Engels
Uitgebreide vertaling voor lessor (Engels) in het Spaans
lessor:
Vertaal Matrix voor lessor:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
arrendador | landlord; lessor; letter | ground lessee; landlady; landlord; leasehold tenant; leaseholder; lessee; lodging-house keeper |
dueño | landlady; landlord; lessor; letter | Jonkheer; caretaker; doorkeeper; gent; hall porter; janitor; king; lord; master; mister; nobleman; ruler; squire; young man |
- | lease giver |
Verwante woorden van "lessor":
Synoniemen voor "lessor":
Verwante definities voor "lessor":
Wiktionary: lessor
lessor
noun
-
owner of property that is leased
- lessor → arrendador