseshoe; horseshoes; iron bands; iron binding; iron mounting; ironware; ironwork; plate
poussé	covering; cultivation; overgrowth	development; full growth; growth; maturity; ripeness; upstroke
protection	covering	cover; data protection; guarantee; patronage; protection; safeguarding; safety; security; shelter
recouvrement	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	collection; debt-claim; debt-recovery; recovery; trapping
toit	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top
toiture	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	canopy; cover up roof; cowl; cowling; gauntlet; roofing; thatching; tiling; top
végétation	covering; cultivation; overgrowth	malignant growth; planting; vegetation
-	application; coating; cover; masking; natural covering; screening
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	cloth; cover
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
couvrant	covering
de coordination	covering
englobant	covering
poussé		accelerated; pushed
qui chapeaute	covering

Verwante woorden van "covering":

cover

Synoniemen voor "covering":

natural covering; cover; natural object
artifact; artefact
screening; masking; concealment; concealing; hiding
protection
application; coating; manual labor; manual labour

Verwante definities voor "covering":

the work of applying something¹
the act of protecting something by covering it¹
the act of concealing the existence of something by obstructing the view of it¹
an artifact that covers something else (usually to protect or shelter or conceal it)¹
a natural object that covers or envelops¹
- under a covering of dust¹

Wiktionary: covering

covering

noun

colonnes=1
- quadrillage → square; pattern; covering; control; controlling; check pattern; criss-cross; grid pattern; layout
Sorte de plaquage de plâtre
- revêtement → covering
Ouvrage de pierre
- revêtement → covering

Cross Translation:

From	To	Via
• covering	→ revêtement	↔ bekleding — een laag stof ter versiering en berscherming aangebracht op een hard oppervlak of een meubelstuk

cover:

cover [the ~] zelfstandig naamwoord

the cover (lid)
le couvercle
- couvercle [le ~] zelfstandig naamwoord
the cover (covering)
la couverture
- couverture [la ~] zelfstandig naamwoord
the cover (packaging; wrapping; shell)
l'emballage; l'empaquetage; la boîte; le carton; l'enveloppe
- emballage [le ~] zelfstandig naamwoord
- empaquetage [le ~] zelfstandig naamwoord
- boîte [la ~] zelfstandig naamwoord
- carton [le ~] zelfstandig naamwoord
- enveloppe [la ~] zelfstandig naamwoord
the cover (record sleeve; slip case; sleeve; slip cover)
la pochette
- pochette [la ~] zelfstandig naamwoord
the cover (book cover; binding)
la couverture; le couvre-livre; la jaquette; l'enveloppe; le protège-livre
- couverture [la ~] zelfstandig naamwoord
- couvre-livre [le ~] zelfstandig naamwoord
- jaquette [la ~] zelfstandig naamwoord
- enveloppe [la ~] zelfstandig naamwoord
- protège-livre [le ~] zelfstandig naamwoord
the cover (cover up roof; roof; covering; roofing over; top)
le toit; la capote; la couverture; la toiture; le dôme; la coupole; le recouvrement; le couvercle
- toit [le ~] zelfstandig naamwoord
- capote [la ~] zelfstandig naamwoord
- couverture [la ~] zelfstandig naamwoord
- toiture [la ~] zelfstandig naamwoord
- dôme [le ~] zelfstandig naamwoord
- coupole [la ~] zelfstandig naamwoord
- recouvrement [le ~] zelfstandig naamwoord
- couvercle [le ~] zelfstandig naamwoord
the cover (bedspread; blanket; coverlet)
la couverture; la couverture de lit; le dessus de lit; le couvre-lit
- couverture [la ~] zelfstandig naamwoord
- couverture de lit [la ~] zelfstandig naamwoord
- dessus de lit [le ~] zelfstandig naamwoord
- couvre-lit [le ~] zelfstandig naamwoord
the cover (slip)
la couverture; l'housse
- couverture [la ~] zelfstandig naamwoord
- housse [la ~] zelfstandig naamwoord
the cover (protection; shelter; patronage)
la protection; la défense
- protection [la ~] zelfstandig naamwoord
- défense [la ~] zelfstandig naamwoord
the cover (envelope; wrapper)
l'enveloppe; le couvert
- enveloppe [la ~] zelfstandig naamwoord
- couvert [le ~] zelfstandig naamwoord
the cover (cloak; front)
le couvert; le prétexte; la voile; le manteaux
- couvert [le ~] zelfstandig naamwoord
- prétexte [le ~] zelfstandig naamwoord
- voile [la ~] zelfstandig naamwoord
- manteaux [le ~] zelfstandig naamwoord
the cover (pencase; étui; casing; case)
l'étui; la trousse à stylos
- étui [le ~] zelfstandig naamwoord
- trousse à stylos [la ~] zelfstandig naamwoord
the cover (runner)
la descente de lit; le paillasson
- descente de lit [la ~] zelfstandig naamwoord
- paillasson [le ~] zelfstandig naamwoord

to cover werkwoord (covers, covered, covering)

