Ambiguity in het Frans vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Frans: Meer gegevens...

ambiguity:
- ambiguïté; équivoque; calembours grivois; dualisme; ambivalence; dualité; hermaphrodisme
Wiktionary:
- ambiguity → ambiguïté, ambivalence
- ambiguity → ambiguïté, ambivalence, ambigüité

Engels

Uitgebreide vertaling voor ambiguity (Engels) in het Frans

the ambiguity
l'ambiguïté; l'équivoque; le calembours grivois
- ambiguïté [la ~] zelfstandig naamwoord
- équivoque [la ~] zelfstandig naamwoord
- calembours grivois [le ~] zelfstandig naamwoord
the ambiguity (dichotomy; ambivalence; duality; dualism; twoness)
le dualisme; l'ambivalence; la dualité; l'hermaphrodisme
- dualisme [le ~] zelfstandig naamwoord
- ambivalence [la ~] zelfstandig naamwoord
- dualité [la ~] zelfstandig naamwoord
- hermaphrodisme [le ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ambiguïté	ambiguity	half-heartedness; indecision; ribaldry; scurviness
ambivalence	ambiguity; ambivalence; dichotomy; dualism; duality; twoness
calembours grivois	ambiguity	ribaldry; scurviness
dualisme	ambiguity; ambivalence; dichotomy; dualism; duality; twoness	dualism
dualité	ambiguity; ambivalence; dichotomy; dualism; duality; twoness	dichotomy; duality; twofoldness; twoness
hermaphrodisme	ambiguity; ambivalence; dichotomy; dualism; duality; twoness
équivoque	ambiguity	double entendre; equivoke; jeu de mots; play upon words; pun; ribaldry; scurviness; word-play
-	equivocalness
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
équivoque		ambiguous; binary; bipartite; dimerous; double; dual; equivocal; explainable in different ways; jokes with a double meaning; polysemic; suggestive; two-jointed; twofold; uncertain

ambiguity

noun

ambiguity

noun

état de ce qui est ambigu, qui peut être compris dans deux sens différents ou plus.
- ambiguïté → ambiguity
Caractère de ce qui a deux aspects. Propriétés opposées.
- ambivalence → ambivalence; ambiguity

Cross Translation:

From	To	Via
• ambiguity	→ ambiguïté; ambivalence	↔ Ambivalenz — Doppeldeutigkeit, Zwiespältigkeit
• ambiguity	→ ambigüité; ambiguïté	↔ Ambiguität — Linguistik: Mehrdeutigkeit von Wörtern oder Sätzen