Overzicht
Engels naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. heir:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor heir (Engels) in het Spaans

heir:

heir [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the heir (inheritor)
    el heredero; la heredera; el pariente del fallecido

heir bijvoeglijk naamwoord

  1. heir (general-purpose; universal; all-purpose; DC; general rule)
    universal

Vertaal Matrix voor heir:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
heredera heir; inheritor
heredero heir; inheritor
pariente del fallecido heir; inheritor next of kin; surviving relative
- heritor; inheritor; successor
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- beneficiary
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
universal DC; all-purpose; general rule; general-purpose; heir; universal all over the world; all-embracing; all-round; throughout the world; versatile; world-wide

Verwante woorden van "heir":

  • heirs

Synoniemen voor "heir":


Verwante definities voor "heir":

  1. a person who is entitled by law or by the terms of a will to inherit the estate of another1
  2. a person who inherits some title or office1

Wiktionary: heir

heir
noun
  1. successor in a role
  2. one who inherits, or has been designated to inherit, a hereditary title or office
  3. one who inherits, or is designated to inherit, the property of another

Cross Translation:
FromToVia
heir heredero; heredera Erbe — Person, der die Güter von Verstorbenen zufallen
heir heredero erfgenaam — man die andermans bezittingen of titel(s) erft
heir heredero héritier — Celui ou celle que la loi appeler à recueillir une succession.

Verwante vertalingen van heir