Overzicht
Engels naar Frans: Meer gegevens...
-
impairment:
-
Wiktionary:
impairment → handicap, dégât, infirmité, préjudice, vice -
Synoniemen voor "impairment":
damage; harm; change; alteration; modification
deterioration; decay
disability; disablement; handicap; unfitness; softness; poor shape; bad condition
damage; harm; hurt; scathe
stultification; constipation; deadening; degradation; debasement
-
Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor impairment (Engels) in het Frans
Spelling Suggesties voor: impairment
impairment:
Vertaal Matrix voor impairment:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | constipation; damage; deadening; deterioration; disability; disablement; handicap; harm; stultification |
Synoniemen voor "impairment":
Verwante definities voor "impairment":
Wiktionary: impairment
impairment
noun
impairment
-
result of being impaired
- impairment → handicap
noun
-
dommage, détérioration amener par un accident ou une cause violente.
- dégât → damage; defect; flaw; harm; hurt; impairment; imperfection; loss
-
affection congénitale ou accidentelle qui gêne ou empêcher le fonctionnement de telle ou telle partie de l’organisme.
-
tort ; dommage.
- préjudice → harm; damage; detriment; disadvantage; hurt; injury; loss; defect; flaw; impairment; imperfection
-
Défaut.
- vice → fault; defect; flaw; deficiency; imperfection; impairment
Computer vertaling door derden:
Verwante vertalingen van impairment
Frans
Suggesties voor impairment in het Frans
Spelling Suggesties voor: impairment
Computer vertaling door derden: