Overzicht
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. everyday:
  2. every day:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor everyday (Engels) in het Frans

everyday:

everyday bijvoeglijk naamwoord

  1. everyday (daily)
    quotidien; journalier; de tous les jours; par jour

Vertaal Matrix voor everyday:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
journalier day laborer; day labourer
quotidien daily grind; daily paper; day to day; every day; jogtrot of life
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- casual; daily; mundane; quotidian; routine; unremarkable; workaday
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
de tous les jours daily; everyday daily
journalier daily; everyday daily
par jour daily; everyday dayly; per day
quotidien daily; everyday daily; mean; pedestrian; vile

Synoniemen voor "everyday":


Verwante definities voor "everyday":

  1. commonplace and ordinary1
    • the familiar everyday world1
  2. appropriate for ordinary or routine occasions1
    • everyday clothes1
  3. found in the ordinary course of events1
    • a placid everyday scene1

Wiktionary: everyday

everyday
adjective
  1. commonplace, ordinary
everyday
adjective
  1. (figuré) Qui se met à la disposition de tout le monde.
  2. De chaque jour. (Sens général).
  3. Qui est commun

Cross Translation:
FromToVia
everyday ordinaire ordinairgewoon, alledaags, normaal

every day:

every day [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the every day (day to day)
    le tous les jours; le quotidien

Vertaal Matrix voor every day:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
quotidien day to day; every day daily grind; daily paper; jogtrot of life
tous les jours day to day; every day
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- daily
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
quotidien daily; everyday; mean; pedestrian; vile

Synoniemen voor "every day":


Wiktionary: every day


Verwante vertalingen van everyday