Overzicht
Engels naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. nexus:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor nexus (Engels) in het Spaans

nexus:

nexus [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the nexus (nucleus; pivot; central point; )
    el punto esencial; el epicentro; el corazón de una cosa

Vertaal Matrix voor nexus:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
corazón de una cosa center; central point; centre; hub; nexus; nucleus; pivot center; centre
epicentro center; central point; centre; hub; nexus; nucleus; pivot
punto esencial center; central point; centre; hub; nexus; nucleus; pivot main issue; main point; main thing; prominent
- link

Verwante woorden van "nexus":

  • nexuses

Synoniemen voor "nexus":


Verwante definities voor "nexus":

  1. a connected series or group1
  2. the means of connection between things linked in series1

Wiktionary: nexus

nexus
noun
  1. connected group
  2. centre of something
  3. connection

Cross Translation:
FromToVia
nexus nexo NexusErkenntnistheorie, Logik: Verbindung, Verkettung, Zusammenhang