to cover
englober
- englober werkwoord (englobe, englobes, englobons, englobez, englobent, englobais, englobait, englobions, englobiez, englobaient, englobai, englobas, engloba, englobâmes, englobâtes, englobèrent, engloberai, engloberas, englobera, engloberons, engloberez, engloberont)
to cover
se couvrir contre; s'assurer contre
- se couvrir contre werkwoord
- s'assurer contre werkwoord
to cover
recouvrir
- recouvrir werkwoord (recouvre, recouvres, recouvrons, recouvrez, recouvrent, recouvrais, recouvrait, recouvrions, recouvriez, recouvraient, recouvris, recouvrit, recouvrîmes, recouvrîtes, recouvrirent, recouvrirai, recouvriras, recouvrira, recouvrirons, recouvrirez, recouvriront)
to cover
couvrir
- couvrir werkwoord (couvre, couvres, couvrons, couvrez, couvrent, couvrais, couvrait, couvrions, couvriez, couvraient, couvris, couvrit, couvrîmes, couvrîtes, couvrirent, couvrirai, couvriras, couvrira, couvrirons, couvrirez, couvriront)
to cover (protect; fence off; fence in; lock up)
protéger; couvrir; sauvegarder; abriter; clôturer; borner; préserver; mettre à l'abri de
- protéger werkwoord (protège, protèges, protégeons, protégez, protègent, protégeais, protégeait, protégions, protégiez, protégeaient, protégeai, protégeas, protégea, protégeâmes, protégeâtes, protégèrent, protégerai, protégeras, protégera, protégerons, protégerez, protégeront)
- couvrir werkwoord (couvre, couvres, couvrons, couvrez, couvrent, couvrais, couvrait, couvrions, couvriez, couvraient, couvris, couvrit, couvrîmes, couvrîtes, couvrirent, couvrirai, couvriras, couvrira, couvrirons, couvrirez, couvriront)
- sauvegarder werkwoord (sauvegarde, sauvegardes, sauvegardons, sauvegardez, sauvegardent, sauvegardais, sauvegardait, sauvegardions, sauvegardiez, sauvegardaient, sauvegardai, sauvegardas, sauvegarda, sauvegardâmes, sauvegardâtes, sauvegardèrent, sauvegarderai, sauvegarderas, sauvegardera, sauvegarderons, sauvegarderez, sauvegarderont)
- abriter werkwoord (abrite, abrites, abritons, abritez, abritent, abritais, abritait, abritions, abritiez, abritaient, abritai, abritas, abrita, abritâmes, abritâtes, abritèrent, abriterai, abriteras, abritera, abriterons, abriterez, abriteront)
- clôturer werkwoord (clôture, clôtures, clôturons, clôturez, clôturent, clôturais, clôturait, clôturions, clôturiez, clôturaient, clôturai, clôturas, clôtura, clôturâmes, clôturâtes, clôturèrent, clôturerai, clôtureras, clôturera, clôturerons, clôturerez, clôtureront)
- borner werkwoord (borne, bornes, bornons, bornez, bornent, bornais, bornait, bornions, borniez, bornaient, bornai, bornas, borna, bornâmes, bornâtes, bornèrent, bornerai, borneras, bornera, bornerons, bornerez, borneront)
- préserver werkwoord (préserve, préserves, préservons, préservez, préservent, préservais, préservait, préservions, préserviez, préservaient, préservai, préservas, préserva, préservâmes, préservâtes, préservèrent, préserverai, préserveras, préservera, préserverons, préserverez, préserveront)
- mettre à l'abri de werkwoord
to cover (tell; say; expound; describe; depict; define; report; recount; explain)
dire; écrire; expliquer; raconter; faire le compte rendu de; apprendre; décrire; caractériser; définir; interpréter
- dire werkwoord (dis, dit, disons, dites, disent, disais, disait, disions, disiez, disaient, dîmes, dîtes, dirent, dirai, diras, dira, dirons, direz, diront)
- écrire werkwoord (écris, écrit, écrivons, écrivez, écrivent, écrivais, écrivait, écrivions, écriviez, écrivaient, écrivis, écrivit, écrivîmes, écrivîtes, écrivirent, écrirai, écriras, écrira, écrirons, écrirez, écriront)
- expliquer werkwoord (explique, expliques, expliquons, expliquez, expliquent, expliquais, expliquait, expliquions, expliquiez, expliquaient, expliquai, expliquas, expliqua, expliquâmes, expliquâtes, expliquèrent, expliquerai, expliqueras, expliquera, expliquerons, expliquerez, expliqueront)
- raconter werkwoord (raconte, racontes, racontons, racontez, racontent, racontais, racontait, racontions, racontiez, racontaient, racontai, racontas, raconta, racontâmes, racontâtes, racontèrent, raconterai, raconteras, racontera, raconterons, raconterez, raconteront)
- faire le compte rendu de werkwoord
- apprendre werkwoord (apprends, apprend, apprenons, apprenez, apprennent, apprenais, apprenait, apprenions, appreniez, apprenaient, appris, apprit, apprîmes, apprîtes, apprirent, apprendrai, apprendras, apprendra, apprendrons, apprendrez, apprendront)
- décrire werkwoord (décris, décrit, décrivons, décrivez, décrivent, décrivais, décrivait, décrivions, décriviez, décrivaient, décrivis, décrivit, décrivîmes, décrivîtes, décrivirent, décrirai, décriras, décrira, décrirons, décrirez, décriront)
