Overzicht
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. chore:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor chore (Engels) in het Frans

chore:

chore [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the chore (task; job)
    la tâche; le boulot; la bricole; le petit travail; la corvée; le job
    • tâche [la ~] zelfstandig naamwoord
    • boulot [le ~] zelfstandig naamwoord
    • bricole [la ~] zelfstandig naamwoord
    • petit travail [le ~] zelfstandig naamwoord
    • corvée [la ~] zelfstandig naamwoord
    • job [le ~] zelfstandig naamwoord
  2. the chore (school task; task; workpiece)
    le cahier de vacances
  3. the chore (labour; task; workpiece; )
    le travail; la tâche; le boulot; la besogne; le labeur; l'emploi; la corvée; la mission
    • travail [le ~] zelfstandig naamwoord
    • tâche [la ~] zelfstandig naamwoord
    • boulot [le ~] zelfstandig naamwoord
    • besogne [la ~] zelfstandig naamwoord
    • labeur [le ~] zelfstandig naamwoord
    • emploi [le ~] zelfstandig naamwoord
    • corvée [la ~] zelfstandig naamwoord
    • mission [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor chore:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
besogne chore; duties; labor; labour; task; work; working; workpiece lecture; paper; project
boulot chore; duties; job; labor; labour; task; work; working; workpiece fat person; fatty; job; mite; wagework; work
bricole chore; job; task toddlers
cahier de vacances chore; school task; task; workpiece
corvée chore; duties; job; labor; labour; task; work; working; workpiece corvée; fatigue duty; forced labour; statute labour; vassal service
emploi chore; duties; labor; labour; task; work; working; workpiece activity; administration; adoption; ante; application; appointment; commission; custom; employment; engagement; exertion; function; habit; implementation; infliction; inset; installment; instalment; job; nomination; occupation; position; post; practice; practise; profession; pursuit; relief work; stakes; tenure; unemployment relief works; usage; use; utilisation; utilization; wagework; work
job chore; job; task job; work
labeur chore; duties; labor; labour; task; work; working; workpiece job; wagework; work
mission chore; duties; labor; labour; task; work; working; workpiece assignment; command; consignment; cue; delivery; dispatch; instruction; mission; motto; order; parole; remittance; sending; sending in; shibboleth; supplies; supply
petit travail chore; job; task
travail chore; duties; labor; labour; task; work; working; workpiece collected works; job; lecture; masterpiece; masterwork; oeuvre; paper; project; shoeing shed; wagework; work; works
tâche chore; duties; job; labor; labour; task; work; working; workpiece assignment; case; contract; difficulty; job; lecture; paper; problem; problematical case; problems; project; question; statement; summary; task; to-do; to-do item
- job; task

Verwante woorden van "chore":

  • chores

Synoniemen voor "chore":


Verwante definities voor "chore":

  1. a specific piece of work required to be done as a duty or for a specific fee1
    • the farmer's morning chores1

Wiktionary: chore

chore
noun
  1. a difficult, unpleasant, or routine task
chore
Cross Translation:
FromToVia
chore ménage Hausarbeit — Aufgaben, die in einem Haushalt anfallen

Computer vertaling door derden: