Overzicht
Engels naar Frans: Meer gegevens...
- cooled:
-
cool:
- rationnel; réservé; impersonel; rationnellement; avec réserve; réglo; chic; du tonnerre; terrible; frais; aéré; frisquet; froid; froidement; fraîche; fraîchement; calme; tranquille; aimable; gentil; tranquillement; paisiblement; gracieux; paisible; affable; amicalement; amical; impassible; placide; serein; calmement; posé; d'humeur égale; flegmatique
- refroidir; rafraîchir; se refroidir; se rafraîchir; réfrigérer; apaiser; s'apaiser
- contrôle; maîtrise; maîtrise de soi; contrôle de soi; froid; froideur; fraîcheur; rhume; rafraîchissement; frais; refroidissement; distance
-
Wiktionary:
- cool → cool, chouette, frais, nonchalant
- cool → chouette, cool, super, froid, à la mode, formidable
- cool → refroidir
- cool → trop de la balle
Engels
Uitgebreide vertaling voor cooled (Engels) in het Frans
cooled:
-
cooled (frozen)
Vertaal Matrix voor cooled:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
frais | charge; chill; cold snap; cool; cooling; coolness; cost; costs; dues; expense; expenses; fee; legal charges; levy; spending; tax | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
frais | cooled; frozen | airy; chilli; chilly; cool; coolly; fresh; freshly-baked; little fresh; new; somewhat cold; too fresh |
refroidi | cooled; frozen |
Verwante woorden van "cooled":
cooled vorm van cool:
-
cool (businesslike)
rationnel; réservé; impersonel; rationnellement; avec réserve-
rationnel bijvoeglijk naamwoord
-
réservé bijvoeglijk naamwoord
-
impersonel bijvoeglijk naamwoord
-
rationnellement bijvoeglijk naamwoord
-
avec réserve bijvoeglijk naamwoord
-
-
cool (outrageous; fantastic; super)
réglo; chic; du tonnerre; terrible-
réglo bijvoeglijk naamwoord
-
chic bijvoeglijk naamwoord
-
du tonnerre bijvoeglijk naamwoord
-
terrible bijvoeglijk naamwoord
-
-
cool (airy; fresh)
-
cool (in an unresponsive way; distant; cold; aloof; chilly; chilli)
froid; réservé; froidement-
froid bijvoeglijk naamwoord
-
réservé bijvoeglijk naamwoord
-
froidement bijvoeglijk naamwoord
-
-
cool (chilly; chilli)
frais; fraîche; froid; fraîchement; froidement-
frais bijvoeglijk naamwoord
-
fraîche bijvoeglijk naamwoord
-
froid bijvoeglijk naamwoord
-
fraîchement bijvoeglijk naamwoord
-
froidement bijvoeglijk naamwoord
-
-
cool (composed; calm; equanimous; placid; collected)
calme; tranquille; aimable; gentil; tranquillement; paisiblement; gracieux; paisible; affable; amicalement; amical; impassible; placide; serein; calmement; posé; d'humeur égale-
calme bijvoeglijk naamwoord
-
tranquille bijvoeglijk naamwoord
-
aimable bijvoeglijk naamwoord
-
gentil bijvoeglijk naamwoord
-
tranquillement bijvoeglijk naamwoord
-
paisiblement bijvoeglijk naamwoord
-
gracieux bijvoeglijk naamwoord
-
paisible bijvoeglijk naamwoord
-
affable bijvoeglijk naamwoord
-
amicalement bijvoeglijk naamwoord
-
amical bijvoeglijk naamwoord
-
impassible bijvoeglijk naamwoord
-
placide bijvoeglijk naamwoord
-
serein bijvoeglijk naamwoord
-
calmement bijvoeglijk naamwoord
-
posé bijvoeglijk naamwoord
-
d'humeur égale bijvoeglijk naamwoord
-
-
cool (unemotional; super cooled)
impassible; serein; posé; placide-
impassible bijvoeglijk naamwoord
-
serein bijvoeglijk naamwoord
-
posé bijvoeglijk naamwoord
-
placide bijvoeglijk naamwoord
-
-
cool (stoic; unemotional)
flegmatique-
flegmatique bijvoeglijk naamwoord
-
-
to cool (cool down; chill; cool off)
refroidir; rafraîchir; se refroidir; se rafraîchir-
refroidir werkwoord (refroidis, refroidit, refroidissons, refroidissez, refroidissent, refroidissais, refroidissait, refroidissions, refroidissiez, refroidissaient, refroidîmes, refroidîtes, refroidirent, refroidirai, refroidiras, refroidira, refroidirons, refroidirez, refroidiront)