- caractériser werkwoord (caractérise, caractérises, caractérisons, caractérisez, caractérisent, caractérisais, caractérisait, caractérisions, caractérisiez, caractérisaient, caractérisai, caractérisas, caractérisa, caractérisâmes, caractérisâtes, caractérisèrent, caractériserai, caractériseras, caractérisera, caractériserons, caractériserez, caractériseront)
- définir werkwoord (définis, définit, définissons, définissez, définissent, définissais, définissait, définissions, définissiez, définissaient, définîmes, définîtes, définirent, définirai, définiras, définira, définirons, définirez, définiront)
- interpréter werkwoord (interprète, interprètes, interprétons, interprétez, interprètent, interprétais, interprétait, interprétions, interprétiez, interprétaient, interprétai, interprétas, interpréta, interprétâmes, interprétâtes, interprétèrent, interpréterai, interpréteras, interprétera, interpréterons, interpréterez, interpréteront)
to cover (roof in; arch over)
couvrir; recouvrir
- couvrir werkwoord (couvre, couvres, couvrons, couvrez, couvrent, couvrais, couvrait, couvrions, couvriez, couvraient, couvris, couvrit, couvrîmes, couvrîtes, couvrirent, couvrirai, couvriras, couvrira, couvrirons, couvrirez, couvriront)
- recouvrir werkwoord (recouvre, recouvres, recouvrons, recouvrez, recouvrent, recouvrais, recouvrait, recouvrions, recouvriez, recouvraient, recouvris, recouvrit, recouvrîmes, recouvrîtes, recouvrirent, recouvrirai, recouvriras, recouvrira, recouvrirons, recouvrirez, recouvriront)
to cover (cover up)
couvrir; recouvrir; tapisser; remplir; exercer; revêtir; se couvrir; occuper; décalquer
- couvrir werkwoord (couvre, couvres, couvrons, couvrez, couvrent, couvrais, couvrait, couvrions, couvriez, couvraient, couvris, couvrit, couvrîmes, couvrîtes, couvrirent, couvrirai, couvriras, couvrira, couvrirons, couvrirez, couvriront)
- recouvrir werkwoord (recouvre, recouvres, recouvrons, recouvrez, recouvrent, recouvrais, recouvrait, recouvrions, recouvriez, recouvraient, recouvris, recouvrit, recouvrîmes, recouvrîtes, recouvrirent, recouvrirai, recouvriras, recouvrira, recouvrirons, recouvrirez, recouvriront)
- tapisser werkwoord (tapisse, tapisses, tapissons, tapissez, tapissent, tapissais, tapissait, tapissions, tapissiez, tapissaient, tapissai, tapissas, tapissa, tapissâmes, tapissâtes, tapissèrent, tapisserai, tapisseras, tapissera, tapisserons, tapisserez, tapisseront)
- remplir werkwoord (remplis, remplit, remplissons, remplissez, remplissent, remplissais, remplissait, remplissions, remplissiez, remplissaient, remplîmes, remplîtes, remplirent, remplirai, rempliras, remplira, remplirons, remplirez, rempliront)
- exercer werkwoord (exerce, exerces, exerçons, exercez, exercent, exerçais, exerçait, exercions, exerciez, exerçaient, exerçai, exerças, exerça, exerçâmes, exerçâtes, exercèrent, exercerai, exerceras, exercera, exercerons, exercerez, exerceront)
- revêtir werkwoord (revêts, revêt, revêtons, revêtez, revêtent, revêtais, revêtait, revêtions, revêtiez, revêtaient, revêtis, revêtit, revêtîmes, revêtîtes, revêtirent, revêtirai, revêtiras, revêtira, revêtirons, revêtirez, revêtiront)
- se couvrir werkwoord
- occuper werkwoord (occupe, occupes, occupons, occupez, occupent, occupais, occupait, occupions, occupiez, occupaient, occupai, occupas, occupa, occupâmes, occupâtes, occupèrent, occuperai, occuperas, occupera, occuperons, occuperez, occuperont)
- décalquer werkwoord (décalque, décalques, décalquons, décalquez, décalquent, décalquais, décalquait, décalquions, décalquiez, décalquaient, décalquai, décalquas, décalqua, décalquâmes, décalquâtes, décalquèrent, décalquerai, décalqueras, décalquera, décalquerons, décalquerez, décalqueront)
to cover (go; traverse; travel; do)
parcourir; accomplir
- parcourir werkwoord (parcours, parcourt, parcourons, parcourez, parcourent, parcourais, parcourait, parcourions, parcouriez, parcouraient, parcourus, parcourut, parcourûmes, parcourûtes, parcoururent, parcourrai, parcourras, parcourra, parcourrons, parcourrez, parcourront)
- accomplir werkwoord (accomplis, accomplit, accomplissons, accomplissez, accomplissent, accomplissais, accomplissait, accomplissions, accomplissiez, accomplissaient, accomplîmes, accomplîtes, accomplirent, accomplirai, accompliras, accomplira, accomplirons, accomplirez, accompliront)
to cover (conceal; mask; mantle; camouflage; blur; wrap; envelop; veil; shroud; swathe)
couvrir; cacher; voiler; déguiser; envelopper; dissimuler; masquer; camoufler; couvrir de; envelopper de; se revêtir de; se draper dans
