Courage in het Frans vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Frans: Meer gegevens...

courage:
- puissance; force; côté fort; bravoure; vigueur; intrépidité; courage; fermeté; solidité; hardiesse; vaillance; énergie; fait d'être ferme; robustesse
Wiktionary:
- courage → courage, abattage, bravoure
- courage → courage, cran, bravoure

Engels

Uitgebreide vertaling voor courage (Engels) in het Frans

courage:

courage [the ~] zelfstandig naamwoord

the courage (fortitude; fibre; fiber)
la puissance; la force; le côté fort
- puissance [la ~] zelfstandig naamwoord
- force [la ~] zelfstandig naamwoord
- côté fort [le ~] zelfstandig naamwoord
the courage (bravery; valour; gallantry; vigour; daring; sturdiness; valor; vigor)
la bravoure; la vigueur; l'intrépidité; le courage; la fermeté; la solidité; l'hardiesse; la vaillance
- bravoure [la ~] zelfstandig naamwoord
- vigueur [la ~] zelfstandig naamwoord
- intrépidité [la ~] zelfstandig naamwoord
- courage [le ~] zelfstandig naamwoord
- fermeté [la ~] zelfstandig naamwoord
- solidité [la ~] zelfstandig naamwoord
- hardiesse [la ~] zelfstandig naamwoord
- vaillance [la ~] zelfstandig naamwoord
the courage (vigour; vigor)
le courage; l'énergie; la fermeté; le fait d'être ferme
- courage [le ~] zelfstandig naamwoord
- énergie [la ~] zelfstandig naamwoord
- fermeté [la ~] zelfstandig naamwoord
- fait d'être ferme [le ~] zelfstandig naamwoord
the courage (vigour; strength; sturdiness; robustness; vigor)
la fermeté; la force; la robustesse; le fait d'être ferme
- fermeté [la ~] zelfstandig naamwoord
- force [la ~] zelfstandig naamwoord
- robustesse [la ~] zelfstandig naamwoord
- fait d'être ferme [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor courage:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bravoure	bravery; courage; daring; gallantry; sturdiness; valor; valour; vigor; vigour	bluffing; boasting; bravura; daring; guts; heroism; nerve; pluck; valor; valour
courage	bravery; courage; daring; gallantry; sturdiness; valor; valour; vigor; vigour	audacity; boldness; braveness; dare; daring; fearlessness; guts; heroism; nerve; pluck; risking; temerity; valor; valour; venturing
côté fort	courage; fiber; fibre; fortitude	strength; strong point
fait d'être ferme	courage; robustness; strength; sturdiness; vigor; vigour	firmness; resolution
fermeté	bravery; courage; daring; gallantry; robustness; strength; sturdiness; valor; valour; vigor; vigour	certainty; coarseness; consistency; decisiveness; determination; durability; firmness; incontrovertibility; indisputableness; indossulability; obduracy; positiveness; reliability; resoluteness; resolution; solidity; solidness; solubility; soundness; stability; stableness; steadiness; strength; sureness; thoroughness
force	courage; fiber; fibre; fortitude; robustness; strength; sturdiness; vigor; vigour	authority; boost; capacity; compulsion; drive; energy; fervor; fervour; fierceness; force; gin; gusto; impetus; impulse; incentive; influence; intensity; jenever; momentum; power; pressure; soul; spirit; spunk; spur; stimulus; strength; strongness; thoroughness; vehemence; vigor; vigour; violence; zest
hardiesse	bravery; courage; daring; gallantry; sturdiness; valor; valour; vigor; vigour	audacity; boldness; braveness; daring; fearlessness; firmness; guts; heroism; manliness; nerve; pluck; resolution; temerity; valor; valour
intrépidité	bravery; courage; daring; gallantry; sturdiness; valor; valour; vigor; vigour	audacity; boldness; braveness; fearlessness; temerity
puissance	courage; fiber; fibre; fortitude	authority; capacity; command; competence; dominion; force; influence; mastery; power; qualification; rule; ruler; strength
robustesse	courage; robustness; strength; sturdiness; vigor; vigour	doggedness; forcefulness; incontrovertibility; indisputableness; muscularity; stability; stableness; toughness
solidité	bravery; courage; daring; gallantry; sturdiness; valor; valour; vigor; vigour	chastity; coarseness; decency; doggedness; durability; firmness; high quality; incontrovertibility; indisputableness; indossulability; intensity; modesty; power; reliability; solidity; solidness; solubility; soundness; stability; stableness; steadiness; strength; substance; thoroughness; toughness; vigor; vigour; virtue
vaillance	bravery; courage; daring; gallantry; sturdiness; valor; valour; vigor; vigour	braveness; heroism; manliness; valor; valour
vigueur	bravery; courage; daring; gallantry; sturdiness; valor; valour; vigor; vigour	being awake; bodily strength; decisiveness; gusto; intensity; legitimacy; lively; power; strength; strongness; toughness; validity; vigor; vigour; youth; youthfulness; zest
énergie	courage; vigor; vigour	braveness; capacity for work; current; decisiveness; drive; electric current; energy; fascination; fervor; fervour; gin; gusto; impetus; intensity; interest; jenever; lively; manliness; momentum; power; productivity; resilience; soul; spirit; spunk; stamina; strength; strongness; thoroughness; vigor; vigour; work force; zest
-	braveness; bravery; courageousness
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	manly courage; prowess

Synoniemen voor "courage":

courageousness; bravery; braveness; spirit

Antoniemen van "courage":

cowardice

Verwante definities voor "courage":

a quality of spirit that enables you to face danger or pain without showing fear¹

Wiktionary: courage

courage

noun

quality of a confident character
- courage → courage

courage

noun

Traductions à trier suivant le sens
- abattage → blowing up; dressing down; overthrow; subversion; courage; boldness; bravery; daring; valour; gallantry; prowess
courage guerrier, vaillance.
- bravoure → bravery; courage
Caractéristique de vaincre la peur, supporter la souffrance, braver le danger
- courage → courage; bravery; boldness; daring; valour; gallantry; prowess

Cross Translation:

From	To	Via
• courage	→ courage	↔ moed — dapperheid, lef, branie
• courage	→ courage	↔ Courage — Gefühl, bei dem trotz gefährlicher Situation keine Angst auftreten
• courage	→ courage	↔ Mut — Geisteshaltung, bei der Handlungen in einer gefährlichen, kritischen oder waghalsigen Situation energisch und furchtlos ausgeführt werden
• courage	→ cran	↔ Schneid — (umgangssprachlich) Mut, forsche und draufgängerische Art
• courage	→ courage; bravoure	↔ Tapferkeit — menschliche Fähigkeit, als Individuum oder als Gruppe Gleichgesinnter einer schwierigen Situation entgegenzutreten

Verwante vertalingen van courage

Remove Ads

Vertaal courage van Engels naar Frans

Uitgebreide vertaling voor courage (Engels) in het Frans

courage:

courage [the ~] zelfstandig naamwoord

the courage (fortitude; fibre; fiber)

the courage (bravery; valour; gallantry; vigour; daring; sturdiness; valor; vigor)

the courage (vigour; vigor)

the courage (vigour; strength; sturdiness; robustness; vigor)

Vertaal Matrix voor courage:

Synoniemen voor "courage":

Antoniemen van "courage":

Verwante definities voor "courage":

Wiktionary: courage

Verwante vertalingen van courage