-
rafraîchir werkwoord (rafraîchis, rafraîchit, rafraîchissons, rafraîchissez, rafraîchissent, rafraîchissais, rafraîchissait, rafraîchissions, rafraîchissiez, rafraîchissaient, rafraîchîmes, rafraîchîtes, rafraîchirent, rafraîchirai, rafraîchiras, rafraîchira, rafraîchirons, rafraîchirez, rafraîchiront)
-
se refroidir werkwoord
-
se rafraîchir werkwoord
-
-
to cool (cool off; cool down)
se refroidir; refroidir-
se refroidir werkwoord
-
refroidir werkwoord (refroidis, refroidit, refroidissons, refroidissez, refroidissent, refroidissais, refroidissait, refroidissions, refroidissiez, refroidissaient, refroidîmes, refroidîtes, refroidirent, refroidirai, refroidiras, refroidira, refroidirons, refroidirez, refroidiront)
-
-
to cool (get cooler; cool down; refrigerate; chill; get cold; get fresh; grow cold; grow cooler)
refroidir; réfrigérer; apaiser; rafraîchir; s'apaiser-
refroidir werkwoord (refroidis, refroidit, refroidissons, refroidissez, refroidissent, refroidissais, refroidissait, refroidissions, refroidissiez, refroidissaient, refroidîmes, refroidîtes, refroidirent, refroidirai, refroidiras, refroidira, refroidirons, refroidirez, refroidiront)
-
réfrigérer werkwoord (réfrigère, réfrigères, réfrigérons, réfrigérez, réfrigèrent, réfrigérais, réfrigérait, réfrigérions, réfrigériez, réfrigéraient, réfrigérai, réfrigéras, réfrigéra, réfrigérâmes, réfrigérâtes, réfrigérèrent, réfrigérerai, réfrigéreras, réfrigérera, réfrigérerons, réfrigérerez, réfrigéreront)
-
apaiser werkwoord (apaise, apaises, apaisons, apaisez, apaisent, apaisais, apaisait, apaisions, apaisiez, apaisaient, apaisai, apaisas, apaisa, apaisâmes, apaisâtes, apaisèrent, apaiserai, apaiseras, apaisera, apaiserons, apaiserez, apaiseront)
-
rafraîchir werkwoord (rafraîchis, rafraîchit, rafraîchissons, rafraîchissez, rafraîchissent, rafraîchissais, rafraîchissait, rafraîchissions, rafraîchissiez, rafraîchissaient, rafraîchîmes, rafraîchîtes, rafraîchirent, rafraîchirai, rafraîchiras, rafraîchira, rafraîchirons, rafraîchirez, rafraîchiront)
-
s'apaiser werkwoord
-
Conjugations for cool:
present
- cool
- cool
- cools
- cool
- cool
- cool
simple past
- cooled
- cooled
- cooled
- cooled
- cooled
- cooled
present perfect
- have cooled
- have cooled
- has cooled
- have cooled
- have cooled
- have cooled
past continuous
- was cooling
- were cooling
- was cooling
- were cooling
- were cooling
- were cooling
future
- shall cool
- will cool
- will cool
- shall cool
- will cool
- will cool
continuous present
- am cooling
- are cooling
- is cooling
- are cooling
- are cooling
- are cooling
subjunctive
- be cooled
- be cooled
- be cooled
- be cooled
- be cooled
- be cooled
diverse
- cool!
- let's cool!
- cooled
- cooling
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor cool:
Verwante woorden van "cool":
Synoniemen voor "cool":
Antoniemen van "cool":
Verwante definities voor "cool":
Wiktionary: cool
cool
Cross Translation:
adjective
cool
adjective
-
angl|fr (familier, fr) calme, décontracté, qui n’est pas du genre à s’angoisser ni à s’énerver (en parlant d’une personne).
-
Récent, qui vient d’arriver.
-
De température assez basse
-
Qui apporter de l’insouciance, un manque de zèle, d’ardeur à tout ce qu’il doit faire.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• cool | → cool | ↔ cool — informeel voor geweldig |
• cool | → super | ↔ astrein — Jugendsprache: begrüßenswerter Zustand, sehr schön oder auch gut (Betonung auf der 2. Silbe) |
• cool | → froid | ↔ kalt — eine niedrige Temperatur habend; von/mit niedriger Temperatur |
• cool | → à la mode | ↔ modern — (umgangssprachlich): in Mode |
• cool | → formidable; super | ↔ toll — (umgangssprachlich): großartig, unglaublich (Ausdruck der Bewunderung), sagenhaft |