- couvrir werkwoord (couvre, couvres, couvrons, couvrez, couvrent, couvrais, couvrait, couvrions, couvriez, couvraient, couvris, couvrit, couvrîmes, couvrîtes, couvrirent, couvrirai, couvriras, couvrira, couvrirons, couvrirez, couvriront)
- cacher werkwoord (cache, caches, cachons, cachez, cachent, cachais, cachait, cachions, cachiez, cachaient, cachai, cachas, cacha, cachâmes, cachâtes, cachèrent, cacherai, cacheras, cachera, cacherons, cacherez, cacheront)
- voiler werkwoord (voile, voiles, voilons, voilez, voilent, voilais, voilait, voilions, voiliez, voilaient, voilai, voilas, voila, voilâmes, voilâtes, voilèrent, voilerai, voileras, voilera, voilerons, voilerez, voileront)
- déguiser werkwoord (déguise, déguises, déguisons, déguisez, déguisent, déguisais, déguisait, déguisions, déguisiez, déguisaient, déguisai, déguisas, déguisa, déguisâmes, déguisâtes, déguisèrent, déguiserai, déguiseras, déguisera, déguiserons, déguiserez, déguiseront)
- envelopper werkwoord (enveloppe, enveloppes, enveloppons, enveloppez, enveloppent, enveloppais, enveloppait, enveloppions, enveloppiez, enveloppaient, enveloppai, enveloppas, enveloppa, enveloppâmes, enveloppâtes, enveloppèrent, envelopperai, envelopperas, enveloppera, envelopperons, envelopperez, envelopperont)
- dissimuler werkwoord (dissimule, dissimules, dissimulons, dissimulez, dissimulent, dissimulais, dissimulait, dissimulions, dissimuliez, dissimulaient, dissimulai, dissimulas, dissimula, dissimulâmes, dissimulâtes, dissimulèrent, dissimulerai, dissimuleras, dissimulera, dissimulerons, dissimulerez, dissimuleront)
- masquer werkwoord (masque, masques, masquons, masquez, masquent, masquais, masquait, masquions, masquiez, masquaient, masquai, masquas, masqua, masquâmes, masquâtes, masquèrent, masquerai, masqueras, masquera, masquerons, masquerez, masqueront)
- camoufler werkwoord (camoufle, camoufles, camouflons, camouflez, camouflent, camouflais, camouflait, camouflions, camoufliez, camouflaient, camouflai, camouflas, camoufla, camouflâmes, camouflâtes, camouflèrent, camouflerai, camoufleras, camouflera, camouflerons, camouflerez, camoufleront)
- couvrir de werkwoord
- envelopper de werkwoord
- se revêtir de werkwoord
- se draper dans werkwoord
to cover (clothe; upholster; furnish)
revêtir; tapisser; recouvrir; couvrir; garnir; décorer
- revêtir werkwoord (revêts, revêt, revêtons, revêtez, revêtent, revêtais, revêtait, revêtions, revêtiez, revêtaient, revêtis, revêtit, revêtîmes, revêtîtes, revêtirent, revêtirai, revêtiras, revêtira, revêtirons, revêtirez, revêtiront)
- tapisser werkwoord (tapisse, tapisses, tapissons, tapissez, tapissent, tapissais, tapissait, tapissions, tapissiez, tapissaient, tapissai, tapissas, tapissa, tapissâmes, tapissâtes, tapissèrent, tapisserai, tapisseras, tapissera, tapisserons, tapisserez, tapisseront)
- recouvrir werkwoord (recouvre, recouvres, recouvrons, recouvrez, recouvrent, recouvrais, recouvrait, recouvrions, recouvriez, recouvraient, recouvris, recouvrit, recouvrîmes, recouvrîtes, recouvrirent, recouvrirai, recouvriras, recouvrira, recouvrirons, recouvrirez, recouvriront)
- couvrir werkwoord (couvre, couvres, couvrons, couvrez, couvrent, couvrais, couvrait, couvrions, couvriez, couvraient, couvris, couvrit, couvrîmes, couvrîtes, couvrirent, couvrirai, couvriras, couvrira, couvrirons, couvrirez, couvriront)
- garnir werkwoord (garnis, garnit, garnissons, garnissez, garnissent, garnissais, garnissait, garnissions, garnissiez, garnissaient, garnîmes, garnîtes, garnirent, garnirai, garniras, garnira, garnirons, garnirez, garniront)
- décorer werkwoord (décore, décores, décorons, décorez, décorent, décorais, décorait, décorions, décoriez, décoraient, décorai, décoras, décora, décorâmes, décorâtes, décorèrent, décorerai, décoreras, décorera, décorerons, décorerez, décoreront)
to cover (enclose; evnvelope; encapsulate; besieged; besiege; wrap up; besieges; surround)
inclure; ajouter; envelopper
- inclure werkwoord (inclus, inclut, incluons, incluez, incluent, incluais, incluait, incluions, incluiez, incluaient, inclûmes, inclùtes, inclurent, inclurai, incluras, inclura, inclurons, inclurez, incluront)
- ajouter werkwoord (ajoute, ajoutes, ajoutons, ajoutez, ajoutent, ajoutais, ajoutait, ajoutions, ajoutiez, ajoutaient, ajoutai, ajoutas, ajouta, ajoutâmes, ajoutâtes, ajoutèrent, ajouterai, ajouteras, ajoutera, ajouterons, ajouterez, ajouteront)
- envelopper werkwoord (enveloppe, enveloppes, enveloppons, enveloppez, enveloppent, enveloppais, enveloppait, enveloppions, enveloppiez, enveloppaient, enveloppai, enveloppas, enveloppa, enveloppâmes, enveloppâtes, enveloppèrent, envelopperai, envelopperas, enveloppera, envelopperons, envelopperez, envelopperont)

