Home ->Woordenboeken ->Engels/Frans ->Zoek: adequately

Engelse en Franse zoekresultaten voor: adequately

Overzicht

Engels naar Frans: Meer gegevens...

adequate:
- suffisant; adéquat; approprié; convenable
Wiktionary:
- adequately → convenablement, proprement
- adequate → adéquat, convenable
- adequate → adéquat, approprié, raisonnable, convenable, satisfaisant, suffisant, suffisante

Engels

Uitgebreide vertaling voor adequately (Engels) in het Frans

adequately:

Antoniemen van "adequately":

inadequately

Verwante definities voor "adequately":

in an adequate manner or to an adequate degree¹
- he was adequately prepared¹

Wiktionary: adequately

adequately

-
- convenablement; proprement → adequately; appropriately; decently; properly; duly; expediently; forthrightedly; honestly; exactly; just; okay; right; accurately; correctly; precisely; aright; personally

adequate:

adequate bijvoeglijk naamwoord

adequate (sufficient; satisfactory; enough; up to the mark)
suffisant
- suffisant bijvoeglijk naamwoord
adequate
adéquat; approprié; convenable
- adéquat bijvoeglijk naamwoord
- approprié bijvoeglijk naamwoord
- convenable bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor adequate:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	decent; enough; equal; fair to middling; passable; tolerable
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	perfect; perfectly satisfactory; satisfactory
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
adéquat	adequate	applicable; apposite; appropriate; apt; effective; efficient; fit; fitting; proper; relevant; right; suitable
approprié	adequate	accurate; applicable; apposite; appropriate; apt; becoming; befitting; correct; effective; efficient; fair; fit; fitting; moderate; precise; proper; reasonable; relevant; right; suitable
convenable	adequate	agreeable; applicable; apposite; appropriate; apt; aristocratic; as it should be; becoming; befitting; benevolent; chivalrous; civil; clean; courteous; decent; dignified; distinguished; effective; efficient; elegant; eminent; fair; fine; fit; fitting; genial; good-natured; graceful; grand; great; high-bred; honest; kind; lofty; majestic; majestically; mild; moderate; neat; passable; pleasant; pompous; prominent; proper; properly; readily; reasonable; refined; relevant; reputable; respectable; right; seemly; solemnly; sophisticated; stylish; suitable; suitably; tolerable; virtuous; well-mannered; willingly; worthy
suffisant	adequate; enough; satisfactory; sufficient; up to the mark	arrogant; depreciatory; derogatory; disparaging; haughty; high-and-mighty; high-handed; pedantic; presumptuous; proud; slighting; supercilious; superior

Verwante woorden van "adequate":

inadequate, adequately

Synoniemen voor "adequate":

adequate to; capable; equal to; up to; competent; satisfactory
decent; enough; sufficient
passable; fair to middling; tolerable; satisfactory

Antoniemen van "adequate":

inadequate

Verwante definities voor "adequate":

having the requisite qualities or resources to meet a task¹
- she had adequate training¹
- her training was adequate¹
- she was adequate to the job¹
about average; acceptable¹
- more than adequate as a secretary¹
sufficient for the purpose¹
- an adequate income¹
- the food was adequate¹

Wiktionary: adequate

adequate

adjective

equal to some requirement
- adequate → adéquat

adequate

adjective

Qui convenir, qui correspond aux attentes.
- adéquat → adequate
Qui est approprier, qui convient à quelqu’un ou à quelque chose.
- convenable → of use; suitable; appropriate; apt; due; expedient; right; useful; fitting; applicable; convenient; handy; opportune; advantageous; comfortable; becoming; seemly; proper; decent; adequate

Cross Translation:

From	To	Via
• adequate	→ adéquat	↔ adequaat — correct en passend bij het beoogde doel
• adequate	→ adéquat	↔ adäquat — den gestellten Bedingungen angemessen
• adequate	→ approprié; raisonnable; convenable; adéquat	↔ angemessen — den Verhältnissen entsprechend, passend
• adequate	→ satisfaisant	↔ befriedigend — so, dass es die beteiligen zufrieden macht
• adequate	→ suffisant; suffisante	↔ hinreichend — umgangssprachlich: das rechte Maß von dem, was da sein muss – nicht zu viel und nicht zu wenig

Computer vertaling door derden:

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University