Home ->Woordenboeken ->Engels/Frans ->Vertaal brooder

Vertaal brooder van Engels naar Frans

Overzicht
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. brooder:
  2. brood:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor brooder (Engels) in het Frans

brooder:

brooder [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the brooder (worrier; puzzle-head)
    l'anxieux; le tourmenté; le pessimiste
  2. the brooder (curmudgeon; mope; chronic grumbler; worry-guts; worrier)
    la râleuse; le râleur
    • râleuse [la ~] zelfstandig naamwoord
    • râleur [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor brooder:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anxieux brooder; puzzle-head; worrier
pessimiste brooder; puzzle-head; worrier pessimist; worrywart
râleur brooder; chronic grumbler; curmudgeon; mope; worrier; worry-guts bad-tempered bastard; bitch; groaner; grouch; grouser; grumbler; mean-tempered bastard; moaner
râleuse brooder; chronic grumbler; curmudgeon; mope; worrier; worry-guts groaner; grouch; grouser; grumbler; moaner
tourmenté brooder; puzzle-head; worrier
- incubator
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
anxieux afraid; afraid for; afraid of; anxious; fear; fearing; frightened; scared
pessimiste brooding; cheerless; clowdy; dejected; depressed; despondent; disconsolate; discouraged; disheartened; dispirited; drab; dreary; dull; fretting; gloomy; grey; joyless; low spirited; pessimistic; sad; worrisome; worrying
râleur bad tempered; cantankerous; complaining; crabbed; crusty; grumpy; lamenting; moody; wailing
tourmenté brooding; fretting; worrisome; worrying

Verwante woorden van "brooder":

  • brooders

Synoniemen voor "brooder":


Verwante definities voor "brooder":

  1. apparatus consisting of a box designed to maintain a constant temperature by the use of a thermostat; used for chicks or premature infants1

Wiktionary: brooder

brooder
noun
  1. heated box used for chicks or premature babies
brooder
noun
  1. étuve où l'on met les œufs à incuber

brooder vorm van brood:

brood [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the brood (descendants; children; offspring; progeny; successors)
    le rejetons; le descendants; la progéniture; la descendance
  2. the brood (brooding; sitting)
    la foule; la canaille; la racaille; la populace; la plèbe
    • foule [la ~] zelfstandig naamwoord
    • canaille [la ~] zelfstandig naamwoord
    • racaille [la ~] zelfstandig naamwoord
    • populace [la ~] zelfstandig naamwoord
    • plèbe [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. the brood
    l'enfants; la progéniture; la descendance; la lignée; la nichée; la couvée; le rejetons
  4. the brood (young animals)
    la nichée; la couvée
    • nichée [la ~] zelfstandig naamwoord
    • couvée [la ~] zelfstandig naamwoord

to brood werkwoord (broods, brooded, brooding)

  1. to brood (think; consider; ponder; )
    penser; réfléchir; se fatiguer les méninges; se tracasser; ruminer; se creuser la cervelle; réfléchir profondément; cogiter; méditer; remâcher; se biler; se presser le citron; carburer; se torturer l'esprit
    • penser werkwoord (pense, penses, pensons, pensez, )
    • réfléchir werkwoord (réfléchis, réfléchit, réfléchissons, réfléchissez, )
    • se tracasser werkwoord
    • ruminer werkwoord (rumine, rumines, ruminons, ruminez, )
    • cogiter werkwoord (cogite, cogites, cogitons, cogitez, )
    • méditer werkwoord (médite, médites, méditons, méditez, )
    • remâcher werkwoord (remâche, remâches, remâchons, remâchez, )
    • se biler werkwoord
    • carburer werkwoord (carbure, carbures, carburons, carburez, )
  2. to brood (worry; bother; fret; mope)
    peiner; trimer; se casser la tête; ruminer
    • peiner werkwoord (peine, peines, peinons, peinez, )
    • trimer werkwoord (trime, trimes, trimons, trimez, )
    • se casser la tête werkwoord
    • ruminer werkwoord (rumine, rumines, ruminons, ruminez, )
  3. to brood (fret; worry)
    se casser la tête; se torturer l'esprit

Conjugations for brood:

present
  1. brood
  2. brood
  3. broods
  4. brood
  5. brood
  6. brood
simple past
  1. brooded
  2. brooded
  3. brooded
  4. brooded
  5. brooded
  6. brooded
present perfect
  1. have brooded
  2. have brooded
  3. has brooded
  4. have brooded
  5. have brooded
  6. have brooded
past continuous
  1. was brooding
  2. were brooding
  3. was brooding
  4. were brooding
  5. were brooding
  6. were brooding
future
  1. shall brood
  2. will brood
  3. will brood
  4. shall brood
  5. will brood
  6. will brood
continuous present
  1. am brooding
  2. are brooding
  3. is brooding
  4. are brooding
  5. are brooding
  6. are brooding
subjunctive
  1. be brooded
  2. be brooded
  3. be brooded
  4. be brooded
  5. be brooded
  6. be brooded
diverse
  1. brood!
  2. let's brood!
  5. brooded
  6. brooding
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor brood:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
canaille brood; brooding; sitting asshole; bastard; cad; creep; cunt; cur; dickhead; dregs; dross; louse; mob; nasty character; nasty piece of work; naughty-boys; offal; pain in the ass; pain in the neck; pariah; piece of shit; prick; rabble; ragtag; rascal; rascals; refuse; riff-raff; riffraff; rogue; rogues; rot-gut; rotter; rubbish; scamp; scoundrel; scoundrels; scrap; screw; scum; shady chap; shit; shithead; skunk; sly dog; sneaker; snide; stinker; trash; vermin; villain; wretch; wretched fellow
couvée brood; young animals
descendance brood; children; descendants; offspring; progeny; successors ancestry; birth; descent; lineage; origin; parentage; provenance; source
descendants brood; children; descendants; offspring; progeny; successors descendants
enfants brood kiddies; little children
foule brood; brooding; sitting a whole lot; bunch; clutter; common herd; crowd; drove; flock; flow; gang; group; heap; herd; horde; influx; load; lot; lots; mob; multitude; pack; party; pile; quite a lot; rabble; ragtag; riff-raff; riffraff; rush; scum; squash; stampede; tons; troop; troupe; vermin; wattle
lignée brood dynasty; reign
nichée brood; young animals
plèbe brood; brooding; sitting dregs; dross; mob; offal; rabble; ragtag; refuse; riff-raff; riffraff; scrap; scum; trash; vermin
populace brood; brooding; sitting bourgeois; common folk; mob; populace; rabble; ragtag; riff-raff; riffraff; scum; vermin
progéniture brood; children; descendants; offspring; progeny; successors
racaille brood; brooding; sitting dregs; dross; mob; offal; rabble; ragtag; refuse; riff-raff; riffraff; scrap; scum; trash; vermin
rejetons brood; children; descendants; offspring; progeny; successors
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
carburer brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder gas
cogiter brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder
méditer brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder consider; contemplate; meditate on; muse on; ponder on; reflect on; regard; think it over; think out; think over
peiner bother; brood; fret; mope; worry drudge; go out of one's way; put oneself out; slave; slave away; sweat one's guts out; work hard; work like the devil; work oneself to the bone; work to pieces
penser brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder believe; believe in; seem to me; think
remâcher brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder
ruminer bother; brood; cogitate; consider; fret; mope; muse; ponder; reflect; think; wonder; worry chew the cud; ruminate
réfléchir brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder be reflected; cast back; consider; contemplate; deliberate; discuss; do some hard thinking; have a conference; hold session; meditate on; meet; mirror; muse on; ponder on; reflect; reflect on; think; think better of it; think it over
réfléchir profondément brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder think hard
se biler brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder
se casser la tête bother; brood; fret; mope; worry break one's head; puzzle
se creuser la cervelle brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder
se fatiguer les méninges brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder
se presser le citron brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder
se torturer l'esprit brood; cogitate; consider; fret; muse; ponder; reflect; think; wonder; worry break one's head; puzzle
se tracasser brood; cogitate; consider; muse; ponder; reflect; think; wonder
trimer bother; brood; fret; mope; worry sweat one's guts out; work hard; work like the devil
- bulk large; cover; dwell; grizzle; hatch; hover; incubate; loom; pout; stew; sulk
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- offspring; progeny

Verwante woorden van "brood":


Synoniemen voor "brood":


Verwante definities voor "brood":

  1. the young of an animal cared for at one time1
  2. sit on (eggs)1
    • Birds brood1
  3. think moodily or anxiously about something1
  4. be in a huff; be silent or sullen1
  5. be in a huff and display one's displeasure1
  6. hang over, as of something threatening, dark, or menacing1
    • The terrible vision brooded over her all day long1

Wiktionary: brood

brood
verb
  1. to dwell upon moodily and at length
  2. to keep an egg warm
noun
  1. -
brood
verb
  1. Traductions à trier suivant le sens
noun
  1. (vieilli) race ou espèce animale, en particulier des espèces de volatiles.
Cross Translation:
FromToVia
• brood → couver ↔ broeden — een gelegd ei met lichaamswarmte warm houden

Computer vertaling door derden:






Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0971 seconde
Page rendered in 1.0 seconds