Conjugations for cover:

present

cover
cover
covers
cover
cover
cover

simple past

covered
covered
covered
covered
covered
covered

present perfect

have covered
have covered
has covered
have covered
have covered
have covered

past continuous

was covering
were covering
was covering
were covering
were covering
were covering

future

shall cover
will cover
will cover
shall cover
will cover
will cover

continuous present

am covering
are covering
is covering
are covering
are covering
are covering

subjunctive

be covered
be covered
be covered
be covered
be covered
be covered

diverse

cover!
let's cover!
covered
covering

1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor cover:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
boîte	cover; packaging; shell; wrapper; wrapping	bin; box; can; canister; carton; case; container; convict prison; correctional center; crate; detention centre; jail; little can; little drum; packing; parcel; penitentiary; prison; prison camp; storage can; storing space; tin
capote	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	bonnet
carton	cover; packaging; shell; wrapper; wrapping	beer mat; box; cardboard; carton; coaster; packing; paperboard; parcel; storing space
coupole	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	archway; ceiling; cupola; dome; domed vault; vault
couvercle	cover; cover up roof; covering; lid; roof; roofing over; top
couvert	cloak; cover; envelope; front; wrapper	couvert; cutlery
couverture	bedspread; binding; blanket; book cover; cover; cover up roof; covering; coverlet; roof; roofing over; slip; top	bedcover; bedspread; counterpane; cover-up blanket; coverlet; disguise; façade; flyleaf; hammer-cloth; roofing; thatching; tiling
couverture de lit	bedspread; blanket; cover; coverlet
couvre-lit	bedspread; blanket; cover; coverlet	bedcover; bedspread; counterpane; coverlet
couvre-livre	binding; book cover; cover	covers; jackets; wrappers
descente de lit	cover; runner	door-mat
dessus de lit	bedspread; blanket; cover; coverlet	bedcover; bedspread; counterpane; coverlet
défense	cover; patronage; protection; shelter	argument; ban; counter-plea; defence; defending; defense; interdiction; objection; plea; plea bargain; prohibition; resistance; suppression; tusk
dôme	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	armour-plated cupola; cathedral; church; cupola; dome; domed roof
emballage	cover; packaging; shell; wrapper; wrapping	bale; box; packaging; packing; parcel; wrapping paper
empaquetage	cover; packaging; shell; wrapper; wrapping	bale; packaging; packing; parcel
enveloppe	binding; book cover; cover; envelope; packaging; shell; wrapper; wrapping	couvert; envelope; hull; husk; packing; shell
housse	cover; slip	fitted sheet
jaquette	binding; book cover; cover	cloak; coat; dress-coat; dress-suit; dust-cover; jacket; overcoat; swallow-tail; tail coat
manteaux	cloak; cover; front
paillasson	cover; runner	cocomat; coconut matting; door mat; door-mat; doormat; grass; grassed surface; rush-bottom; show-off; showboat; straw-mat; toady
pochette	cover; record sleeve; sleeve; slip case; slip cover	breast-pocket handkerchief; dress handkerchief; fitted sheet
protection	cover; patronage; protection; shelter	covering; data protection; guarantee; protection; safeguarding; safety; security
protège-livre	binding; book cover; cover
prétexte	cloak; cover; front	excuse; gimmick; knack; poor excuse; sleight of hand; trick
recouvrement	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	collection; debt-claim; debt-recovery; recovery; trapping
toit	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top
toiture	cover; cover up roof; covering; roof; roofing over; top	canopy; cover up roof; cowl; cowling; gauntlet; roofing; thatching; tiling; top
trousse à stylos	case; casing; cover; pencase; étui
voile	cloak; cover; front	fog; haze; mist; rig; rigging; sailing; veil; voile
étui	case; casing; cover; pencase; étui	case; shell-hole; tube; tubular case; étui
-	back; binding; blanket; book binding; concealment; cover charge; cover song; cover version; covering; covering fire; covert; masking; natural covering; screen; screening; top
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
abriter	cover; fence in; fence off; lock up; protect	accomodate; blur; conceal; disguise; equip with an alarm system; give shelter; gloss over; guard; hide; hush up; mantle; preserve; protect; safeguard; save; secure; shield; suppress; veil
accomplir	cover; do; go; travel; traverse	accomplish; achieve; act; attain; bring about; bring to an end; carry out; complete; do; effect; end; execute; finish; get done; get ready; realise; realize; substantiate; succeed
ajouter	besiege; besieged; besieges; cover; encapsulate; enclose; evnvelope; surround; wrap up	add; add to; add to mixture; add up; append; blend with; contribute; contribute more; count in; count up; fill; fill up; include; introduce; join; join up; make up; pay; pay extra; pay in; put in; replenish; settle the difference; share in the costs; tally up; to make complete; top up; total; unite
apprendre	cover; define; depict; describe; explain; expound; recount; report; say; tell	absorb; acquire; aquire; collect; cram up a lesson; discover; educate; familiarise; familiarize; find out; gain; get the hang of; get used to; instruct; learn; master; pick up; practice; practise; prepare; qualify; receive; study; studying; teach; train
