Overzicht
Engels naar Frans: Meer gegevens...
- convincing:
- convince:
-
Wiktionary:
- convincing → convaincant, probant
- convince → convaincre, inspirer
- convince → convaincre, persuader
Engels
Uitgebreide vertaling voor convincing (Engels) in het Frans
convincing:
-
convincing (pressing)
convaincant-
convaincant bijvoeglijk naamwoord
-
-
convincing (reasonable; legitimate; valid; solid; sound)
raisonnable; fondé; plausible; solide; réfléchi; légitime; mûri; solidement; irrefutable; juste; crédible; vraisemblable; raisonnablement; médité; bien pesé; qui tient debout-
raisonnable bijvoeglijk naamwoord
-
fondé bijvoeglijk naamwoord
-
plausible bijvoeglijk naamwoord
-
solide bijvoeglijk naamwoord
-
réfléchi bijvoeglijk naamwoord
-
légitime bijvoeglijk naamwoord
-
mûri bijvoeglijk naamwoord
-
solidement bijvoeglijk naamwoord
-
irrefutable bijvoeglijk naamwoord
-
juste bijvoeglijk naamwoord
-
crédible bijvoeglijk naamwoord
-
vraisemblable bijvoeglijk naamwoord
-
raisonnablement bijvoeglijk naamwoord
-
médité bijvoeglijk naamwoord
-
bien pesé bijvoeglijk naamwoord
-
qui tient debout bijvoeglijk naamwoord
-
-
convincing (conclusive; effective)
convaincant; concluant; persuasive; efficace; persuasif; péremptoire; décisif; catégorique; d'une façon convaincante-
convaincant bijvoeglijk naamwoord
-
concluant bijvoeglijk naamwoord
-
persuasive bijvoeglijk naamwoord
-
efficace bijvoeglijk naamwoord
-
persuasif bijvoeglijk naamwoord
-
péremptoire bijvoeglijk naamwoord
-
décisif bijvoeglijk naamwoord
-
catégorique bijvoeglijk naamwoord
-
d'une façon convaincante bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor convincing:
Verwante woorden van "convincing":
Synoniemen voor "convincing":
Antoniemen van "convincing":
Verwante definities voor "convincing":
Wiktionary: convincing
convincing
adjective
-
effective as proof or evidence
- convincing → convaincant; probant
convincing vorm van convince:
-
to convince (persuade; get around; bring around)
convaincre; persuader; dissuader; faire changer d'avis-
convaincre werkwoord (convaincs, convainc, convainquons, convainquez, convainquent, convainquais, convainquait, convainquions, convainquiez, convainquaient, convainquis, convainquit, convainquîmes, convainquîtes, convainquirent, convaincrai, convaincras, convaincra, convaincrons, convaincrez, convaincront)
-
persuader werkwoord (persuade, persuades, persuadons, persuadez, persuadent, persuadais, persuadait, persuadions, persuadiez, persuadaient, persuadai, persuadas, persuada, persuadâmes, persuadâtes, persuadèrent, persuaderai, persuaderas, persuadera, persuaderons, persuaderez, persuaderont)
-
dissuader werkwoord (dissuade, dissuades, dissuadons, dissuadez, dissuadent, dissuadais, dissuadait, dissuadions, dissuadiez, dissuadaient, dissuadai, dissuadas, dissuada, dissuadâmes, dissuadâtes, dissuadèrent, dissuaderai, dissuaderas, dissuadera, dissuaderons, dissuaderez, dissuaderont)
-
faire changer d'avis werkwoord
-
Conjugations for convince:
present
- convince
- convince
- convinces
- convince
- convince
- convince
simple past
- convinced
- convinced
- convinced
- convinced
- convinced
- convinced
present perfect
- have convinced
- have convinced
- has convinced
- have convinced
- have convinced
- have convinced
past continuous
- was convincing
- were convincing
- was convincing
- were convincing
- were convincing
- were convincing
future
- shall convince
- will convince
- will convince
- shall convince
- will convince
- will convince
continuous present
- am convincing
- are convincing
- is convincing
- are convincing
- are convincing
- are convincing
subjunctive
- be convinced
- be convinced
- be convinced
- be convinced
- be convinced
- be convinced
diverse
- convince!
- let's convince!
- convinced
- convincing
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they
Vertaal Matrix voor convince:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
convaincre | bring around; convince; get around; persuade | comment; discuss; foist; force an opinion; make a U-turn; overcome; palm; review; speak about; talk about; talk it over; talk off his feet |
dissuader | bring around; convince; get around; persuade | advise against; discourage; dissuade; force an opinion; hold back; obstruct; prevent; restrain; stop; talk off his feet |
faire changer d'avis | bring around; convince; get around; persuade | make a U-turn; talk out of |
persuader | bring around; convince; get around; persuade | make a U-turn |
- | convert; win over | |
Over | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | convict |
Verwante woorden van "convince":
Synoniemen voor "convince":
Verwante definities voor "convince":
Wiktionary: convince
convince
Cross Translation:
verb
convince
-
to make someone believe, or feel sure about something
- convince → convaincre
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• convince | → convaincre | ↔ overtuigen — een denkbeeld doen aanvaarden |
• convince | → convaincre; persuader | ↔ überzeugen — jemandem die Richtigkeit glaubhaft machen |