Overzicht
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. Flemish:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor Flemish (Engels) in het Frans

Flemish:

Flemish bijvoeglijk naamwoord

  1. Flemish
    flamand

Vertaal Matrix voor Flemish:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- Flemish dialect
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
flamand Flemish

Verwante definities voor "Flemish":

  1. of or relating to Flanders or its people or language or culture1
    • the Flemish population of Belgium1
    • Flemish painters1
  2. one of two official languages of Belgium; closely related to Dutch1
  3. an ethnic group speaking Flemish and living in northern and western Belgium1

Wiktionary: Flemish

Flemish
proper noun
  1. the Dutch language as it is spoken in Flanders
adjective
  1. of or relating to the Flemish variety of the Dutch language
  2. of or relating to Flanders
Flemish
adjective
  1. linguistique|nocat=1 Relatif à la langue flamande, à la Flandre ou à ses habitants.
noun
  1. linguistique|nocat=1 Nom générique donné à un ensemble de dialectes du néerlandais parlés en Belgique et dans le Nord en France.

Cross Translation:
FromToVia
Flemish flamand Flämisch — Gruppe aller niederländischen Dialekte Belgiens, die in Flandern und Brüssel gesprochen werden (Brabantisch, Limburgisch, Ostflämisch und Westflämisch)
Flemish flamand FlämischLinguistik: Gruppe der niederländischen Dialekte Ostflämisch und Westflämisch, die in den belgischen Regionen Westflandern und Ostflandern gesprochen werden
Flemish Flamand Vlaming — een inwoner van Vlaanderen of iemand afkomstig uit Vlaanderen
Flemish flamand Vlaams — betrekking hebbende op Vlaanderen of de Vlamingen
Flemish flamand Vlaams — het Nederlands dat in Vlaanderen gesproken wordt