borner	cover; fence in; fence off; lock up; protect	bound; clearly define; confine; curtail; cut back; define; demarcate; embank; enclose; end; fence; fence in; fence off; limit; map out; mark out; outline; reduce; restrict; surround; trace out
cacher	blur; camouflage; conceal; cover; envelop; mantle; mask; shroud; swathe; veil; wrap	blur; conceal; disguise; elbow out; equip with an alarm system; gloss over; guard; hide; hide away; hide feelings; hush up; lock up; mantle; preserve; protect; push aside; push away; put away; safeguard; save; secure; shield; stash away; stuff away; suppress; suppress feelings; tuck away; veil
camoufler	blur; camouflage; conceal; cover; envelop; mantle; mask; shroud; swathe; veil; wrap	blur; conceal; disguise; gloss over; hide; hush up; mantle; suppress; veil
caractériser	cover; define; depict; describe; explain; expound; recount; report; say; tell	characterise; characterize; define; depict; describe; mark; typify
clôturer	cover; fence in; fence off; lock up; protect	clearly define; conclude; confine; cut back; define; demarcate; end; fence; fence in; fence off; finish; limit; map out; mark out; outline; partition off; reduce; screen; trace out
couvrir	arch over; blur; camouflage; clothe; conceal; cover; cover up; envelop; fence in; fence off; furnish; lock up; mantle; mask; protect; roof in; shroud; swathe; upholster; veil; wrap	announce; armor; armour; bale; bind tightly; blind; board; compensate for; counterbalance; cover with; cover with greenery; crate; dust with; inform; make good; pack; package; report; span; sprinkle with; state; time consuming; wrap; wrap up
couvrir de	blur; camouflage; conceal; cover; envelop; mantle; mask; shroud; swathe; veil; wrap	overwhelm
dire	cover; define; depict; describe; explain; expound; recount; report; say; tell	blab; chat; chatter; express; express oneself; give expression to; have a conversation; impersonate; narrate; rattle; relate; report; reveal oneself; speak; talk; tell; utter; ventilate
dissimuler	blur; camouflage; conceal; cover; envelop; mantle; mask; shroud; swathe; veil; wrap	blur; camouflage; conceal; disguise; dissemble; equip with an alarm system; gloss over; guard; hide; hush up; mantle; protect; safeguard; secure; suppress; veil
décalquer	cover; cover up	trace
décorer	clothe; cover; furnish; upholster	beautify; deck out; decorate; doll up; dress o.s. up; dress up; embellish; fit out; furnish; garnish; knight; make up; put on make-up; trim
décrire	cover; define; depict; describe; explain; expound; recount; report; say; tell	characterise; characterize; define; depict; describe; determine; mark; outline; paint; picture; portray; sketch; state precisely
définir	cover; define; depict; describe; explain; expound; recount; report; say; tell	characterise; characterize; clearly define; define; depict; describe; determine; establish; identify; mark; outline; state precisely
déguiser	blur; camouflage; conceal; cover; envelop; mantle; mask; shroud; swathe; veil; wrap	blur; camouflage; change; conceal; disguise; dissemble; gloss over; hide; hush up; mantle; put other clothes on; suppress; twist words; veil
englober	cover	confine; dam; embank; encapsulate; enclose; envelope; limit; restrict
envelopper	besiege; besieged; besieges; blur; camouflage; conceal; cover; encapsulate; enclose; envelop; evnvelope; mantle; mask; shroud; surround; swathe; veil; wrap; wrap up	bale; bind round; board; catch; charm; close in; comprise; confine; contain; crate; dam; dupe; embank; encapsulate; enclose; enfold; envelope; formulate; include; limit; lock in; pack; package; pen in; phrase; put into words; restrict; seal up; surround; tie on; word; wrap; wrap around; wrap round; wrap up
envelopper de	blur; camouflage; conceal; cover; envelop; mantle; mask; shroud; swathe; veil; wrap
exercer	cover; cover up	accomplish; drill; exercise; fulfil; fulfill; honor; honour; occupy a position; practice; practise; redo; rehearse; repeat; resume; train; tutor
expliquer	cover; define; depict; describe; explain; expound; recount; report; say; tell	clarify; elucidate; exemplify; explain; expound; illustrate; make clear; make explicit; make something accessible; make something clear; throw light on
faire le compte rendu de	cover; define; depict; describe; explain; expound; recount; report; say; tell	announce; inform; report; state
garnir	clothe; cover; furnish; upholster	adorn; beautify; decorate; doll up; dress; dress up; dunnage; embellish; finish; garnish; make up; ornament; put on make-up; trim
inclure	besiege; besieged; besieges; cover; encapsulate; enclose; evnvelope; surround; wrap up	add; add to; add up; append; count in; figure in; include; join; reckon among
interpréter	cover; define; depict; describe; explain; expound; recount; report; say; tell	act; act a part; describe; express; express oneself; give expression to; impersonate; interpret; perform; personify; play the role of; play-act; portray; render; represent; reproduce; reveal oneself; speak; take up; talk; transcribe; translate; understand; utter; ventilate
masquer	blur; camouflage; conceal; cover; envelop; mantle; mask; shroud; swathe; veil; wrap	cloak; disguise; dismiss; hide
mettre à l'abri de	cover; fence in; fence off; lock up; protect	guard; protect; shield

Verwante definities voor "cover":

fire that makes it difficult for the enemy to fire on your own individuals or formations¹
the act of concealing the existence of something by obstructing the view of it¹
- the cover concealed their guns from enemy aircraft¹
a false identity and background (especially one created for an undercover agent)¹
- her new name and passport are cover for her next assignment¹
the protective covering on the front, back, and spine of a book¹
bedding that keeps a person warm in bed¹
- he pulled the covers over his head and went to sleep¹
a recording of a song that was first recorded or made popular by somebody else¹
- they made a cover of a Beatles' song¹
a covering that serves to conceal or shelter something¹
- under cover of darkness¹
covering for a hole (especially a hole in the top of a container)¹
- put the cover back on the kettle¹
a natural object that covers or envelops¹
- the fox was flushed from its cover¹
a fixed charge by a restaurant or nightclub over and above the charge for food and drink¹
clothe, as if for protection from the elements¹
- cover your head!¹
sit on (eggs)¹
- The female covers the eggs¹
protect by insurance¹
- The insurance won't cover this¹
be responsible for reporting the details of, as in journalism¹
- The cub reporter covered New York City¹
maintain a check on; especially by patrolling¹
- The second officer covered the top floor¹
act on verbally or in some form of artistic expression¹
- The course covered all of Western Civilization¹
hold within range of an aimed firearm¹
protect or defend (a position in a game)¹
- he covered left field¹
be responsible for guarding an opponent in a game¹
play a higher card than the one previously played¹
- Smith covered again¹
form a cover over¹
- The grass covered the grave¹
provide with a covering or cause to be covered¹
- cover her face with a handkerchief¹
- cover the child with a blanket¹
- cover the grave with flowers¹
put something on top of something else¹
- cover the meat with a lot of gravy¹
copulate with a female, used especially of horses¹
- The horse covers the mare¹
cover as if with a shroud¹
travel across or pass over¹
- The caravan covered almost 100 miles each day¹
spread over a surface to conceal or protect¹
- This paint covers well¹
hide from view or knowledge¹
- The President covered the fact that he bugged the offices in the White House¹
be sufficient to meet, defray, or offset the charge or cost of¹
- Is this enough to cover the check?¹
to take an action to protect against future problems¹
- Count the cash in the drawer twice just to cover yourself¹
help out by taking someone's place and temporarily assuming his responsibilities¹
- She is covering for our secretary who is ill this week¹
invest with a large or excessive amount of something¹
- She covered herself with glory¹
include in scope; include as part of something broader; have as one's sphere or territory¹
- this should cover everyone in the group¹
make up for shortcomings or a feeling of inferiority by exaggerating good qualities¹
provide for¹
- The grant doesn't cover my salary¹
span an interval of distance, space or time¹
- The period covered the turn of the century¹
- This farm covers some 200 acres¹

Wiktionary: cover

cover

verb

provide enough money for
- cover → couvrir
(music) make a cover version
- cover → reprendre
protect by shooting
- cover → couvrir
to conceal or protect
- cover → couvrir

noun

top sheet
- cover → couverture
setting at a restaurant table
- cover → couvert
front and back of a book or a magazine
- cover → couverture
lid
- cover → couvercle

cover

noun

Construction protectrice.
- abri → cover
Coiffure.
- bonnet → cap; beret; cover
Pièce de grosse toile ou de matière plastique dont on couvrir quelque chose pour la protéger des intempéries.
- bâche → canvas; cover; tarp; tarpaulin
Élément utilisé pour masquer ou protéger
- cache → cover; mask
pièce fixer ou non à un récipient et qui s’adapter à son ouverture pour le fermer plus ou moins hermétiquement.
- couvercle → lid; cap; top; cover
Partie extérieure d’un livre
- couverture → cover; jacket
Fausse identité
- couverture → cover
Moyens militaires servant à se protéger
- couverture → cover
anglicisme|fr reprise en musique.
- cover → cover; cover song
Couvertures d’étoffe légère dont on se sert pour couvrir les meubles
- housse → cover
opération qui consiste à obtenir le paiement d'une dette ou d'une créance.
- recouvrement → overlap; cover
action de reprendre.
- reprise → time; renewal; repetition; continuation; repeat; retrieval; round; cover
sorte de coiffure sans bords ou à très petits bords.
- toque → cap; beret; cover

verb

Recouvrir
- couvrir → cover
(cuisine) Recouvrir de sauce ou de crème.
- napper → cover
traverser un espace en divers sens.
- parcourir → pass through; skim; browse; read through; go through; cover
prendre la défense de quelqu’un, de quelque chose ; prêter secours et appui.
- protéger → protect; cover; back; guard; keep; look after; watch over; preserve; safeguard; watch
Contrôler une zone (2)
- quadriller → cover; control
Couvrir de nouveau. (Sens général)
- recouvrir → cover; overlay; lag; plate; protect; coat; back; wrap up
pourvoir de vêtements quelqu’un qui en a besoin.
- revêtir → accept; receive; accredit; admit; clothe; dress; fit; suit; array; attire; cover; overlay; lag; plate; protect; coat; back; put on; apply; plaster; stucco
revêtir, orner de tapisserie les murailles d’une salle, d’une chambre, etc. note Se dit en parlant de la salle, de la pièce ou en parlant des choses qui les couvrent ou les tapissent.
- tapisser → cover; overlay; lag; plate; protect; coat; back; paper; hang

Cross Translation:

From	To	Via
• cover	→ taie	↔ Bezug — wechselbare Umhüllung
• cover	→ couche	↔ Decke — geschlossene Oberfläche
• cover	→ drap; couverture	↔ Matta — veraltet: Decke, die aus Binsen, Stroh und Anderem grob geflochten ist
• cover	→ coiffe de protection; capot de protection	↔ Schutzhaube — Haube/Abdeckung, die etwas schützt bzw. vor etwas schützen soll
• cover	→ camouflage	↔ Tarnung — das Verändern des Erscheinungsbildes, sodass der Ursprung nicht mehr, oder nur schwer zu erkennen ist
• cover	→ couvrir	↔ bedecken — etwas über etwas/jemanden legen (oft zum Schutze vor z.B. Kälte oder Blicken)
• cover	→ recouvrir; garnir	↔ belegen — etwas belegen: etwas auf etwas legen
• cover	→ couvrir	↔ beschälen — Zoologie: durch einen Zuchthengst begatten, decken lassen
• cover	→ recouvrir	↔ hüllen — etwas mit einer Bedeckung versehen, in etwas einwickeln
• cover	→ revêtir	↔ bekleden — met stof bedekken
• cover	→ couvrir	↔ bedekken — iets over iets heen plaatsen zodat het niet zichtbaar is

Verwante vertalingen van covering

Remove Ads

Vertaal covering van Engels naar Frans

Uitgebreide vertaling voor covering (Engels) in het Frans

covering:

covering bijvoeglijk naamwoord

covering

covering

covering [the ~] zelfstandig naamwoord

the covering (cover)

the covering

the covering

the covering (cover up roof; roof; cover; roofing over; top)

the covering (overgrowth; cultivation)

Vertaal Matrix voor covering:

Verwante woorden van "covering":

Synoniemen voor "covering":

Verwante definities voor "covering":

Wiktionary: covering

cover:

cover [the ~] zelfstandig naamwoord

the cover (lid)

the cover (covering)

the cover (packaging; wrapping; shell)

the cover (record sleeve; slip case; sleeve; slip cover)

the cover (book cover; binding)

the cover (cover up roof; roof; covering; roofing over; top)

the cover (bedspread; blanket; coverlet)

the cover (slip)

the cover (protection; shelter; patronage)

the cover (envelope; wrapper)

the cover (cloak; front)

the cover (pencase; étui; casing; case)

the cover (runner)

to cover werkwoord (covers, covered, covering)

to cover

to cover

to cover

to cover

to cover (protect; fence off; fence in; lock up)

to cover (tell; say; expound; describe; depict; define; report; recount; explain)

to cover (roof in; arch over)

to cover (cover up)

to cover (go; traverse; travel; do)

to cover (conceal; mask; mantle; camouflage; blur; wrap; envelop; veil; shroud; swathe)

to cover (clothe; upholster; furnish)

to cover (enclose; evnvelope; encapsulate; besieged; besiege; wrap up; besieges; surround)

Conjugations for cover:

present

simple past

present perfect

past continuous

future

continuous present

subjunctive

diverse

Vertaal Matrix voor cover:

Verwante woorden van "cover":

Synoniemen voor "cover":

Antoniemen van "cover":

Verwante definities voor "cover":

Wiktionary: cover

Verwante vertalingen van covering